4 Altijd op zoek naar erkenning 44 Hij speelde met woorden. Dat vonden sommigen vervelend, ik had er respect voor VERDIEPING 11 44 Hij deed Hi] was geen van God gegeven perfor mer, maar wel een groot taalvirtuoos en vertaler", zei Freek de Jonge over zijn collega Seth Gaaikema die gisteren op 75-jarige leeftijd overleed. „Het was een fijne en warme man." Seth Gaaikema brak eind jaren '60 door met een oudejaarsconference, waaraan zich indertijd alleen de allergrootste cabaretiers waagden, onder wie Wim Kan die de tradi tie ooit begon. Gaaikema was daarnaast ook tekstschrijver en een geprezen vertaler van musicalliedjes. Begin dit jaar nam hij na een carrière van een halve eeuw af scheid van het theater met de voorstelling Wat ik nog graag zou willen. Gaaikema, geboren op 11 juli 1939, was de zoon van twee doopsgezinde predikanten. Hij verloor zijn moeder toen zij 51 was, een verlies dat hij maar moeilijk kon verkrop pen: „Ik kan er nog altijd niet in berusten", zei hij tientallen jaren later. „De dood is zo onrechtvaardig." Hij studeerde afin de Nederlandse taal- en letterkunde en kreeg een lesbevoegdheid, waar hij verder niets mee deed. Gaaikema hechtte zeer aan de Nederlandse taal, wat in zijn programma's niet onopgemerkt bleef. Hij zag met lede ogen aan hoe in het onderwijs 'het culturele erfgoed als basis in de lesstof verdween. „Zelfben ik groot ge worden met veel schrijvers, zeer tot mijn plezier", zei de woordkunstenaar. „Nu spe len de computer en het Engels een grote rol. Het Nederlands wordt steeds verder weggedrukt. Dat vind ik jammer." Gaaikema's theatercarrière begon in 1958 met teksten die hij voor Wim Kan schreef. Hij kreeg weldra zelf de smaak te pakken. Hij maakte zijn debuut in 1967. Twee jaar la ter maakte hij zijn eerste oudejaarsavond programma, Heer, ik kom hier om te twijfelen. Zijn doorbraak bij het grote publiek kwam het jaar daarop met de oudejaarsconference Tien miljoen geboden. Er volgden meer oudejaarsconferences (later ook een kerst conference), waarmee hij vooral in de jaren '70 en '80 succes boekte. Gaaikema bewon derde Wim Kan mateloos, al noemde de meester zijn pupil zelf eens bozig een 'kloon'. „Ik was natuurlijk in zijn tuintje aan het wieden", zei Gaaikema daarover. „Dat kon hij niet uitstaan. Laten we het op een haat-liefdeverhouding houden." In zijn programma's gaf hij op zijn kenmer kende manier commentaar op de samenle ving. Hij maakte zich in zijn teksten en lied jes druk over sociale kwesties en kon zich opwinden over de politiek, maar hard en vlijmscherp was zijn maatschappijkritiek zelden. Hij bleef doorgaans mild in zijn te rechtwijzingen. Hij fileerde met fluwelen handschoen, soms gedateerd en neigend naar oubolligheid. Het grote publiek maalde er niet om. Dat droeg hem op handen. De kritiek reageerde verdeeld en soms ronduit zuinig. Zelf trok hij zich liever op aan bezoekers die troost putten uit zijn shows. „Ik doe het precies zoals ik het voel", zei hij. „Of het in deze tijd past, interesseert me niet." Hij werd geprezen om zijn vertalingen van liedjes van populaire musicals als My fair la dy, Kiss me Kate, Les misérables, The phantom of the opera, Evita en Miss Saigon. De domi neeszoon schreef zelf ook musicals, waaron der Swingpop en Kuifje en De Zonnetempel, die matig succes hadden. Toen hij uitweek naar Duitsland slaagde hij wel, met Cathari ne, die hij samen met Klaas van Dijk maak te. Seth Gaaikema zag de wereld en Nederland gaandeweg veranderen, net als het cabaret landschap. Zelf was hij in die halve eeuw niet of nauwelijks veranderd, vond hij. Hij was zich in zijn laatste levensjaren vrijer gaan voelen: „Na je 70e wordt de afstand tot de kist overzichtelijk." Voor hem was de mens bovendien 'leeftijdloos door de emoties die we ervaren, want verliefd zijn is toch niet aan leeftijd gebonden?' Hij trouwde in 2008 met zijn levensgezel, met wie hij toen al 30 jaar samen was. In zijn nadagen maakte hij Het mooiste komt nog, een show waarmee hij de oudere mens een hart onder de riem wilde steken. In die show hekelde hij ook de 'autoritei ten'. „Je moet het toch allemaal zelf doen", zei hij. „]e moet de held in jezelf aanspre ken." baanbrekend werk voor de musical in Nederland Brabant? Ja, hij woonde er. Al tientallen jaren, aan de rand van Schijn- del. In een grote woon boerderij, samen met zijn echtgenoot en manager Peter Biemans. Hij had er een huisje dat met de zon kon meedraaien. Hij las er en hij schreef er. Maar een Brabander was hij niet en werd hij niet. Seth Gaaikema was en bleef een domineeszoon, afkom stig uit het protestante noorden. In interviews en teksten speelde zijn woonplaats niet of nauwelijks een rol. Brabanders hadden geen cabaretiers nodig, vond hij. Die lachten hun somberheid toch wel weg. Brabant was voor hem de lichte toets in het leven. „Er komt sneller een pilsje op tafel dan kof fie", zei hij. Voor hem was Schijn- del vooral de plaats om zich terug te trekken en zich te bezinnen op nieuwe stappen. Nauwe contacten had hij met Tom Odems, de voormalige direc teur van het Theater aan de Para de in Den Bosch die in 2007 over leed. Hij was actiefin de Brabant se hoofdstad. Liet de recette van een aantal shows overmaken naar de rekening voor de renovatie van de kathedraal Sint-Jan. Mensen die hem opzochten von den een vriendelijke, aardige man. Open en serieus. Met het klim men van de jaren werd hij milder, zegt bijvoorbeeld cabaretkenner en journalist Henk Langenhuijsen die hem meermalen opzocht. Steeds opnieuw zocht hij naar er kenning en herkenning. Hoe meer kritiek hij kreeg, hoe oubolli- ger hij werd gevonden, hoe harder hij probeerde goed gevonden te worden. Tony van der Meulen, oud-hoofdredacteur van het Bra bants Dagblad, werkte samen met Gaaikema rond het live-boeken programma De Brabantse lezer. „Toen ik met hem begon over een slechte kritiek, vond hij dat niet leuk. Het zich willen rehabiliteren leek me een belangrijke drijfveer voor hem." Milde taalvirtuoos door Nico de Boer iSeth Gaaikema in 1967 tijdens een televisieopname. foto W. Veenman/HH Frits Spits, radiopresentator De Taalstaat I foto Klaas Jan van der Weij/Hollandse Hoogte Jet Bussemaker, minister (Cultuur) door Gerrit van den Hoven

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 11