66 Ze vragen niet: kan ik nog zoenen? Ze zijn alleen maar blij met dat nieuwe kunstgebit 46 Een tandarts moet aantonen dat hij bekwaam was om te implanteren, als er iets fout gaat 28 ZEELAND Begin jaren tachtig had een kwart van de Nederlandse bevolking een kunstgebit. Nu misschien 1 op de 10. Jarenlang ging de mondzorg vooruit, maar er tekent zich een kentering af. En dat in het jaar dat de Nederlandse Maatschappij tot Bevordering van de Tandheelkunde zijn eeuwfeest viert. De burger bezuinigt: ook op tandzorg. £F Honderd jaar gele den, toen de Neder landse Maatschap pij tot Bevordering van de Tandheel kunde werd opgericht, was het niet ongebruikelijk dat mensen tanden misten of met een half ver rot gebit rondliepen. In de jaren zestig stelden de ziekenfondsen het halfjaarlijkse bezoek aan de tandarts verplicht. Nu is het ge zonde gebit, de mooie rij tanden, de norm geworden. Het is onder deel van een representatief uiter lijk. Toch: voor het eerst in lange tijd zijn er weer geluiden dat men sen minder naar de tandarts gaan. Het halfjaarlijkse bezoek is niet meer verplicht. Ruim 75 procent van de Nederlanders is zelf verant woordelijk voor de kosten voor mondzorg. Recentelijk onder vroeg TNS-NIPO Nederlanders hierover; 23 procent van de onder vraagden gaf aan minder naar de tandarts te gaan vanwege de kos ten. Het CBS meldt dat 21,5 pro cent helemaal niet naar de tand arts gaat. Van deze groep is het grootste deel 'edentaat': zij dragen een kunstgebit of implantaten. Veelal gaat het om senioren die opgroei den in de tijd dat opa's nog zon der gêne de kleinkinderen ver maakten met hun klapperende kunstgebit. Tandarts Raymond Ar- ratoon uit Vlissingen: „In mijn studietijd hoorde ik dat het heel normaal was als een boerin bij haar trouwen bij wijze van bruids schat een prothese kreeg. Ideaal, vond men. Het was toen nog niet bekend dat de kaak met de jaren slinkt en dat met name de onder prothese steeds minder houvast heeft. De onderkaak heeft een an dere botstructuur, die slinkt vier keer zo hard als de bovenkaak. Drie maanden nadat de tanden ge trokken zijn, heeft de kaak zijn uiteindelijke vorm bereikt. Dan zit de nieuwe prothese veel te ruim en moet je gaan opvullen of een nieuwe maken die beter past." Anno 2014 is het kunstgebit met een zekere schaamte omgeven. Op een tandartsforum bekent een vrouw dat haar vriend zelfs nooit geweten heeft dat ze een kunstge bit droeg, tot ze met spoed geope reerd moest worden en haar, op weg naar de operatiekamer, ge vraagd werd of ze een prothese had. Tot verbijstering van haar vriend, die naast het bed liep, zei ze 'ja'. "Patiënten vragen mij of ze de prothese 's nachts écht uit moe ten doen. Het antwoord is: dat is wel het beste, anders slinkt je kaak veel sneller. Maar ik heb een patiënte waarvan ik weet dat ze het nooit uitdoet. Een andere schaamt zich zo enorm dat ze het zelfs in mijn bijzijn heel lastig vindt om haar gebit uit te doen." Tandarts Arratoon pakt er een mo del bij. „Deze mevrouw kwam vanmorgen bij mij. Met trillende benen. Ze was sinds t998 niet meer bij de tandarts geweest. Angstpatiënt. Het bot was hele maal teruggetrokken, de tanden waren zwart, het tandsteen lag er duidelijk zichtbaar bovenop. Een kerkhof. Als het zo uit de hand loopt, is dat vaak het gevolg van angst voor de tandarts en van on wetendheid over wat goede mondhygiëne is. Het begint met verwaarlozing. In 1998 zag haar ge bit er al zo uit, heel smerig en vies. Ik heb haar toen naar de mondhygiëniste gestuurd, maar ze is nooit gegaan." Een tandarts zal - al was het maar uit beroepstrots - altijd proberen de eigen tanden zo lang mogelijk te behouden. De 'edentate kaak'(tand- en kiesloos) wordt er varen als een soort nederlaag. „Je capituleert. Maar als het eenmaal zover is, als iemand al tandenloos is, ga je voor de patiënt tot het ui terste. Dan zie ik het als een uitda ging om een zo goed mogelijk kunstgebit te maken. Is het nog niet zo ver, dan moet je iemand waarbij de zaak nog gered kan worden, altijd proberen te overtui gen hoe belangrijk het is zo lang mogelijk het eigen gebit te hou den." Soms wil de patiënt niet an ders. „Als je dan weigert, gaan ze gewoon naar een ander. Laatst kwam er een patiënt met een afge broken kies. Ik zei: deze kies is voor de helft afgebroken, maar met een kroon erop kan die nog jaren mee. Maar hij had het hele maal gehad. 