Dierenartsen moeten
gaan verdienen aan
gezond vee. Niet aan
zieke dieren en anti
biotica. Binnenkort
start een proef met
prestatiebeloningen.
66 De meeste
8 VERDIEPING
PRESTATIEBELONING
De arm van dierenarts Ca
roline Huetink ver
dwijnt diep in het ach
terste van een koe. „De
ze is drachtig", conclu
deert ze. „Conditie: een
3." Veehouder Twan van
Gestel noteert de informatie, waarna de
dierenarts de koe ernaast aan een inwendig
onderzoek onderwerpt. Heeft de dame in
kwestie last van typische koeienkwalen als
slepende melkziekte of een gedraaide leb
maag? En als ze net gekalfd heeft: zijn de
baarmoeder en schede al hersteld? Zit er ge
noeg vet op de botten? Dan kan ze binnen
kort opnieuw worden geïnsemineerd.
Want om de melkproductie op gang te hou
den, moet een koe elk jaar een kalf baren.
Topsport dus.
Voor deze zomer start een proef waarin die
renartsen een prestatiebeloning krijgen
van veehouders als ze hun dieren gezond
weten te houden. Dat is een revolutionair
nieuw verdienmodel. Het traditionele ver-
dienmodel, waarbij dierenartsen hun geld
verdienen aan de behandeling van zieke
dieren, zorgt volgens critici voor foute prik
kels. Een dierenarts die kwaad zou willen,
heeft er immers (financieel) belang bij die
ren ziek te houden en zo veel mogelijk me
dicijnen voor te schrijven.
Het traditionele verdienmodel stimuleert
dus in theorie het gebruik van antibiotica,
die toch al veel worden gebruikt in de vee
houderij. Dat is gevaarlijk: dieren en men
sen kunnen daar dan resistent voor wor
den en dan kan een simpele infectie al fa
taal zijn.
Boeren zijn juist gebaat bij gezond vee
- zieke dieren zorgen immers voor extra
werk en kosten - en zo min mogelijk medi
cijnen. Zo mogen in melk en vlees geen an-
tibioticaresten zitten. Ook voor het welzijn
van de dieren zelf geldt: voorkomen is be
ter dan genezen.
„Boeren en dierenartsen hadden dus in fei
te tegengestelde financiële belangen", zegt
Caroline Huetink, koeiendierenarts en be
stuurslid van dierenartsenvereniging
KNMvD. „Dat is zonde, want met betere sa
menwerking en adviezen zijn veel ziekten
en problemen juist te voorkomen."
Melkveehouder Twan van Gestel uit Riel
heeft dat ervaren. Tot een paar jaar geleden
kampten zijn 170 melkkoeien opvallend
vaak met verdraaide lebmagen. Een verve
lend probleem, legt hij uit. „Ze eten min
der, geven minder melk en worden minder
snel drachtig. Vaak is een operatie nodig.
Dat kost al snel 200 euro. Meestal belanden
ze in een negatieve spiraal en moeten ook
eerder worden afgevoerd naar de slacht."
Dat probleem is grotendeels verholpen
sinds de dierenarts elke week op controle
komt. Eens per jaar stellen ze een gezond
heidsplan op. „Daarin staan doelen als: zo
veel procent minder kalversterfte, zoveel
minder uierontstekingen", legt Huetink
uit. „De voortgang hou ik bij in onze admi
nistratie. Als buitenstaander kan ik de die
ren en de bedrijfsvoering met een frisse
blik analyseren. Zo heb ik voorgesteld eens
te kijken of de melkmachine wel goed is af
gesteld. Een deskundige heeft gezorgd dat
de slangen beter onder de uier hangen.
Sindsdien is het aantal ontstekingen gehal
veerd. Daardoor is minder antibiotica no
dig en hoeft Twan minder melk weg te
veehouders zien
ons als kostenpost,
niet als investering
in gezonde dieren
door Annemieke van Dongen
Caroline Huetink, dierenarts