PZC Hoe is het om een volkstuin te hebben? „Ik vind het ontzettend leuk. Tijdens mijn studie in Kampen hadden we al een bloementuin van 300 vier kante meter, die hebben we met pijn in het hart achter moeten laten. Als ik daar was, hoefde ik niet op vakantie, we kookten er onze maaltijden en konden er zelfs slapen. Toen ik hiernaar toe ben verhuisd, ben ik opnieuw een volkstuin be gonnen, samen met een goede vriendin en onze partners. Hier proberen we echt een mooie plek van te maken, met bloemen, een eettafel, een huisje en een gaspit. Zo kunnen we er gezellig zitten, koffie drin ken en lekker eten. Het sociale gebeuren vind ik net zo belangrijk als de tuin zelf." Jullie zijn met 100 vierkante meter tuin begonnen, inmiddels is dit uitgebreid tot bijna 800 vierkante meter. Wat doen jul lie ermee? „We hadden een soort expansiedrang die we moesten temmen, dus groter dan dit gaan we niet meer. Maar de ruimte die we hebben, gebruiken we ook. Zeker de helft staat vol met klein fruit en fruitbomen, we telen aardappelen en natuurlijk heel veel groenten. Ik vind het heerlijk om te doen; als kind wilde ik al boer worden. Mét mijn werk is het fijn om af en toe met je handen in de grond te zitten en op die manier met de schepping bezig te zijn. Het zorgt er voor dat ik wat beter kan relativeren en leert me van alles over geloven en over God. Het is een wonder hoe een zaadje kan uitgroeien in een grote plant waar je een heel seizoen van kunt eten. We leven in een mooie, maar kwetsbare schepping waar we goed voor moeten zorgen. Daar om vind ik duurzaamheid en biologisch eten heel belangrijk. Ik probeer anderen dat ook mee te geven. Als ik voorga in de kerk, gebruik ik regelmatig ook een verwij zing naar de tuin. Zo heb ik ooit in een preek voorgesteld om samen met de ge meenschap op het land van de kerk groen ten te verbouwen voor de voedselbank. Dia kenen van verschillende kerken in Kapelle zijn daarmee aan de slag gegaan en dat heeft geresulteerd in een heel mooi pro ject. Kapellenaren die zelf groenten verbou wen, kunnen hun overschot op vrijdagmor gen naar een verzamelpunt voor de voedsel bank brengen. Het is een concreet, makke lijk project waar iedereen aan mee kan doen. Sommigen brengen meer, anderen minder. Weer anderen zetten alleen wat uitjes in hun achtertuin voor de voedsel bank, maar ook dat is genoeg. We geven mensen gezonde voeding en het past bij onze omgeving van landbouwers, dat vind ik mooi." Wat is je favoriete gewas? „Alles. Als je voor iets zorgt, dan krijg je er een band mee. Maakt niet uit wat het is. Te genwoordig hebben de meeste mensen geen band meer met hun voedsel, eten lijkt een vanzelfsprekendheid. Terwijl dat helemaal niet zo is. Dat merk je in je eigen tuin, het ene jaar heb je een gigantische oogst augurken en het jaar daarop niets. Dat is deels afhankelijk van je eigen inzet, maar eigenlijk heb je het niet zelf in de hand. Het wordt je zomaar voor niets gege ven door de goede God. Ik kan heel blij zijn als ik mijn oogst binnen heb, het komt zo van de tuin en wat heb ik er nou eigen lijk voor moeten doen? De hele natuur is ons gegeven. Daar mogen we best dankbaar voor zijn. Zo vond ik het bijvoorbeeld leuk dat iemand me laatst aansprak toen we een heel veld vol tulpen hadden gezet. Hij vroeg of het voor in de vaas thuis was. Toen ik aangaf van niet, zei hij: 'Dat is mooi. De Allerhoog ste moet ook iets hebben om van te genie ten'. Dat vond ik een mooie gedachte, niet alles hoeft nut te hebben voor jezelf, maar het mag er ook gewoon staan voor een voorbijganger of voor God. Tuinieren brengt me dichter bij God, en daar word ik heel blij van." Dominee Bindert de Jong van de Mozeskerk in Biezelinge heeft naast het geloof, nog een passie: tuinieren. Hij is er van overtuigd dat de schepping ons gegeven is en daarmee dus ook het voedsel dat wij vaak gedachteloos nuttigen. Bewust bezig zijn met eten en daardoor direct ook met de schepping, geeft voor hem een extra dimensie aan het toch al leuke tuinieren. woensdag 21 mei 2014 Buiten De otter is bezig aan zijn comeback in Nederland PAGINA 4 EN 5 door Matthanja Schipper Dominee Bindert de Jong en zijn tweede passie: tuinieren, foto Lex de Meester De Allerhoogste moet ook iets hebben om van te genieten

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 37