ZEELAND 27 Buffalo, mijn paard, en ik hebben een beetje hetzelfde karakter. We kunnen allebei wat bokkig zijn Daphne deelt zijn liefde voor paarden. Ze heb ben elkaar ontmoet op een paardenkeuring. Zij rijdt op een pony. Zou ze niet van paarden houden, dan was een relatie met Sebastiaan wel erg moeilijk geweest. Tijdens het ringrij- seizoen, dat van eind april tot half september loopt, is hij elke zaterdag weg. De wedstrijden beginnen rond acht uur en duren tot tegen vijf uur. Hoe belangrijk zijn die wedstrijden voor je? „Ik zeg niks af. En ik zou niet weten waar ik me niet voor opgeef. We rijden alleen in de zo mer. Dus als je kunt, moet je rijden." Wat merk je van het publiek? „Het is leuk dat er mensen zijn. Dat zorgt voor mooie momenten. Maar als ik rij, zie ik niks en hoor ik niks. Ik zie maar één ding: die ring. Ik kan me goed afsluiten." Zie je dat kleine ringetje ook echt? Of mik je op de onderkant van de bus waar hij in hangt? „Ja, die ring zie ik. Bij een wedstrijd stond ik met een paar andere ringrijders. De 26 milli- meterring moest opgehangen worden. Op veertig meter afstand kijken we ernaar en zien dat-ie groter is." Je rijdt altijd met een zonnebril en een petje. „Vanwege het licht. Ik heb snel last van de zon." Hij grijnst. „Sommige ringrijders weten niet eens hoe mijn ogen eruit zien." En je houding: met je knieën steunend bovenop je paard. „Het bovenlichaam vrij. Dan heb je de meeste scharnierpunten om de bewegingen van je paard op te vangen en tot nul te reduceren. Met een zadel rijden, ik zou niet eens weten hoe het moet. Je blijft ook niet recht boven je paard, maar je hangt altijd iets naar de kant waar je steekt. Vanaf het vertrek moet je in de juiste positie zitten en zo min mogelijk bewe gen. Je ogen moeten in één lijn zijn met de punt van je lans en de ring. En dan heb je hem. Of niet. Het lastige is dat je steeds wisse lende momenten hebt waarop je moet pieken. Je rijdt tien seconden op volle concentratie en dan moet je weer een tijdje wachten op je vol gende beurt. Het Zeeuws Kampioenschap duurt misschien wel weer twaalf uur, van acht tot acht. Dan ben je helemaal op." Je kunt je zesde kampioenschap behalen. Nerveus? „Nee. Ik kan alleen dankbaar zijn voor de ti tels die ik al heb. Sommige ringrijders zijn misschien wel beter in het steken van de rin gen, maar zijn eerder tevreden als het goed gaat. Dat is mentaliteit. Na dertig ringen zeg ik tegen mezelf: hup, even extra er tegenaan." ZATERDAG 16 AUGUSTUS 2014 H Sebastiaan Sturm rijdt op Buffalo, een trekpaard dat hij sinds eind 2009 heeft en waarop hij al twee keer Zeeuws Kampioen is gewor den. „Toen ik hem kocht, eind 2009, kon ik er niet op zitten. Tjon ge, wat heb ik er vaak naast gele gen. Hij was een beetje betuigd, maar onder de man liep hij niet." foto Mechteld Jansen Sebastiaan Sturm

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 27