Noes Corbeij hielp de afdeling orthopedie van Zorg-
saam Zeeuws-Vlaanderen naar de top van Nederland.
Deze week nam de orthopedisch chirurg afscheid.
36 ZEELAND
NOES CORBEIJ
Sorry hoor, het is hier een rommel
tje. Noes Corbeij (64) excuseert
zich. Noem dat maar een rommel
tje. Zijn kantoortje oogt als een
grote puinzooi. Je struikelt zowat
over de stapels papier. Maar dat
heeft een reden. Corbeij is aan
het opruimen. Hij stopt met het boren, slijpen
en zagen in botten en plaatsen van protheses
van schouders, knieën en heupen. Nog een
paar dagen, dan is route 70-72 door het Terneu-
zense ziekenhuis niet meer zijn dagelijkse gan
getje.
Er zijn mooiere plekken te bedenken voor een
gesprek op een zonnige middag. Dat vindt
Corbeij ook. Vijf minuten later slaat hij voor
de tweede keer de deur open, maar dan van
zijn huis in Spui. „Ik heb ook maar snel bijpas
sende kleding aangetrokken voor op ons ter
ras, hoor", wijst hij op zijn korte broek.
Gelijk heeft-ie. Het is bloedheet in de grote
achtertuin, maar de gedreven orthopeed zit
ontspannen op zijn praatstoel. Wat een heerlij
ke plek om bij te komen, wat een ruimte heeft
zoon Bas (7) hier om zijn energie kwijt te ra
ken. Laat staan kleinzoon Siem (3) en klein
dochter Mare (zes maanden) als ze vanuit
Utrecht bij hun opa op bezoek komen. „De
ruimte die we hier hebben, vind je bijna ner
gens. En dat ook nog op een steenworp af
stand van het ziekenhuis in Terneuzen."
Laten we maar meteen met de deur in huis vallen.
U zit met een zoon van zeven bijna in dezelfde le
vensfase als uw oudste dochter Merel (35), die
twee kleine kinderen heeft.
„Ja, dat klinkt voor veel mensen heel gek. Het
is niet standaard, maar het is ook heel mooi.
Kleinzoon Siem en mijn zoon Bas spelen al
leuk met elkaar. En Bas riep na de geboorte
van Siem als vierjarige steeds heel trots op
school dat hij oom was geworden. Hij vindt
dat zelf helemaal geen probleem, volgens mij.
Net zoals hij het prima vindt dat zijn vader
veel minder gaat werken. Dan hoeft hij nooit
meer naar de buitenschoolse opvang, conclu
deerde hij al snel. Ik krijg inderdaad meer tijd
voor hem en voor mijn kleinkinderen, maar
helemaal stoppen met werken doe ik ook nog
niet."
Er staat al iets nieuws op de rol?
„Ja, ik ga twee dagen in de week aan de slag
bij de Medinova-kliniek in Breda. Heup- en
knieprotheses plaatsen. In december besloot
ik om bij ZorgSaam halverwege 2014 mijn
praktijk te beëindigen. Ik ben bijna pensioen
gerechtigd, maar ik wilde ook nog niet hele
maal stilzitten. Daarom heb ik naar Medinova
gebeld. Vijf dagen later was mijn komst rond.
Het mes snijdt aan twee kanten. Zij halen met
mij veel ervaring in huis en zitten bovendien
nog niet aan het plafond van wat verzekeraars
vergoeden. Ze moeten dus hogere aantallen
patiënten scoren. Ik kan in die privé-kliniek
weer heel direct werk doen. Gewoon weer het
contact tussen dokter en patiënt. In de zieken
huiswereld is de afgelopen jaren heel veel ver
anderd. Scherpe protocollen, de managers en
de macht van de verzekeraars... Dat ging mij
van lieverlee tegenstaan. Ik kreeg het gevoel
dat ik de regie niet meer in handen had. De ge
neratie van nu weet niet hoe het dertig jaar ge
leden was, maar ik wel."
Dat klinkt bijna romantiserend.
„Echt, ik kan boeken schrijven over alles wat
er de afgelopen jaren is gebeurd. Met name
voor en tijdens de fusie was een heel speciale
tijd. Ik zeg niet het dat het vroeger beter was,
maar wel heel anders. Toen ik begin 1983 in
het Elisabethziekenhuis in Sluiskil begon,
voelde dat toch een beetje als pionierswerk. Ik
mocht er de afdeling orthopedie opzetten.
Sluiskil was in omvang een ziekenhuis van
niets, maar we stonden wel enorm voor el
kaar. We hadden de beroemdste oogchirurg
in huis, dokter Binkhorst, de man die de lens
uitvond. En er was concurrentie tussen de
Zeeuws-Vlaamse ziekenhuizen. Ook in mijn
tak van sport, de orthopedie. Ik was voor het
ziekenhuis in Oostburg de vijand, omdat ik pa
tiënten bij hen zou wegtrekken. Zij verwezen
daarom voor orthopedie bijvoorbeeld door
naar het ziekenhuis in Breda. Terwijl er in
Sluiskil dus ook een orthopeed zat. Vroeger
deed iedereen braaf wat de dokter zei, maar
die tijd is nu gelukkig voorbij."
