ZEELAND SPORT 3 Jouri van den Broeke is de nieuwe trainer van Tjoba. Bij het korfbal team uit 's-Heer Hendrikskinderen past hij methodes toe die hij van andere sporten heeft afgekeken. „Ik kijk graag in andere keukens." Trainingen van Tjoba wijken af van die bij de meeste clubs in Zeeland. Óp dinsdag begint Jouri van den Broeke met core stability, een reeks oefeningen die de romp van het lichaam sterker maken. Twee dagen la ter wordt er voorafgaand aan het reguliere werk tijd ingeruimd voor speed and agility, waarbij de snelheid en behendigheid wordt verbeterd. „Voorheen werd er tijdens de trai ningen ook wel aan loopscholing gedaan", zegt de man die nu in 's-Heer Hendrikskinde ren de scepter zwaait. „Dit gaat een stapje ver der." Van den Broeke is een belezen man als het gaat om zaken als trainingsmethodes, het om gaan met sporters, de belastbaarheid van spor ters en blessurepreventie. Tijdens zijn oplei ding aan het cios begon hij met het verzame len van vakliteratuur en hij ging daarmee door gedurende zijn studie fysiotherapie en zijn werkzame leven als fysiotherapeut. „Meer dan de meeste andere trainers heb ik mij verdiept in wat je eigenlijk moet weten als trainer", vertelt hij. „Ik heb daarbij ook in an dere keukens gekeken. Ik heb bekeken wat ik kon leren vanuit het hockey, het basketbal en natuurlijk het voetbal. Bij die laatste sport zijn veruit de meeste onderzoeken gedaan. Daar kan ik allemaal uit putten. Ik pas ideeën uit die takken van sport aan het korfbal aan en ge bruik ze in mijn trainingen." De 35-jarige inwoner van Wolphaartsdijk trainde al jeugdploegen van Fortis toen hij zelf nog in Oost-Souburg korfbalde. Na zijn overstap naar Tjoba in 2006 - die in die tijd best veel stof deed opwaaien - ging hij daar mee door. Via de Ai, A2 en Bi kwam hij in 2011 uit bij het tweede team. De spelers van dat team fungeerden drie seizoenen als proef konijnen; Van den Broeke experimeerde volop met hen. Hij paste bijvoorbeeld het idee van periodisering (zorgen voor een piekmoment na een geleidelijke opbouw) toe en vond uit dat het team op zijn best was in laatste perio de van de zaalcompetitie en de tweede helft van het veldseizoen. „Die wetenschap neem ik nu mee naar Tjoba 1." Van den Broeke had de afgelopen jaren overi gens al een flinke vinger in de pap bij Tjoba 1. Nadat Bram van Geffen, de vorige hoofdtrai ner, er medio 2012 één seizoen had opzitten in het Bevelandse dorp, begon men te klagen. „De spelers vonden zijn trainingen te eento nig", herinnert hij zich. „Toen moest er een oplossing komen. Die is gevonden door Bram de ene week de trainingen te laten verzorgen en mij de andere week. Daar kon de selectie wel mee leven. Onze trainingen waren com pleet verschillend. We verschilden soms ook totaal met elkaar wat betreft de kijk op de sport. Maar uiteindelijk was hij wel de hoofd trainer, hij hakte de knopen door." De fysiotherapeut introduceerde in die perio de bij de overgangsklasser zowel de core stabili ty als de speed and agility. Het idee dat het ver beteren van de rompstabiliteit essentieel is bij de beoefening van sport op hoog niveau, is in- middels wijd verspreid. De specifieke scho ling in snelheid en behendigheid is binnen de teamsporten nog tamelijk nieuw. Van den Broeke: „Bij betaaldvoetbalorganisaties ge beurt het al langer. Onderzoek heeft uitgewe zen dat een sporter van boven de twintig al leen zijn snelheid en explosiviteit kan verho gen door de coördinatie van de bewegingen te verbeteren. Daarom trainen we elke week met een zogenoemde speedfoodladder. We verbete ren het voetenwerk, zodat we in de aanval lichtvoetiger zijn en makkelijker kunnen vrij- lopen en in de verdediging wendbaarder