N UIT 11 Lezing van Meijer over De Roeping Alles rond vis in Food Film Festival a Adri Mackor geeft Albert Meijer, historicus en archivaris, zaterdag 10 mei (14.00-15.30 uur) de tweede voordracht in de cyclus rond de Van Rey- merswale lezingen. Hij vertelt over het handelsverkeer op de Schelde in de 16e De beelden van het Food Film Festi val, dat wordt gehouden in de Wes tergasfabriek in Amsterdam, leve ren 'voer voor discussie op'. Vis is het hoofdthema. Er worden films met verha len van vissers, consumenten en natuurbe schermers getoond. Daarin komt de pro- eeuw en de pogingen van Karei V om de Zeeuwse tolinkomsten te vergroten. Met hulp van historische gegevens blijkt een geheel nieuwe interpretatie mogelijk van het paneel De Roeping van Mattheus van Marinus Claesz van Reymerswale (1490 Reimerswaal-1546 Goes). Aansluitend kan het Zeeuws Museum bezocht worden. Re serveren voor de lezing is verplicht en kan via: rondleidingen @zeeuwsmuseum.nl. De Van Reymerswale is het uitgangspunt van Tasten in het duister. De Roeping van Mattheus is echter ernstig beschadigd en het is moeilijk te zien hoe het er oorspron kelijk heeft uitgezien. Het Zeeuws Mu seum vroeg aan kunstenaars om het geha vende schilderij op eigen wijze te herden ken, te herstellen of te herscheppen. blematiek van overbevissing aan bod. De visserijsector heeft het moeilijk, terwijl de consument daar weinig kennis van heeft. Er zijn ook speelfilms en documentaires te zien en is er een interactief programma over zaaddiversiteit en genetische modifi catie. Verschillende topchefs geven work shops en in het FFF Restaurant wordt drie dagen lang sterwaardig gekookt. De ope ningsfilm is 'Hollandse Nieuwe', een por tret van de laatste Nederlandse haringvis sers. Zaterdag wordt het Grote Visserij De bat gehouden, waarin vissers in gesprek gaan met het publiek, NGO's en de weten schap: 'welke vis kan je met een schoon ge weten nog eten?' Informatie en kaarten via: www.foodfilmfestival.nl. Het debat over visserij is gratis toegankelijk. Een kunstcarrousel die vier pianisten en vier schilders twee uur lang verbindt met het publiek. Dit experiment valt zaterdagmiddag te beleven in de Grote Kerk in Groede. Achter het experiment Finira- ma blijkt een persoonlijke fi losofie schuil te gaan. Dat wordt duidelijk met het ant woord op de vraag aan Rini Fenijn hoe hij op het idee van een kunstcarrousel is ge komen. „Het begon in feite bij wat maat schappelijke zorg die ik heb over de huidi ge samenleving. We leven in deze tijd nog al individualistisch. Hoe kunnen we de per soonlijke krachten samen brengen ten be hoeve van een groter geheel? Een soort 'Ge- sammtkunstwerk' dus", vraagt Fenijn zich af. Hij verwijst in dit verband naar de perio de van de Jugendstill, een stijl die hem al lange tijd zeer aanspreekt. „In die bouw en kunststijl gold één iemand als ontwer per tot in de kleinste details toe. Alle ande ren die betrokken waren bij de uitvoering waren dienstbaar aan dat ontwerp. Maar wat ontstaat er nou als je kunstenaars in ge meenschappelijk verband, maar toch indivi dueel hun gang laat gaan? Dat moet dus blijken met deze kunstcarrousel." Fenijn bedacht het bouwwerk met een dia meter van 7 meter en een hoogte van 4 me ter. De carrousel wordt gebouwd door Henk Cijsouw. In het midden rond de spil komen vier vleugels te staan. Die worden bespeeld door vier pianisten van het Sim- eonkwartet: Rien Wulffraat, Emil Engel, Es ther Scheerder en Cathelijne Maat. Zij brengen het meesterwerk van Simeon ten Holt: Canto Ostinato. „Dat is natuurlijk pre- cies het muziekstuk dat hierin past, want de musici hebben daarin alle vrijheid voor de uitvoering, die altijd anders kan zijn en waarbij dus individuele beslissingen geno men worden", concludeert Fenijn. De naar hem vernoemde kunstcarrousel wordt voorzien van zestien houten pane len die elk weer met een houtsnee in vier gelijke parten worden ingedeeld, zodat er in totaal 64 schilderijen van 61 bij 61 centi meter te maken zijn. De vier schilders, Erik van Houten, Jenny Verplanke, Renee Wolters en Fenijn zelf, staan op steigers voor de draaiende carrou sel. Zij zien hun 'eigen werk' langzaam wegdraaien en het werk van de collega dichterbij komen. Gedurende twee uur vul len zij de 64 panelen in terwijl de pianis ten de kerk muzikaal vullen met de Canto Ostinato. De musici kunnen van hun cen trale plek het vorderende schilderwerk niet zelf zien. Rondom echter staan camera's op gesteld die mensen vanuit het publiek mo- gen bedienen. Zo kunnen de pianisten wel een impressie krijgen en zich er al of niet door laten beïnvloeden. „Ook dat hangt dus af van individuele be slissingen. Gaan diverse bezoekers achter zo'n camera staan, waar richten ze hem op en laten de musici zich wel of niet beïn vloeden door de beelden?" Fenijn noemt in dit verband nog een aspect: de mogelijk heid kunstwerken te kopen (voor 100 euro per stuk). Dat kan achteraf, maar ook voor af of tussentijds. Dat betekent dus vroegtij dig een claim leggen op bijvoorbeeld pa neel 3B of 7C om maar wat te noemen. „En wat gebeurt er als een bezoeker aangeeft dat hij een paneel op een bepaald moment 'af vindt? Respecteert de schilder die wens dan of gaat hij gewoon door met zijn werk tot het einde van het concert?" In de kerk zal er een beperkt aantal zitplaat sen zijn. De wandelende bezoeker kan de vorderingen van alle artiesten via projectie ook volgen op de muren van de kerk. DONDERDAG 8 MEI 2014 Fragment van De Roeping van Van Reymers- wale. foto Mechteld Jansen Zaterdag, Zeeuws Museum Middelburg, 14.00- 15.30 uur, Albert Meijer over Van Reymerswale Food Film Festival, 9,10,11 mei, Westergasfabriek, Amsterdam Bundeling talenten in 'Finirama' door Ali Pankow Bedenker van de kunstcarrousel Rini Fenijn is bezig met de opbouw in de Grote Kerk Groede. foto's Mark Neelemans Openingsfilm, Hollandse Nieuwe bij FFF Zat. 10 mei, Grote Kerk, Groede, 15.00 uur; kaarten a 30 via Ruud Muusze, tel. 0117- 372363; expositie t/m 28 mei, dag. 11.00 - 16.00 uur; info: www.grotekerkgroede.nl pad- M0 Maquette van 'Finirama': kunstcarrousel voor pianisten en schilders op

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 51