Nkosi Johnson
2005
Tien jaar Kindervredes
prijs: dat vraagt om een
boek. Inge Ikink en Mare
Dullaert vertellen over
hun initiatief
10 VERDIEPING
De eerste die de Kin
dervredesprijs
wint, heeft hem
postuum gekregen: de met
hiv geboren Nkosi Johnson
overlijdt in 2001, op 12-jari-
ge leeftijd, aan de gevolgen
van aids.
Een jaar voor zijn dood
spreekt hij op de dertiende
internationale Aidsconfe-
rentie in Durban, Zuid-Affi-
ka. In zijn te ruim zittende
pak, dat slobbert om zijn
magere, zieke lichaam,
maakt hij met zijn woorden
zoveel indruk, dat hij een
staande ovatie krijgt. De
beelden gaan de hele we
reld over.
„Hij had een bijzondere
band met wijlen president
Mandela'', zegt auteur Inge
Ikink. „Zijn pleegmoeder
Gail haalde tijdens ons in
terview een brief van Man
dela uit de keukenla waarin
hij schrijft dat Nkosi aids in
Zuid-Afrika een gezicht
heeft gegeven. Indirect er
kende hij daarmee hoe ern
stig het taboe op deze ziek
te in zijn land is geweest."
Nkosi's Haven heet het op
vanghuis voor moeders en
kinderen met aids dat de
jongen samen met zijn
pleegmoeder in 1999 opent.
Het bestaat nog steeds. Het
Kindervredesbeeld - een
kind dat de aardbol duwt -
is naar Nkosi vernoemd.
Het is herfst 2004. Mare Dullaert en zijn
vrouw Inge Ikink waaien een weekein
de uit op Schiermonnikoog, als ze
's avonds de tv aanzetten om naar het
nieuws te kijken. De winnaar van de
Nobelvredesprijs wordt bekendgemaakt.
„Diezelfde avond zagen we een reportage over Iqbal
Masih, een Pakistaanse jongen die zich inzette tegen
kinderarbeid en dat met de dood heeft moeten beko
pen. We vroegen ons af: waarom is er eigenlijk geen
Nobel Vredesprijs voor kinderen?", zegt Dullaert.
Een jaar ervoor had hij de stichting Kids Rights op
gericht die zich inzet voor de kinderrechten in ont
wikkelingslanden. Dat doet de stichting door met
hulpprojecten overal ter wereld aan het werk te
gaan, maar ook door kinderen zelf aan het woord te
laten. De organisatie werkt nu op drie continenten
en heeft hulp geboden aan 200.000 kinderen. Dul
laert, sinds 2011 Nationale Kinderombudsman: „Op
die avond is de Internationale Kindervredesprijs ge
boren."
Vanaf dan gaat het snel. Eerdere Nobelvredesprijs-
winnaars scharen zich achter het initiatief en er
wordt afgesproken dat een van hen de prijs jaarlijks
uitreikt. In 2005 is dat oud-Sovjetleider Michael Gor-
batsjov. Volgende maand krijgt de tiende winnaar
de prijs, het kindervredesbeeld dat is gebeeldhouwd
door Ikink plus 100.000 dollar, uit handen van de
Zuid-Afrikaanse bisschop Desmond Tutu.
En nu is de tijd rijp voor een boek over alle win
naars, zeggen Ikink en Dullaert in 2013 tegen elkaar.
Ikink: „Al die mooie verhalen van die ontzettend
krachtige kinderen komen maar één keer naar bui
ten. Wij horen nog wel wat er later met hen ge
beurt, maar de rest van de wereld niet."
De twee hebben bijna alle winnaars opgezocht, in
clusief de tiende, die op 18 november wordt bekend
gemaakt. Nederland krijgt die dag ook de primeur
van het boek, een dag later wordt in Londen de En
gelstalige versie gepresenteerd.
De reizen, die Dullaert en Ikink zelf hebben gefinan
cierd en in hun vrije tijd hebben gemaakt, hebben
een diepe indruk achtergelaten. „Deze kinderen zijn
ervan overtuigd dat ze recht hebben op dat waarin
ze geloven", zegt Ikink. „Ze hebben een bijzondere
kracht in zich", vult Dullaert aan. „Ze beginnen hun
eigen omgeving te veranderen en van daaruit veran
dert alles om hen heen. Dat is gelijk een les voor
ons: begin in jouw straat, op je school of bij je sport
club."
Klein zij n,
groots doen
door Lilian Dominicus
Ik verander, de tien Kindervredesprijswinnaars aan het woord,
door Inge Ikink. Uitgeverij CPNB, i.s.m. stichting Kids
Rights. Pocketversie 6,95 euro, hardcover 45 euro.
Voor elk verkocht exemplaar wordt ook een boek wegge
geven in ontwikkelingslanden. ISBN 978-90-596
I In zijn te ruim zittende pak, dat slobbert om zijn magere, zieke lichaam, maakt Nkosi met zijn
woorden zoveel indruk, dat hij een staande ovatie krijgt, foto Reuters