gem. Terneuzen
BUITEN 15
Al een klein duizend jaar kun je in Zeeland
niet om Sint Jan heen. Van Sint Jansteen en
het Maltahof in Zaamslag tot Oostburg met
de St. Janshuis, van Zierikzee (St. Jansstraat) tot Ka-
pelle en Wemeldinge - St. Janshoek, St. Jansheeren-
land - tref je Sint Jan aan. Maar nergens meer dan
op Walcheren. Niet alleen in Middelburg waar ooit
een commanderij van Sint Jan was, maar vooral in
het westen van Walcheren zo tussen Zoutelande
en Westkapelle. Daar bereikt de naamsdichtheid
van Sint Jan het volstrekte hoogtepunt. Janskerke,
Sint Jan ten Heere en de St. Janshof zijn slechts een
verre steenworp van elkaar. Vanwaar al die Jannen?
Sint Jan is al een millennium de populaire aandui
ding van twee Bijbelse figuren. Het betreft öf Jo
hannes de Doper, öf Johannes de Evangelist. Bij na
der onderzoek blijkt nu, dat het bij ons vrijwel uit
sluitend om de Doper gaat. Die was hier uitzonder
lijk populair. Of beter gezegd: de ridderorde die
zich tijdens de eerste kruistochten met zijn naam
tooide. Die ridders, met als schutspatroon Johan
nes de Doper - Sint Jan in de volksmond - legden
zich bewust niet toe op vechten, maar op het ver
zorgen van gewonden en zieken. Al snel werd het
een geestelijk ridderorde. Er mochten dus ridders
toetreden, die tevens geestelijke (monnik) werden
en zich toelegden op ziekenverzorging. Hun eerste
vestigingsplaats was Jeruzalem - het centrum en
het doel van de kruistochten. Toen Jeruzalem voor
de eerste keer veroverd was op de Islamieten,
stichtten ze daar hun zetel en hun eerste grote hos
pitaal. Vanaf toen werden ze 'hospitaalridders' ge
noemd. Een kleine 300 jaar bleef Jeruzalem hun
hoofdzetel, tot ze rond 1300 door de oprukkende
1\irken verdreven werden. Toen verhuisden ze naar
Rhodos, en nog later naar Malta. De Johannieters
(of zoals ze ook bekend zijn: de Maltezer ridders)
hadden toen al een spoor door heel Europa getrok
ken. Overal waar ze kwamen bouwden en beman
den ze hospitalen. Van Zuid-Frankrijk (bv. Gorges
du Tarn) tot Noord-Duitsland toe. En ook dus in
Zeeland. Al vanaf 1300 hadden ze bij ons overal ves
tigingen en hospitalen. Ze staan eigenlijk aan de
wieg van onze" ziekenverzorging. Zoals gezegd was
het westen van Walcheren het epicentrum van
hun Zeeuwse activiteiten. Daar stond een grote
commanderij - een uithof met een klooster annex
riddergoed van een geestelijk orde van edellieden
en ridders. Bij de uithof behoorde meestal ook een
hospitaal of gasthuis. De commanderij zelf was in
Sint Jan ten Heere, de kapel/kerk was in Sint Jans
kerke. De hoeve (grangia) was St. Janshof Althans
dat denk ik, want veel is er niet over te vinden. Bij
de reformatie verdwenen de Johannieters, het kerk
je werd slachtoffer van de beeldenstorm en ging la
ter ten onder in oorlogstroebelen. De commanderij
werd een buitenplaats die ten onder ging aan de
tijd, de economische neergang rond Napoleon en
de strijd tussen Fransen en Engelsen. Maar de St.
Janshof - eerst geestelijk/ridderlijk hof, daarna ook
buitenplaats - overleefde als boerderij. Rond 2000
dreigde de magnifiek gelegen hoeve - tussen Melis-
kerke en de duinen - te bezwijken. Het huis was
verwaarloosd en meer dan een beetje verknoeid,
de schuur was half ingestort. Gelukkig werd het ge
heel gekocht door Zeeuwen met liefde voor oude
cultuurhistorie. Zij hebben de hoeve en het erf lief
devol gerestaureerd, zodat nu het St. Janshof weer
een pronkstuk in het wijde Walcherse landschap
is, net als in vroeger dagen.
WOENSDAG 28 MEI 2014
door Gerard Smallegange
1 van landbouwgrond
De Val gezien vanuit
de lucht.
luchtfoto Skypictures
Bewoners die geen
moestuin aan huis
hebben, tuinieren een
paar honderd meter
verderop - onder aan de
dijk - op een
gezamenlijk stukje
'niemandsland'.