E-company T Het boekje is klein en een beetje gerafeld. Het LIES VOGELS-STAAL staat vol namen en handtekeningen. Lies Vogels- Staal wijst er een paar aan: Earl Hale, Lester Hashey, Tony Garcia. Namen van Amerikaanse sol daten die ze op 18 september 1944 zag; handteke ningen van mannen die een halve eeuw later als nog beroemd zouden worden dankzij een film Lies Vogels is 85 en zit aan tafel. Ze laat haar hand beschermend op haar boekje rusten. „Ze zijn nou allemaal dood." In gedachten gaat ze terug naar 18 septem ber 1944: een vreemde dag, de span ning is voelbaar. Op zondag zijn duizen den parachutisten geland bij Son en op maandagochtend klinkt rond de stad nog steeds het gerommel van granaatvuur. De volgende dag ver schijnen er Amerikaanse soldaten, vlakbij haar ouderlijk huis in Eindhoven. De Amerikanen zijn jongens zoals Lies nog nooit ge zien heeft. In elk geval heel anders dan de Duitsers. Geen gestamp van laarzen, geen geschreeuw! De Amerikanen zijn vermoeid, dat ziet ze wel, maar ook stoer en tegelijkertijd vriendelijk. „Voor ons wa ren het gewoon maanmannetjes." Zo'n tweeduizend Amerikanen bevrijden op 18 sep tember de stad. De volgende dag breekt er een enorm feest los. „De sfeer was geweldig, geweldig. Dat kun je niet beschrijven." Ze staat bijna de hele dag in de Rechtestraat, waar een onafzienbare colon ne Britse militairen zich een weg wurmt door een feestvierende menigte. Als Lies 's avonds met haar vriendinnen weer naar de Rechtestraat wil, wordt ze bij de Paterskerk tegengehouden. „Daar snapten we als snotapen helemaal niks van. Ik stond met een vriendengroepje toen we plotseling vliegtuigen zagen overkomen die oranje lichten uitgooiden. Dat vonden we prachtig. We dachten dat die oranje lichten bij het feest hoor- den." Maar het zijn Duitse bom- menwerpers die hun lichtba- V^l kens uitwerpen en de stad al snel in een onheilspellende gloed hullen. Lies belandt er gens in een kelder. „Je hoorde overal bommen vallen, lukraak. Heel angstig. Er werd gebeden bij het leven." Woensdag 20 september is een miezerige dag. De oorlog is voorbij, maar de stad is kapot. „Eindhoven zag er verschrikkelijk uit, triestig", vertelt ze terwijl haar dochter Sylvia en schoonzoon Steph Leenhou wers aan tafel aanschuiven. Lies bladert door het boekje waarmee ze zeventig jaar geleden naar bui ten rende. „Het heeft jaren in de kast gelegen.Tot Steph mij in september 1994 belde, dat was toen rond de herdenking van vijftig jaar bevrijding. Hij zegt: 'Er zitten hier Amerikaanse veteranen in mijn restaurant, waarom kom je ook niet even?' Ik op de fiets erheen. Met m'n boekje. Ik dacht: dat kan ik wel meenemen." Steph: „Die mannen stonden ineens bij me op de stoep. Of ze een kop soep konden krijgen. En bier." De Amerikanen zijn Bill Guarnere, Babe Heffron en Bill Maynard, veteranen van de 101e Airborne divi sie, 506e Regiment, E-Company. Vijftig jaar eerder hebben ze Eindhoven bevrijd, nu lopen ze wat rond en kloppen aan bij restaurant De Waterkers van Steph Leenhouwers. Ze zijn intussen in de zeventig. Lies: „Een van die mannen begint in mijn boekje te bladeren en die hoor ik iedere keer zeggen: 'guess who'! En dan kwam hij weer een naam tegen. Iede re keer als hij iemand van zijn compagnie tegen kwam, schreef hij erbij: Company E 506. En dan hoorde ik weer: 'guess who'!" De namen in het boek je van Lies krijgen gezichten als de bejaarde man nen vertellen over de E-Company. Het zijn prachti ge én hartverscheurende verhalen. Over hun lan ding in Normandië, de gevechten