zijn en het dus langer en beter kunnen bijhou den." Van den Broeke is ervan overtuigd dat de ar beid van de afgelopen seizoenen al effect heeft gehad. „Mijn gevoel zegt dat het werkt. De spelers en speelsters zijn fitter. We heb ben veel minder korfbalgerelateerde blessures gehad de laatste jaren. Ik weet ook zeker dat deze twee vormen van training geen hypes zijn. Ze waaien niet over. Je hebt beide vor men nodig om mee te kunnen blijven ko men." „Ik kijk dus verder dan korfbal, maar ben wel echt een korfbaltrainer. Wij besteden ook veel tijd aan oefeningen met de bal en de korf. Ik ben niet iemand die met loopoefeningen ook nog aan de conditie gaat werken, zoals veel Belgische trainers doen. Al mijn oefeningen in de reguliere training zijn korfgericht." Van den Broeke begon in het eerste weekein de van augustus met de voorbereiding op de veldcompetitie, die vandaag begint. Liefst was hij al eerder begonnen. „Maar dat kan natuur lijk niet binnen een amateursport. Je hebt te maken met vakanties. Nu waren er ook som mige spelers tot twee weken voor het seizoen weg. Eigenlijk moet je - als je met de periodi sering goed wilt uitkomen - al in juni en juli de basis leggen. Dat is dan de verantwoorde lijkheid van de spelers zelf. Maar ik weet ook wel dat die in die maanden niet veel doen. En dus begin je pas in augustus met het leggen van de basis. Je bouwt dan de belasting gelei delijk op, maar je bent daar nog niet mee klaar als je de eerste wedstrijd speelt. Pas rond de eerste zaalwedstrijd is dat het geval. Dan komt dus pas de piek. Tjoba 2 had steeds de beste fase aan het einde van het zaalseizoen, met Tjoba 1 moet het al eerder gaan gebeu ren." „Is het dan zo dat we de eerste helft van het veldseizoen helemaal weggooien? Nee. Je pro beert natuurlijk elke keer te winnen, al zal je de scherpte en de strijdlust in de wedstrijden misschien niet Zo lang vasthouden als later in het seizoen. Maar vergeet niet dat alle ploegen daarmee te maken hebben." Van den Broeke deelt al zijn kennis over trai ningsmethodes en blessurepreventie op de zeer fraaie website jvdbkorfbaltraining.nl. Hij wil vooral beginnende trainers handvatten bieden. „Over het training geven bij voetbal is veel te vinden, maar niet over hoe je het bij korfbal kunt doen." Boven aan zijn website staat de spreuk 'a team of winners is no winning team'. De Tjoba-trai- ner wil daarmee aangeven dat hij teamgeest en teamcohesie heel belangrijk vindt. „Bij Real Madrid had je op een gegeven moment al leen maar sterreri, maar het liep niet. Je hebt verschillende types in een team nodig en ze zijn allemaal belangrijk. Ik weêt dat je ze er al lemaal bij moet houden, ook de wissels. En ik realiseer me ook dat je iedereen op een andere manier moet benaderen. De één kun je meer druk opleggen dan de ander. Ik vind het inte ressant om daarmee bezig te zijn, het is een belangrijk facet binnen het trainen en coachen." ZATERDAG 30 AUGUSTUS 2014 'Ik kijk verder dan korfbal' door Roeland van Vliet f Tjoba-trainer Jouri van den Broeke (links) begint op dinsdag met core stability-oefeningen. Hulpmiddel hierbij zijn verschillende soorten ballen, touwen en gewichten, foto Izaak Verkeste Jouri van den Broeke (35) woont met zijn vrouw Kim en twee kinderen in Wolphaarts dijk. Na zijn voltooi de opleiding aan het cios in Goes is hij fysio therapie gaan studeren aan de Hogeschool Brabant. In 2002 slaagde hij cum laude. Tien jaar later, toen hij op di verse plekken op Walcheren al als fysiothera peut werkte, studeerde hij af als Master Sportfysiothera- peut. Van den Broeke is nu gespecialiseerd in zowel knie als schouder klachten.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 55