In 1814 kwam er een einde aan de Franse overheersing
van Zeeuws-Vlaanderen. Nu, twee eeuwen later, trekt het
gebied vooral natuurliefhebbers. „De kreken geven
het ooit zompige gebied iets magisch."
4 SPECTRUM
zeeuws-vlaanderen
ZEELAN
ij is die
maandag
ochtend in
Clinge en
Sint Jan
steen ge
weest. Dat
is voor
Chiel Jaco-
busse van het Zeeuws Landschap al
tijd een feest. „Het is een buitenge
woon mooi gebied en landschappelijk
erg waardevol", legt hij uit. „Je ziet er
nog het oude Zeeuws-Vlaanderen. Al
tijd leuk om daar doorheen te banje
ren. Je komt er altijd wel iets bijzon
ders tegen."
Chiel Jacobusse is bij het Zeeuws
Landschap hoofd ecologie en kwali
teitszorg. Dat klinkt als een bureau
met veel papier. Dat is het misschien
ook wel, maar Jacobusse doet niets lie
ver dan de natuur induiken. Om er
vervolgens met glinsterende ogen
over te vertellen, strooiend met tal
van wetenswaardigheden. Die zitten
opgeslagen in zijn hoofd of in de na-
tuurboeken die hij zelf geschreven
heeft.
Hij komt graag in Zeeuws-Vlaande
ren. „Voor biologen is het altijd een
zeer interessant gebied geweest. Je
had hier een open landschap dat beïn
vloed werd door het water van de
Westerschelde. Dat liep over in een
bosrijk gebied, de grensstreek: een bij
zonder rijk vogelgebied met veel
sternsoorten en visdiefjes. Nu zijn dat
bijna allemaal bedreigde vogelsoorten
en staan ze op de rode lijst."
Zo'n lijst was er tweehonderd jaar ge
leden niet. Volstrekt overbodig ook
omdat Zeeuws-Vlaanderen toen een
paradijs was voor dieren en planten
die zich in de luwte van de Wester
schelde prima thuis voelden. „Wolven
liepen hier niet meer rond. Ik geloof
dat rond 1650 de laatste in de buurt
van Oostburg gezien is. Maar dassen,
visotters en talrijke vogelsoorten
kwam je hier volop tegen."
Natuurlijk is het gebied Zeeuws-
Vlaanderen veel en veel ouder. Rij
naar Nieuw-Namen en laat je rondlei
den in de Meester Van der Heijden-
groeve waar de prehistorie tot leven
komt. Een uniek stukje in Zeeuws-
Vlaanderen. Maar zover gaat Jacobus
se niet terug. Tweehonderd jaar is
voor hem meer dan genoeg. „Veel ge
gevens uit die tijd zijn er trouwens
niet. Je moet die vooral reconstrueren
naar het landschap. Zeker is dat er op
merkelijke veranderingen waren in
het vogelbestand. Neem de merel. Die
was destijds een uiterst schuwe, zeld
zame vogel. Nu zit-ie zowat in iedere
tuin. Deze regio had door de ligging
een heel eigen profiel. Nu nog, maar
er is veel moois verloren gegaan."
Gelukkig zijn de kreken gebleven.
Zeeuws-Vlaanderen is hét land van
dergelijke watertjes. Getijdenkreken,
doorbraakkreken die als stille getui
gen van een stormvloed achterbleven.
En ook kreken die door mensenhan
den ontstaan zijn. Jacobusse: „Kreken
zijn echt Zeeuws-Vlaams. Het zijn
prachtige plekken vol leven. Ze geven
het landschap iets magisch en vertel
len de geschiedenis van het ooit zom
pige gebied dat deze regio was."
Water is onmiskenbaar verbonden
met Zeeuws-Vlaanderen. Het zorgt
ook voor nieuw leven. „Zeeuws-Vlaan-
Vroeger
waren veel
mensen
nodig voor
het werk op
het land. Nu
is het veel
stiller in de
polders
ZEEUWS-VLAANDEREN
deren is dé toegangspoort voor exoti
sche insecten die als gevolg van de kli
maatverandering oprukken naar het
noorden. Als ze elders de grens over
gaan, vliegen ze door tot bijvoorbeeld
in Utrecht, maar leggen dan het lood
je. Meestal zijn het eenlingen die zich
niet kunnen handhaven in de nieuwe
en vijandige omgeving."
Hun kans op overleven is in Zeeuws-
Vlaanderen aanzienlijk groter, weet Ja
cobusse. „De Westerschelde is een se
rieuze barrière. De meeste insecten
zijn waterschuw en blijven daarom
hier hangen. Dan komen er na ver
loop van tijd soortgenoten bij. Aan de
boorden van de Westerschelde groeit
het uit tot een kleine populatie. Tot
het moment dat tóch de oversteek ge
waagd wordt en een aantal exempla
ren het elders in het land redt."
Kraamkamer
voor vogels
en insecten
door Romain van Damme
H
Chiel Jacobusse