bij Utah Beach, Market Garden, het Duitse Ardennenoffensief, de be vrijding van concentratiekampen. Steph: „Aan de blijdschap van de mensen in Eindho ven hadden ze goede herinneringen. Maar ze waren ook best bitter. Er leken in die tijd niet veel mensen meer te zijn die nog wisten wat er eigenlijk gebeurd was in de oorlog. Bill Guarnere zei in 1998 letterlijk tegen mij: 'Wij waren hier niet, het was Mickey Mouse'. Ik denk dat ze daarom graag bij ons waren. Met ons konden ze volop praten over de oorlog". Lies: „Later realiseer je je pas met wat voor span ning die mannen hun leven lang hebben rondgelo pen. Vreselijk." De families raken bevriend met elkaar. Over en weer worden bezoeken gebracht. Bill Guarnere orga niseert ieder jaar de reünie van E-company. In 1999 nodigt hij Steph uit om er bij te zijn in Denver. Voor de daaropvolgende reünie, in 2000 in New Orleans, zijn ook zijn vrouw Sylvia en Lies uitgenodigd. Ook Lies' broer Theo, die via Steph in contact gekomen is met de veteranen, is er dan bij. Lies: „Het was hartstikke mooi met 's avonds een groot diner in Hotel Monteleone. En het hele spul was er natuurlijk. Bill Guarnere, Babe Heffron, kin deren van veteranen. Ook een paar van de jongens die toen hun handtekening hebben gezet op 19 sep tember 1944." Lies heeft haar boekje natuurlijk meegenomen. Het gaat van hand tot hand. Haar dochter Sylvia: „Ik zal nooit het gezicht vergeten van Tony Garcia toen hij zijn naam l&k terugzag. Hij had er op 18 sep- ISs^F tember 1944 bijgezet 'glad to be here'. Alsof hij ineens terugkeek IH .SÉ in de tijd. Garcia was een heel lm [M W - zachtaardige man. Hij noemde mijn moeder: my little girl." Op de bijeenkomst van E-Company zijn ook mensen van de Ameri kaanse televisiemaatschappij HBO. Zij zijn bezig met een tien delige mini-serie over de lotge vallen van E-Company. Het gaat 'Band of Brothers' heten, naar de gelijknamige bestseller van Stephen Ambrose, en wordt geproduceerd door Steven Spiel berg en Tom Hanks. Steph: „'Band of Brothers' heeft therapeutisch ge werkt. De veteranen worstelden met onverwerkte ervaringen en daar wilden ze over praten. In Ameri ka zelf was niemand geïnteresseerd in hun verha len. Tot 'Band of Brothers'. Toen was E-Company in eens wereldberoemd en toevallig juist die mannen kenden wij." De première van de film is in juni 2001 in Parijs. Lies en haar familie behoren tot het selecte gezel schap genodigden. „Het mocht een paar centen kos ten. We kregen een diner aangeboden tijdens een boottocht op de Seine. Werden ondergebracht in een hotel in Parijs. En voor een voorvertoning wer den we naar Normandië gebracht, waar twee tenten waren neergezet op Utah Beach." Ze bladert weer door het boekje. De handtekening van Tom Hanks staat er ook in. En die van Steven Spielberg. En die van de kleindochters van Roose velt en Eisenhower. „Vorig jaar is mij al eens ge vraagd om dit verhaal aan de krant te vertellen. Ik vond het nergens goed voor. Toen ze bleven aandrin gen, zei ik: 'Nou, volgend jaar zal ik er eens over na denken, dan zijn we zeventig jaar bevrijd. Dan zijn er nog maar weinig die het kunnen navertellen'." Bill Guarnere, Babe Heffron en Bill Maynard, de mannen die in 1994 bij De Waterkers aan de Geldropseweg aanklopten voor een kop soep, zijn al le drie overleden. Maynard in 2011, Heffron in 2013, Guarnere in 2014. door Leo de Boer Kleine foto: Het boekje waarin Lies Vogels als jong meisje handtekeningen van solda ten verzamelde.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 100