SPECTRUM 11 ren kost wat kost te voorkomen dat ze hetzelfde lot ondergaan als de wél uit gestorven gelijknamige vogel. Overi gens met matig succes. Van de ruim vierduizend pompstations in Neder land zijn er nog maar zo'n zevenhon derd in eigendom van een zelfstandi ge ondernemer die de zaak ook exploi teert. De overige pomphouders wer ken in loondienst van de oliemaat schappij, of ze exploiteren een benzi nestation dat eigendom is van een van de grote oliemaatschappijen. Het uitstervende ras van zelfstandige pomphouders is wel het creatiefste deel van de beroepsgroep, vindt Klok. „De dodo is altijd op zoek naar han del. Hij start een broodjeszaak in zijn tankshop of begint er een zonnestu- dio. Ze houden de markt spannend. Dat is goed voor de branche, maar ook voor de klant. Die profiteert van meer service of van betere prijzen." De nieuwe tankstations moeten snel naam maken in Nederland. Vanaf juli gaan de eerste pomphouders 'om'. Een stuk of tien, verwacht Klok. De brandstof inkopen is geen probleem, blijkt uit navraag in de branche. Het aanbod is groot genoeg. De grote olie maatschappijen verkopen nu al regel matig benzine of diesel aan de concur rentie. Iedereen gooit er vervolgens de eigen 'toevoegingen' bij. Ingrediën ten die de brandstof speciaal maken voor dat ene merk. De Vrije Pomp gaat dat ook doen, voorspelt Klok. Na de start met de eerste tien pom pen, moet het netwerk snel uitbrei den. Pomphouders kunnen overstap pen als hun huidige contract is uitge diend. In uiterlijk vijfjaar tijd zou zo een landelijk dekkend netwerk ont staan. Vanaf de start is er een gezamenlijke tankkaart om klanten te binden, maar ook om het koopgedrag van klanten in kaart te brengen. En ja, in Neder- land-zegeltjesland wordt natuurlijk ook een eigen spaarsysteem georgani seerd. Toch zal niet ieder coöperatielid straks de nieuwe naam boven de in gang hebben, denkt Klok. Er zijn na melijk ook ondernemers die als groep willen onderhandelen over aanslui ting bij een van de grote oliemaat schappijen. Immers, als je met twin tig of vijftig leden tegelijk met Shell of BP kunt onderhandelen, kun je makkelijker je eigen voorwaarden af dwingen. En daar is het uiteindelijk al lemaal om begonnen, redeneert Klok. Want hoe je het ook wendt of keert, een grote naam heeft niet alleen nade len. Zoals een woordvoerder van Shell het noemt: „Wij zijn het sterkste merk." Volgens Klok zien de grote oliecon cerns door deze mogelijkheid plotse ling ook in dat de coöperatie niet al leen een bedreiging, maar ook een kans is. Ze kunnen in één klap een groep tankstations aan zich binden. De Shell-woordvoerder wil daar ver der niet op in gaan. „Wij staan neu traal in deze ontwikkeling. De pomp houders moeten zich natuurlijk con currerend opstellen. Wij hopen dat we ze een goed aanbod kunnen doen." Het overgrote deel van de coöperatiele den zal naar verwachting echter 'om- kleuren', zoals dat in jargon heet. Ze zullen hun huidige merknaam inleve ren voor die nieuwe, nog te bedenken naam van de coöperatie. Welk station het eerste wordt onder de nieuwe naam? Zelfs die vraag is minder dan een maand voor de deadline nog niet beantwoord. „Er melden zich nog da gelijks pomphouders aan. We zoeken straks één station uit dat representa tiefis voor wat wij willen", aldus Klok ZATERDAG 7 JUNI 2014 beeld Ben Vosseberg/Gettyimages Kortlopende contracten De grote oliemaatschappijen sluiten standaard contracten voor vijf jaar af. Een 'korte periode' noemt een woord voerder van Shell dat. De pomphou ders denken daar anders over. Die wil len graag ieder jaar beslissen bij wie ze de brandstof inkopen. De kans dat ze regelmatig van merk veranderen, is overigens klein. Het ombouwen van een station naar een ander merk is arbeidsintensief en duur. Door ieder jaar naar inkoopprijs en voorwaarden te kijken, kunnen pomp houders concurrerender werken, den ken de initiatiefnemers van De Vrije Pomp. Prijs aan de pomp De inkoopprijs voor zelfstandige pomphouders is gebaseerd op de ad vies consumentenprijs. De korting die de pomphouder van de oliemaatschappij krijgt, bepaalt de marge waarbinnen kan worden geva rieerd met de verkoopprijs aan de pomp. Veel grote olieconcerns exploiteren ook eigen, onbemande pompen. Daar is prijs aan de pomp vaak lager dan de inkoopprijs die de zelfstandige pomphouders aan hetzelfde concern moeten betalen. Elders inkopen mo gen ze niet, omdat ze vast zitten aan een contract. De samenwerkende pomphoudes willen daarom een prijs afdwingen die is gebaseerd op de prij zen op de wereldmarkt. Daar kan dan een opslag op komen voor bijvoor beeld het voeren van een merk als Es- so of BP en voor transport. Vaste brandstof temperatuur In België moet de brandstof op een vaste temperatuur worden afgeleverd bij het tankstation. Reden: in de on dergrondse tanks is het vaak maar een graad of 10. De brandstof uit een vrachtwagen is vaak zo warm dat de vloeistof uitzet. De 10.000 liter brand stof die de pomphouder krijgt gele verd, kan na afkoeling soms maar 9.000 liter blijken. Het verlies is voor rekening van de ondernemer die toch al met marges van een paar cent per liter werkt De zelfstandige pomphou ders pleiten daarom voor een vaste af- levertemperatuur van 15 graden. reageren? spectrum@depersdienst.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 71