I
i
8
i
81
I
BUITEN 7
Het aantal grauwe ganzen is explosief toegenomen in de laatste decen
nia. Waren er halverwege de vorige eeuw in Nederland niet meer dan
een handjevol broedparen, hun aantal loopt inmiddels in de vele tiendui
zenden. Vrijwel niemand is daar blij mee. De boer niet omdat de grauwe
ganzen voor fikse schade aan de gewassen kunnen zorgen. De natuurbe
heerder niet omdat ganzen in steeds meer gebieden een dominante posi
tie innemen, wat ten koste gaat van andere water- en moerasvogels. En
ook de overheid niet, omdat zij in veel gevallen opdraait voor de schade.
HETZEEUWSE LANDSCHAP
Grauwe ganzen zijn niet alleen maar las
tig. Wie zich in hun biologie en levens
wijze verdiept, ontdekt fascinerende fei
ten. De eerste onderzoeker die dat diep
gaand deed was de beroemde Oosten
rijkse bioloog Konrad Lorenz, die sa
men met onder andere onze landgenoot
Nico Tinbergen de Nobelprijs voor Fysiologie kreeg
voor zijn onderzoek. Lorenz wordt wel gezien als de
grondlegger van de ethologie of gedragswetenschap en
zijn experimenten met grauwe ganzen vormden mede
de reden dat hem de Nobelprijs werd toegekend.
Lorenz ontdekte dat pasgeboren jongen van de grauwe
gans een korte periode hebben waarin ze zich hechten
aan hun moeder. Die duurt slechts enkele uren en als
ganzen ruim een dag oud zijn is die hechtingsperiode
definitief voorbij. Als de diertjes 13 tot 16 uur oud zijn,
zien ze ieder willekeurig wezen dat op een bepaalde ma
nier beweegt, als hun moeder. Dankzij deze weten
schap slaagde Lorenz erin om jonge gansjes te adopte
ren. Ze volgden hem in ganzenpas door de straten van
de stad en het experiment maakte Lorenz wereldbe
roemd. Hij ontdekte dat veel diersoorten zo'n relatief
kortstondige hechtingsperiode hebben. Zelfs levenloze
voorwerpen die de onderzoeker laat bewegen kunnen
als 'ouderdier' beschouwd worden. Dat alles lijkt erop te
wijzen dat ganzen leven op de automatische piloot en
dat hun gedragingen slechts gestuurd worden door in
stinctieve reflexen. Maar niets is minder waar! Later on
derzoek heeft aangetoond dat grauwe ganzen als het om
relaties gaat juist een verbazingwekkende 'diepgang'
aan de dag leggen. Zo sluiten de vogels een huwelijk
voor het leven. Een gent bij wie het vrouwtje wordt
weggehaald vertoont gedurende lange tijd stressver
schijnselen en in sommige gevallen wordt het met een
nieuwe partner nooit wat. Er is een geval bekend van
een gans wiens partner op drift raakte, maar na ander
half jaar keerde zij terug op haar oude stek. In no time
had haar oorspronkelijke partner geen interesse meer
voor zijn nieuwe eega en werden de oude banden aange
haald.
Naast al dat gedragsonderzoek houden wetenschappers
zich natuurlijk ook bezig met de vraag hoe de aantallen
van de broedende grauwe ganzen zo uit de hand kon
den lopen. Onlangs hielden de Zeeuwse natuurorganisa
ties een thema-avond waar onderzoeker Berend Voslam-
ber (SOVON) de achtergronden van de aantalsexplosie
duidelijk maakte. Die heeft met name te maken met de
reproductie. In natuurgebieden die uit grootschalig moe
ras bestaan, waar de grauwe gans van nature thuis
hoort, worden maar heel weinig jongen groot. Het voed
sel is veel minder eiwitrijk en daardoor is het aantal jon
gen lager en er sneuvelen veel meer kuikens tijdens het
opgroeitraject. Bovendien zijn die jongen kleiner ehv
minder vruchtbaar dan hun soortgenoten van het boe
renland.
In een gebied als bijvoorbeeld het Verdronken Land van
Saeftinghe spelen nog tal van andere zaken. Eieren spoe
len weg met hoge vloeden of worden opgevreten doou
vossen. Kuikens vallen ook ten prooi aan de vele kieken
dieven. Er is sprake van een evenwichtssituatie waarin
de ganzen er maar net in slagen hun aantal op peil te
houden. Heel anders is dat op het boerenland, waar de
ganzen zich steeds meer ophouden. De enorme hoeveel
heid meststoffen, die zelfs via de regen in het leefgebied
van de ganzen terechtkomt, zorgt ervoor dat de grauwe
ganzen zich vrijwel ongelimiteerd kunnen uitbreiden.
De problemen ontstaan dus niet door.de aanleg van
grootschalige natte natuurgebieden, zoals vaak zonder
onderbouwing geponeerd wordt.
Natuurlijk is daarmee de noodzaak om iets aan het gan^-
zenprobleem te doen niet verdwenen. De oplopende
schade is wel degelijk een probleem dat om een oplos
sing vraagt. Maar wie enerzijds weet heeft van de hech
te band die er is tussen de ganzen onderling en ander
zijds beseft dat de uitdijende aantallen in feite terug te
voeren zijn tot menselijk handelen, zal zich verre hou
den van de roep om ganzen nietsontziend uit te roeien.
Het probleem verdient een genuanceerde en veelzijdige
benadering.
3
WOENSDAG 19 MAART 2014
door Chiel Jacobusse
Grauwe gans met jongen
Grauwe ganzen zijn niet
alleen maar lastig
t
De grauwe ganzen sluiten een huwelijk voor het leven, foto's Chiel Jacobusse