'Slechts twee kinderen op de rand van de zandbak' Het aantal leerlingen daalt, voor sommige basisscholen zelfs schrikbarend. Ze proberen er met alle macht een positieve draai aan te geven. 10 VERDIEPING KRIMPENDE SCHOLEN et is hét onder werp in de lera- renkamer, maar vaak ook daarbuiten: de krimpende school. Gemid deld neemt het aantal leerlingen in Nederland tot 2020 met 9 pro cent af. De ene regio treft het zwaarder dan de andere. Gezien de trek naar de stad en de vergrij zing heeft het platteland het er moeilijker mee dan de steden. In steden die soms erg ruim in de ba sisscholen zitten, kan krimp toch een hot item zijn. Er zijn wijken waar scholen elkaar stevig in de weg zitten. In sommige regio's gaat het om een afname van meer dan 30 pro cent. Ga er als school maar mee aan de slag. Ie hebt te veel perso neel, te veel boeken, lege lokalen, maar vooral: te weinig leerlingen. Er zijn diverse betrokkenen met verschillende belangen: ouders, personeel, gemeente. Minder leerlingen betekent min der inkomsten en dus minder per soneel. Scholen worstelen daar mee. Je zet niet graag personeel op straat. Bovendien is dat in het onderwijs moeilijk; leerkrachten hebben een sterke rechtspositie. Dat is plezierig voor de beroeps groep, maar niet handig voor de schooldirecteur. Die moet zijn jaarrekening sluitend zien te krij gen. Staatssecretaris Sander Dekker (Onderwijs, WD) waarschuwde vorig jaar al. Basisscholen worden kleiner en de kleine scholen die er zijn, worden nóg kleiner. Ze zijn extra kwetsbaar. Ouders en leerlingen zijn de dupe als het misloopt. „Het is cruciaal om nu na te denken over de vraag hoe het onderwijs in deze gebieden er straks uit moet zien", aldus Dek ker. Daar zijn scholen mee aan de slag gegaan. Er is niet één oplos sing voor, daarvoor zijn er te veel regionale verschillen. Veel scho len bespreken hun lastige toe komst als het goed is met ouders. Soms loopt dat redelijk goed, maar soms ook niet. Er zijn ouders die eisen dat de school van hun kinderen hoe dan ook per se moet blijven bestaan. Bij conflic ten kan het ertoe leiden dat ze on derzoeken of hun school aanslui ting kan of mag zoeken bij een an der schoolbestuur. De sfeer wordt er niet beter op. De opheffingsnorm, per gemeen te anders, komt nadrukkelijker in beeld. Een bestuur met veel scho len kan gemakkelijk een paar klei ne scholen in de lucht houden. Als ze allemaal ingrijpend kleiner worden, wordt het een ander ver haal. Omgaan met krimp betekent we ten wat de prognoses zijn. Die kloppen niet altijd. En wie zal in een stad zeggen dat de kinderen in jouw wijk ook naar jouw school komen? Scholen moeten la ten zien wat hun plannen zijn. Di recteuren moeten hun creativiteit tonen, financieel, onderwijskun dig, maar ook in hun communica tie naar ouders. Drie directeuren komen op deze pagina's aan het woord. Zij probe ren slim en constructief om te gaan met krimp. De een houdt niet van struisvogelpolitiek en handelt daarnaar. De tweede voor ziet de risico's als de school niets doet en de zaken maar op zijn be loop laat. De derde praat zich de blaren op de tong om een project binnen te halen. Voor alledrie geldt: een school die niets doet en omvalt, is geen op tie. Zoals een van de drie zegt: „We hebben een probleem en moet proberen slimme verbindin gen te maken." Zo op het eerste gezicht heeft schooldirecteur Wout Derk- sen uit Wehl niets te klagen. Zijn school, Het Timpaan, is met 579 leerlingen een grote basisschool. Hij had er ooit bijna 800 en hij weet dat hij nog onder de 400 zakt. Dat is een krimp van 50 procent. „Krimp is een fase waar we ongevraagd in terecht zijn gekomen", zegt Derksen. „Die is omvangrijker dan we gedacht hadden, en verloopt ook nog eens erg snel. In de groepen 8 heb ik iets meer dan honderd leerlingen zitten. Die verla ten straks de school. In groep 1 zijn er 45 bijgekomen. Dat geeft de verhoudingen weer." Wehl, een dorp met 6.800 inwoners, telt één basisschool. Het schoolbestuur van Het Timpaan heeft één school, met een kleinere nevenvestiging in Nieuw-Wehl. Daar is de krimp goed zichtbaar: „Als je daar nu een jong kind naar school brengt, zie je maar twee kinderen van de zelfde leeftijd op de rand van de zand bak zitten." Financieel moet de boel op orde zijn, vindt hij. „We zijn nog steeds een grote school. Moeten we aansluiting zoeken bij een ander bestuur? Nu niet, maar over een paar jaar heroriënteren we ons. Ons uitgangspunt is niet: hebben we nog geld, maar: kunnen we nog steeds in noverend bezig zijn in ons onderwijs." Toch zijn de consequenties ingrijpend. Vijftig leerlingen minder op jaarbasis be tekent minder werk voor twee leerkrach ten „We hebben in drie, vier jaar tien ar beidsplaatsen ingeleverd. Een leeg lokaal kost 6.000 euro. Je kunt failliet gaan als je het allemaal zo maar laat gaan." Derksen voelt zich soms directeur-on dernemer. Hij bouwde de school in ei gen beheer, zocht naar subsidies en mo gelijkheden en bleek daar bedreven in te zijn. „Het is een spanning, maar dat spel moet je spelen." Het heeft volgens Derksen geen enkele zin krimp te ontkennen. „Je ziet geen kinderwagen meer rijden in het dorp. We hebben het er uitgebreid met ouders over gehad. Hoe houden we dit finan cieel overeind? Wat doen we met leeg stand? De nevenvestiging, die nu 120 leer lingen telt, sluit op termijn. In 2015 ko men die leerlingen er in Wehl bij. We krijgen de jeugdbibliotheek erbij en we hebben buitenschoolse opvang. Ik heb geen leegstand. We starten met een con- tinurooster; dat zijn per week tien ver keersbewegingen minder voor ouders. We kregen daar de handen voor op el kaar." Over de communicatie met de ouders is zorgvuldig nagedacht. „Je moet laten zien wat de school te wachten staat als je niets doet. We blijven betrokken bij het dorp. Waar het ons om gaat en blijft gaan, is de onderwijskwaliteit We doen extra aan kunst en cultuur, besteden aan dacht aan hoogbegaafden en aan de kin deren zelf. We investeren in ons leraren- team. Geen enkel kind heeft bij ons een rugzakje. Wij zijn er niet voor struisvo gelpolitiek. We hebben een probleem en dan gaat het erom slimme verbindingen te zoeken." Omvallen is geen optie door Patrick Wiercx illustratie Ronald Visser

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 10