'De ene keer breekt er hier iets af, de andere keer daar', zei hij, 'ik heb het er geen zin meer in. Haal alles er maar uit. Mijn ouders hebben ook een kunstgebit en die zijn er al jaren gelukkig mee.' En inderdaad: veel mensen heb ben absoluut geen last van hun kunstgebit. Arratoon: „Afhanke lijk van de kwaliteit van de pro these kunnen prothesedragers gaan lispelen of slissen: maar dat verbetert als de tong eenmaal weet hoe die zich in de nieuwe si tuatie moet gedragen. Mensen gaan zichzelf ook aanpassen: eten geen koekjes meer als dat niet goed gaat, eten geen stokbrood meer, dat soort dingen." In zijn gloednieuwe tandartsen praktijk aan de Vlissingse Stad huisplein heeft Arratoon de beschikking over een tandtech- nicus voor het vervaardigen van protheses. „Wij kunnen het hele traject verzorgen, van het tanden trekken tot het naar buiten lopen met implantaten of een prothe se." In een van de kamers staat een 3D-printer. Kronen worden nu deels al met diezelfde techniek gemaakt. „Het heeft tot een flinke besparing geleid, zowel in tijd als in geld. Een camera maakt een 3D-afbeelding van de mond. Dat beeld wordt 3D geprint, waarna een robot het in porselein uit- slijpt. Designing wordt op een computer gedaan, cadcam uitge- freesd. Er zijn nog wat'kinderziek- tes, maar het zit eraan te komen dat we met de 3D-printer hele protheses maken. Laatst kwam hier iemand voor een nieuwe pro these; de hond had zijn gebit te pakken gekregen. Met zo'n 3D-printer druk je op de knop, en je hebt er weer een. Precies zoals de oude, want daarvan zijn de ge gevens op de harde schijf opgesla gen. Zijn je tanden versleten, of wens je iets meer lipvulling, dan pas je dat op de computer aan. Het is het verschil tussen een brief schrijven of tikken. Efficiën ter en nog goedkoper ook, want het scheelt arbeidstijd." Zorgverzekeraars houden een le vensduur van tien jaar aan voor een kunstgebit. Is er eerder ver vanging nodig, dan moet dat wor den aangevraagd. Een kaak die zo geslonken is dat het gebit min of meer in de mond zweeft, kan daar reden voor zijn. Soms is er zo weinig kaak over dat de kaak- chirurg of implantoloog de kaak kunstmatig moet versterken met implantaten, waarop een klikge- bit bevestigd kan worden. Het gro te voordeel is: waar zo'n schroefje zit, heb je minder botverval." Een behoorlijk grote groep men sen kiest direct al voor implanta ten. „Er zijn mensen die absoluut geen prothese willen. Die bijvoor beeld weten dat ze 'dat ding' in hun mond niet gaan verdragen, of direct gaan kokhalzen als ze de prothese in hun mond voelen. Dan zijn implantaten de oplos sing. Maar zo'n voorziening kost - schrik niet - zo'n 12.000 euro. Mensen die voor een prothese ko men, ervaren hun nieuwe gebit ondanks het taboe eromheen als een opluchting, zegt Arratoon. „Ze vragen niet: kan ik nog wel zoenen? Kan ik alles eten? Ze zijn alleen maar blij met dat nieuwe gebit." Arratoon begon in 2008 met im plantaten. „Aanvankelijk alleen de vrij eenvoudige implantologie, maar geleidelijk bekwaam je je steeds verder. Een tandarts mag implantaten plaatsen: die is be voegd, mits bekwaam, zoals dat heet. Het betekent wel dat je moet aantonen dat je werkelijk be kwaam was, als er iets fout gaat." O ver j e kunstgebit houd j e liever j e mond door Ondine van der Vleuten Tandarts Raymond Arratoon Tandarts Raymond Arratoon

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 28