De Pinksterhoeve of
Mooie Staak
r
2 BUITEN
a
Spui, onder de oudere generatie beter bekend als Zoutespui, ligt aan de
oude hoofdweg tussen Terneuzen en Axel. Spui ontstond rond een
spuisluis tussen twee zeearmen, die de naam 'Het Zoute Spui' kreeg.
Het meest opvallende aan het plekje is de witte beltmolen Eben Haëzer
uit 1807. Deze molen werd gebouwd in opdracht van Napoleon om zijn
troepen van meel te voorzien. Typerend voor Spui is de gezelligheid die
zich uit in de actieve voetbalvereniging W Spui en het buurthuis De
Drie Gehugten (de naam verwijst naar de drie plekjes Spui, Margrette
en Schapenbout).
Molenaar Steef
Nessen zit op
een bankje
voor de molen
te genieten van
de zon, gedul
dig wachtend
tot hij iemand een rondleiding kan
geven door 'zijn' molen. Iedere za
terdag van april tot oktober is de
molen open voor publiek en geven
Steef en zijn collega-molenaar, Da
vid de Putter, gepassioneerd rond
leidingen. „Het is niet zomaar een
molen, het is de eerste privémolen
van Zeeuws-Vlaanderen." Om deze
reden is de molen gemaakt van een
voudig materiaal. „Er waren maar
weinig centjes, het kon dus niet te
veel kosten. Toch is het een prachti
ge molen."
Steef geniet van het vrijwilligers
werk: „We proberen tijdens de
rondleidingen een heel goede uit
leg te geven over wat voor molen
het is. Op iedere vloer vertellen we
wat, dan kan de bezoeker op adem
komen en houden wij ons praatje.
Kinderen laten we vaak zelf meel
malen." Maar molenaar wordt je
niet zo maar. Steef heeft eerst een
opleiding moeten volgen van twee
jaar. Goed merkbaar, want de mo
len heeft geen geheimen meer voor
Steef: „Als techneut vind ik molens
echt geweldig, want het is zo een
voudig: alles werkt altijd." Sinds
2010 is het duo gekoppeld aan de
molen: „We zijn beiden echt met
hart en ziel molenaar, de molen is
het gezicht van Spui en we doen er
alles aan om dat zo te houden."
Schuin tegenover de molen woont
Marius van Harm. Hij woont al 72
jaar op Spui, is er geboren en geto
gen. „Ik heb Spui in de loop der ja
ren enorm zien veranderen. Vroe
ger zat hier van alles, een smid, wa
genmaker, school, allerlei winkel
tjes en zelfs een kerk. Het was echt
druk in de kern." Inmiddels is alles
verdwenen, Spui werd te klein. „Er
is een boek van Geert Mak, Hoe God
verdween uit Jorwerddat had zo
over Spui geschreven kunnen wor
den. Alles is inmiddels verdwenen,
maar je moet 't ook niet romantise
ren: dat is gewoon de tijd."
Het valt Marius wel op dat de ge
meenschapszin wat minder is ge
worden. „Vroeger praatte je veel
meer met elkaar en was het vereni
gingsleven veel groter. Bij de ge
meentelijke herindeling in 1972
was iedereen dolenthousiast over
het dorpshuis, nu krijgen we maar
met moeite een bestuur bij elkaar."
Ook de voetbalvereniging heeft wel
eens betere tijden gekend. Met circa
250 inwoners in ongeveer 100 hui
zen is het lastig de elftallen te vul
len. „Inmiddels zitten er volgens
mij nog maar vier mensen uit Spui
op, de rest komt van elders. Maar
dat geeft niks, het is nog steeds hart
stikke leuk. Ze komen uit Axel -en
Terneuzen hier naar toe voor de ge
zelligheid, dat is toch mooi?" Inwo
ner Jeroen Dees kan daar over mee
praten: „De voetbalvereniging is
heel actief, maar het is lastig om al
le leeftijden te vertegenwoordigen
en de elftallen te vullen. En dat
mensen van buitenaf meedoen is al
leen maar leuk."
Het onderlinge contact tussen de
buurtbewoners is dus wel wat min
der, maar nog steeds goed, vindt
Marius. „In zo'n kleine gemeen
schap kom je elkaar nou eenmaal
veel tegen. Vaak drinken we 's
avonds nog wat met elkaar of ma
ken we een praatje." Ook Jeroen
heeft het goed naar z'n zin: „We
spreken elkaar allemaal vrij veel,
doen vaak wat met de buurtvereni
ging eq Koninginnedag, nu Ko
ningsdag, wordt hier altijd uitbun
dig gevierd."
De inwoners van Spui zijn behoor
lijk honkvast. Marius woont naast
zijn ouderlijk huis en veel mensen
die zijn geboren op Spui zijn er zelf
ook gaan wonen. Het is er prettig
wonen, concludeert Marius. „Ik
denk dat we allemaal een goede
jeugd hebben gehad. Het is een
prachtig, groen dorp. Toen ik jong
was stonden hier allemaal eenvou
dige, kleine woninkjes, nu zijn het
allemaal mooie huizen geworden.
En we hebben alle ruimte: dat is
heerlijk." Met de ruimte doelt Ma
rius op het natuurgebied dat bij het
plekje ligt. „Direct achter mijn huis
ligt dertig hectare natuur waar je
kunt wandelen, maar er loopt ook
een water waar je kan varen, zeilen
en roeien. Die ruimte maakt het
hier goed wonen." Net als Marius is
Jeroen geboren en getogen in het ge
hucht: „We wonen hier super cen
traal en ik heb een prachtig vaarwa
ter in mijn achtertuin, dat is toch
heerlijk. Ik zou niet weten waarom
ik hier ooit weg zou gaan."
De bijna 400 jaar oude
Pinksterhoeve (of Mooie Staak) in
Nisse heeft zijn naam te danken
aan een beeldengroep die vroeger
boven de voordeur zat. Bij deze
groep van 12 apostelen met
Maria in het midden, waren
boven de hoofden vlammen
afgebeeld (vurige tongen), het
symbool van Pinksteren. Nu is
alleen nog een Mariakopje boven
de voordeur te zien.
foto Gerard Smallegange
Vaarwater in de achtertuin
door Matthanja Schipper
Molenaars Steef Nessen (I) en David de Putter voor de molen Eben Haëzer,
gebouwd in 1807. foto's Peter Nicolai