1
66 De melk gaven
we terug aan de
koeien. Waar
moest je er
anders mee heen
36 ZEELAND
INUNDATIE
Op de eerste dag dat geallieerde vliegtuigen de Duitse
stellingen langs de Walcherse kust massaal onder vuur
nemen, treffen die bij vergissing ook Biggekerke. De hele
dorpskern spat uiteen. Twee weken later, vanaf 3 oktober
1944, gooien ze de zeedijken kapot, op vier plaatsen, te
beginnen bij Westkapelle. Dat hele dorp is daarbij verwoest.
Zowat heel Walcheren wordt één grote binnenzee.
-4
Nauwelijks hebben
ze in Biggekerke
hun 45 doden be
graven, omgeko
men bij een on
verwacht gealli
eerd bombardement, of een nieu-
kust en de Duitse stellingen. „We
woonden op een boerderij buiten
Biggekerke, aan de Zandweg bij
Groot-Valkenisse, vlak achter de
duinen. Twee weken eerder, toen
Biggekerke bij vergissing werd ge
bombardeerd, zaten we daar met
tien mensen in de kelder: „Met
m'n opa, oma, moeder en jongere
Als mollen kropen we uit de kel
der. Alle dakpannen eraf, geen
raam meer heel, en de hele boer
derij onder het slik. Onze twee
varkens lagen dood in het veld, be
zweken door de luchtdruk."
Op die zonnige zondagavond von
den hele families, schuilend in
hun kelders, in één klap de dood.
„Eén van onze werknemers ver
loor zijn vrouw en drie kinderen.
Niet lang daarna overleed hij van
kommer en kwel." 51 mensen ver
loren het leven, onder wie ook
zes Duitsers. „Omdat de geallieer
den dachten dat er Duits geschut
F~ DE SLAG
OM
DE SCHELDE
we ramp dient zich aan: op vier broer, met de meid, de knecht en
plaatsen gooiden bommenwer
pers uit Engeland de zeedijken ka
pot. De plattelandsbevolking
vlucht massaal naar de hoger gele
gen plekken rond de dorpskerken,
eerst nog met de paarden zwem
mend voor de wagens, later met
bootjes en vlotten, laverend tus
sen de mijnenvelden. Wie in
plaatsen als Domburg terecht
komt, opeengepakt bij familie-,
vrienden of onbekenden, moet in
de weken daarna opnieuw op de
vlucht, doden en gewonden in de
vuurlinies achterlatend.
In Biggekerke drong het zeewater
tot aan het Kerkplein binnen, de
kraters van de bominslagen aan
het oog onttrekkend. Piet Lam
pert, nu 82 jaar oud, behoorde als
twaalfjarig jongetje tot de gelukki
gen die het minst onder de ellen
de leden. Al moest ook hij met fa
milie en vee tot drie keer toe op
de vlucht. Eerst op 2 oktober,
toen pamfletten neerdaalden die
de bevolking waarschuwden voor
zware bombardementen op de
twee buurmeisjes. Het was alsof
de wereld verging. De een huilde,
de andere bad en weer een ander
gilde. E>at we gespaard bleven,
was een wonder. Op enkele tien
tallen meters rond ons huis ble
ken dertien bommen ontploft.
stond, terwijl dat al lang was ver
vangen door een nepkanon:
boomstammen met een camoufla-
genet erover. Als jongens speel
den we daar gewoon op."
Zo'n hel wilden de Lamperts niet
nog een keer meemaken. Dus
toen op 2 oktober die waarschu
wende pamfletten neerdwarrel
den, vertrokken ze hals over kop
naar Krommenhoek, even voorbij
Biggekerke. Daar konden ze, met
hun acht koeien, twee schapen,
drie paarden en nogal wat jong
vee terecht op de boerderij van
oom en tante. Lampert herinnert
zich niet iets te hebben gezien
van het bombardement, een dag
later, op de zeedijk van Westkapel
le, waarbij dat hele dorp werd ver
woest en 157 doden vielen. „Wel
dat we elke morgen naar de water
gang liepen om te kijken of het
water al hoger kwam. Maar dat ge
beurde pas na 7 oktober, toen we
zagen dat ze bij Vlissingen de Nol-
ledijk bombardeerden. Toen ging
het ineens heel hard. voor je het
wist, stond het vee al in het wa
ter. We zijn toen terug gevlucht
naar onze boerderij bij Valkenis
se. Oom en tante gingen ook mee,
ook met hun vee. We moesten
een flinke omweg maken. Want
op de weg naar Groot-Valkenisse
- die heette toen nog de Zandweg
- stond al zo veel water dat je de
bomkraters niet meer kon zien.
Baggerend door het ijskoude wa
ter probeerden we de beesten bij
elkaar te houden, 't Was zwaar.
M'n neefje viel erbij flauw, hele
maal onderkoeld."
Op de eigen boerderij waren ze al
evenmin veilig. „Het water bleef
stijgen. Koeien melken ging niet
meer. Als jongens moesten we
proberen de emmers recht te hou
den, anders dreven die weg. De
melk gaven we terug aan de
koeien. Waar moest je er anders
mee heen? Bovendien, af het wa
ter was zout." Al snel zochten ze
hun toevlucht in een boswachters
huisje, wat verderop tegen het
duin. „Ook daar hadden we geluk.
Bij de landing van de geallieer
den, op 1 november, kon vanwege
de mist niet worden gebombar
deerd. De eerste Engelse comman
do die bij ons binnen kwam, liet
een stafkaart zien. Bleek ons bos-
wachtershuisje er op te staan. Als
doelwit in vijandelijk gebied."
Het dorp spat uiteen,
en dan komt het water
door Henk Postma
r
V»' 1
Piet Lampert
I Piet Lampert voor de boerderij die dertien bommen trotseerde. Daar werd
bijna zeventig jaar terug onderstaande foto genomen, foto Ruben Oreel
Snel na de inundatie richtte de be
volking steigers op, zoals bij de
hoeve van de Lamperts te Valke
nisse, zodat vanuit het kustgebied
naar Biggekerke kan worden geva
ren. Daar roeide en zeilde men op
Middelburg, foto H. van Westen