Film die onder de huid kruipt en klinkt als een bluesy folknummer
Spinnemans met gebruikelijk
hak- breek en sloopwerk
UIT 11
Tussen 2002 en 2007 kwam er
door de 'Spider-man'-trilo-
gie van Sam Raimi een nieu
we standaard voor superhelden
films. Hij zette een geloofwaardi
ge versie neer van een door super
schurken geteisterd New York. In
Tobey Maguire vond Raimi boven
dien de ideale vertolker van Peter
Parker: een nerd die door een
spinnenbeet een superheld
wordt, maar toch in de sociale om
gang wat klunzig blijft.
In 2012 zaten we niet echt te wach
ten op een hernieuwde kennisma
king met spinnemans. Niet dat
die film van regisseur Marc Webb
zo slecht was. Andrew Garfield
zette een wat geliktere Peter Par
ker neer dan Maguire, maar
kwam alleszins sympathiek over.
Dat gold ook voor zijn grote liefde
Gwen, met charme gespeeld door
Emma Stone. Gewoon geslaagd
amusement, niets meer en niets
minder. Dat kun je ook zeggen
over Garfields tweede optreden
als spider-man. De film volgt
deels de verhaallijn van Raimi's
eerste twee films, met centraal de
gespannen relatie tussen de in
een arbeidersgezin opgegroeide
Peter en industriëlenzoon Harry
Osborn. Helaas richt Webb de fo
cus vooral op een andere super
schurk, stroomslurper Electro. De
ze nogal eendimensionale slechte
rik spreekt niet heel erg tot de ver
beelding en de actiescènes bieden
vooral hak-, breek- en sloopwerk.
De film Ain't them bodies saints van re
gisseur David Lowery is als een
lied. Geen vrolijk deuntje maar een
bluesy folknummer. Traag en doordrenkt
van lijden, dromen en verlangen.
De film is een gedoemd liefdesrelaas in
het Amerikaanse zuiden. Ergens in de vroe
ge jaren zeventig, hoewel je je vinger daar
nooit exact op kunt leggen. Want wuiven
de maïsvelden, ruitjeshemden en cowboy
hoeden zijn tijdloos. Na een Bonnie Cly-
de-achtige reeks overvallen, worden Bob
(Casey Affleck) en Ruth (sterke rol van
Rooney Mara) gepakt. Zij schiet een agent
neer, hij neemt de schuld op zich.
Na jaren van gescreende brieven vanuit de
gevangenis weet Bob te ontsnappen. Niets
houdt hem tegen weer bij zijn grote liefde
te zijn en bij het dochtertje dat hij nooit
zag. Ruth wordt nu verscheurd door twij
fel tussen verantwoordelijkheid en verlan
gen naar de onbezonnen jongen van wie
ze zoveel hield.
Lowery zet het drama extra aan met verval
len boerderijen, stoffige winkeltjes en don
kere cafés. Net als bij een western zien we
de karakters peinzen, in close-ups onder
hun cowboyhoed met aanzwellende ban
jo's en violen. En er zijn poëtisch ingepas
te flashbacks.
Ain't them bodies saints is geen film die je
eeuwig bijblijft, maar wel eentje die onder
je huid kruipt als je 'm de kans geeft.
de veertigers. Ook hier wordt
echter vriendschap gesloten:
vrouwen blijven verrassen.
Gelukkig is het simplisme in
deze film niet alleen bij de
mannen te vinden. Ook Amber
heeft, op haar decolleté na, niet
bepaald diepgang. De kleine bij
drage van Kate Upton aan deze
film is een gevolg van het ge
brek aan acteerervaring; haar
tekst is daarom zeer beperkt ge
houden. Nadat ze in slow mot
ion over het strand paradeert,
komt het plot tot stilstand en
begint de romantische kome
die te zwalken met nog meer
gejammer en quasi-filosofieën
over de liefde. Om vervolgens
gehaast de opmars naar de
wraakfinale te starten. In een
poging niet alle mannen als hij
gerig wild af te schilderen,
wordt de charmante Phil geïn
troduceerd als potentiële lief
despartner voor Carly. Maar de
interesse van de makers ligt
duidelijk niet bij hem. Pas tij
dens de aftiteling wordt de af
loop van de verhaallijn Car-
ly-Phil in vogelvlucht uit de
doeken gedaan.
DONDERDAG 24 APRIL 2014
door Fritz de Jong
Regie: Marc Webb; met o.m. Andrew
Garfield en Emma Stone; te zien in:
Goes, Vlissingen en Terneuzen.
door Tisha Eetgerink
Regie: David Lowery; met: Casey Affleck,
Rooney Mara, Ben Foster; te zien in: Middel
burg.
overspel
The other woman; Regie: Nick Cas
savetes; met o.m.: Cameron Diaz
en Leslie Mann; te zien in Goes,
Vlissingen en Terneuzen.
Zelfs de sterke arm der wet kan bankrovers Bob en Ruth niet uit elkaar drijven.
Andrew Garfield in The Amazing Spider-Man 2'. foto Niko Tavernise