1 ZEELAND 37 Mijn vrouw zei op een gegeven moment dat ik slechter liep dan mijn patiënten vóór een operatie. Zeeuwsbreed. Daar word je door de macht van de verzekeraars haast toe gedwongen." U bent in dertig jaar een begrip geworden in Zeeuws-Vlaanderen. Ouderen en sporters gingen niet naar de orthopedie, maar naar 'Corbeij'. „Als arts sta je altijd in de etalage, maar daar heb ik mij nooit iets van aangetrokken. Ik ken de ene helft van Zeeuws-Vlaanderen en, zoals ik altijd maar zeg, de andere helft kent mij. Als je daar als dokter niet tegen kunt, moet je hier heel snel weer weggaan. Ik heb mij nooit verstopt in het sociale leven. Dat heeft ook voor het werk voordelen gehad. Zo had ik eens 's middags een man op het spreekuur, die last had van zijn been. 's Avonds kwam ik hem weer tegen. Dansend, in het café. Die zat de boel dus te beduvelen." Hoe staat het met uw eigen gewrichten? „Ik moest er twee jaar geleden ook aan gelo ven. Ik heb een kunstheup. Mijn vrouw zei op een gegeven moment dat ik slechter liep dan mijn patiënten vóór een operatie. Je kunt heel lang met pijn doorgaan. Maar toen ook skiën niet meer ging, heb ik de knoop doorgehakt. Nee, de operatie is bewust niet door mijn col lega's in Terneuzen uitgevoerd. Dat soort din gen moet je heel zuiver houden. Net zoals mijn broer dat zes jaar geleden ook heel be wust die keuze maakte. Ik kreeg hartproble men en moest daarom acuut worden gedot terd. Dat kon toen nog niet in Terneuzen, dus moest ik naar Breda. En daar werkt mijn broer. Hij weigerde mij te helpen, maar liet het aan een collega over. Ik snap dat ook wel. Stel je voor dat ZATERDAG 7 JUNI 2014 Orthopeed Noes Corbeij plaatste ruim dertig jaar allerlei protheses. „Maar thuis ben ik onhandig. Ik kan nog geen spijker in de muur kan slaan." foto Mechteld Jansen Noes Corbeij

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 37