Tegenwoordig zoeken patiënten op internet eerst
zelf op wat ze mogelijk mankeren.
„Internet herbergt veel pseudo-wetenschap.
Of om het wat platter te zeggen, een soort me
dische porno. Je kijkt ernaar, weet niet wat de
kwaliteit is, maar gaat er wel mee aan de slag.
Ik ben ervan overtuigd dat je als orthopeed de
eerste vijfjaar van je carrière moeiteloos kunt
doorstaan. Dan doe je ogenschijnlijk alles
goed. Pas daarna komt uit of je brokken hebt
gemaakt. Je kunt best een tijdje met een ver
keerd geplaatste prothese blijven rondlopen,
maar op een gegeven moment speelt die je
toch op."
Heeft u zelf ook weieens brokken gemaakt?
Natuurlijk is niet altijd alles optimaal verlo
pen. Dat kan ook niet. Zelfs computers zijn
niet perfect. Maar er is een verschil in fouten
maken en tegenvallende resultaten boeken. Ik
heb er wel een paar keer last van gehad dat
De laatste
jaren kwam
zestig
procent van
mijn
patiënten
van boven
de
Westerschei
de.
mij fouten werden verweten, terwijl ik ervan
overtuigd was dat de operatie op zich goed
was verlopen, maar dat een van de risico's in
werking was getreden. Van dat soort dingen
kan ik wakker liggen. Ik ben in dertig jaar
twee keer voor zo'n geval voor het tuchtcolle
ge gedaagd. Beide keren ben ik vrijgesproken.
Waar de meeste artsen zieke mensen beter
maken, loop je als orthopeed juist het risico
dat je mensen kunt ziek maken. Dat is overi
gens nou juist een van de redenen waarom ik
orthopedie zo mooi vind: je werkt niet met
zieke mensen. Ik ben absoluut niet geschikt
om met doodzieke mensen te werken, vanwe
ge het lijden dat dit met zich meebrengt. Ik
haal mijn voldoening uit tastbaar resultaat. Re-
constructiewerk, dat is eigenlijk wat ik altijd
gedaan heb. En dat terwijl ik thuis heel onhan
dig ben en soms ook wel wil zijn. Ik kan nog
geen spijker in de muur slaan. Nou ja, dat gaat
misschien nog nét. Maar ik ben dan wel doods
bang dat ik een leiding raak."
De afdeling orthopedie van ZorgSaam wordt tot
de top van Nederland gerekend. Dat is iets om
trots op te zijn.
„Dat ben ik ook, maar niet zozeer op mijzelf.
Wij bedrijven een teamsport. Het begint al bij
de vriendelijkheid van het secretariaat. In
2009 betitelde Elsevier onze afdeling als twee
de beste van Nederland. We moesten alleen
de Sint Maartenskliniek, gespecialiseerd in or
thopedie, voor ons dulden. Onze afdeling was
dus de beste van alle ziekenhuizen. Daarnaast
ben ik echt trots op de prestaties die we voor
de fusie van de Zeeuws-Vlaamse ziekenhui
zen in dat kleine Sluiskil hebben neergezet.
Een fixatie van een ruggenwervel met een
nieuw soort plaat en schroeven uitvoeren sa
men met de Amerikaanse chirurg Arthur Stef-
fee, dat was voor een ziekenhuis met honderd
bedden echt revolutionair. Daarnaast ben ik
content met de herstelprogramma's die wij in
Terneuzen hebben gelanceerd. De formule
om meerder mensen op dezelfde dag te opere
ren en later ook samen in een hotel te laten
herstellen werkt. Het trekt bijvoorbeeld veel
mensen van Walcheren en de Bevelanden
aan. Dat heeft te maken met kwaliteit, maar
ook met de slechte naam van het Admiraal De
Ruijter Ziekenhuis (ADRZ). De laatste jaren
kwam zestig procent van mijn patiënten van
boven de Westerschelde. Ik weet als geen an
der dat een fusie klanten kost, ik heb het des
tijds ook allemaal zelf meegemaakt. Maar het
ADRZ heeft te weinig lering getrokken uit
het fusieproces dat zich 25 jaar geleden in
Zeeuws-Vlaanderen voltrok. Kijk de kranten
berichten van toen er maar op na, die zijn
bijna identiek als de recente over het ADRZ.
Zodra het boven de Westerschelde goed is ge
regeld, kun je op je klompen aanvoelen dat er
een volgende fusie aankomt, maar dan
Ik kan thuis nog geen
spijker in de muur slaan
door Raymond de Frel
Noes Corbeij
uit Spui is gebo
ren op 10 de
cember 1949 in
Breda. In navol
ging van zijn va
der werd hij or
thopeed. In het
ziekenhuis in
Sluiskil en daar
na Terneuzen
zette Corbeij
een orthope-
die-afdeling op
die zich tot de
top van Neder
land mag reke
nen. Corbeij
trouwde twee
keer. Uit zijn
eerste huwelijk
kwamen doch
ters Merel (35)
en Bibi (32)
voort. Met zijn
huidige vrouw
kreeg hij zoon
Bas (7). Merel
schonk hem
kleinkinderen
Siem (3) en Ma
re (6 maanden).
Corbeij draagt
1 juli zijn prak
tijk over aan
Frank Neijman.