UIT 5 OSSOBUCO MET GREMOLATA een sensueel zuurtje erdoor: ci troen. Het gerecht is vissig en zil tig en fris en aards door de crème van schorseneren met witte cho colade. Perfectie bestaat. De rog - gang zes - ruikt en smaadt als een pinksterdag langs de Oosterschelde: de vis zwemt losjes in een schuimig mengsel van wei, wrongel en biest (we ha- den verwacht dat het kazig zou smaken, maar nee....); de vis is zijn baleinen kwijt; bovenop lig gen lucifertjes van schorseneren, zeegroentes: zeekool en schorre- kruid. Het gerecht is subtiel en licht. Prachtig. Nummer zeven is het eerste stuk je vlees: extreem malse ree, be dekt met een kruimlaagje van wal noot en taggiasche olijven; bij het vlees ligt een groene saus - peter selie? - aan tafel krijgen we er nog wat heerlijke jus bij gegoten. Het hert is omringd door subtiel blad van spruitjes en druppels kersen gelei. De aardappelpuree is zwoel, door de zijdezachte structuur en de lekkere époisses (kaas) die er door heen geroerd is. We lepelen het bakje puree zorgvuldig leeg en verlangen naar meer. We roe pen het nog net niet rond. En dan het dessert - we slaan de mogelij ke extra gang met kaas toch maar over - een kunstwerk als van Ma- levitsj: gestapelde rechthoeken van chocola met eucalyptus, ijs van banaan en kardemon, met een flinter van tomaat en gerook te karamel ernaast. 'Reliëf con structie', heet het zakelijk. Het smaakt subtiel en krachtig; gecon centreerd, intens en heerlijk. En ineens horen we muziek; was die al die tijd al aan? Schrikken we wakker uit onze roes? Als we tot slot nog een espresso drinken, krijgen we een heel assortiment chocoaldetruffels aangeboden, - met kaneel, met kokos, met karde mon... - en noga, karamel, kleine warme churros, chocolaatjes, ma- carons en fruitsnoepjes. We zijn er beduusd van en dat duurt nog dagen. Weken inmiddels. HfFEEl K www.pzc.nl/uit DONDERDAG 27 FEBRUARI 2014 Benodigdheden, hoofdgerecht voor 4 per sonen: 4 stukken kalfsschenkel, ca. 4 cm dik, doorsnee 10 a 12 cm; witte peper en zout; 1 eetlepel bloem;1 ui, gesnipperd; 2 stengels bleekselderij en 1 kleine winter wortel, in kleine blokjes; 3 eetlepels olijfo lie; 50 gram roomboter; 1 glas witte wijn; 250 ml tomatenblokjes, blik; 0,75 I runder bouillon (van blokje). Gremolata: Vi bosjes platte peterselie; 1 teen knoflook, grof gehakt; rasp van 1/2 ci troen; peper en zout Bereidingswijze: verwarm oven voor op 180 graden. Was schenkels met koud wa ter, dep droog met keukenpapier. Bestrooi met witte peper en zout, bestuif licht met bloem. Verhit in wijde braadpan olijfolie en helft van boter. Bak hierin schenkels aan beide kanten mooi goudbruin. Neem uit pan, leg in kleine passende braadslee of ovenschaal. Voeg rest van boter toe aan bakvocht in pan, eventueel nog scheutje olijfolie en fruit hierin ui, bleekselderij en wortel tot ui glazig ziet. Voeg witte wijn toe, laat al roerend indampen. Voeg toma tenblokjes en bouillon toe, laat aan kook ko men en schenk saus uit over schenkels, zo dat ze bedekt worden met groenten. Ze moeten net onder staan. Zo niet, voeg wat bouillon toe. Dek braadslee af met alumini umfolie, en laat 1,5 uur langzaam garen in oven. Neem folie eraf, zet nog 10 minuten terug in oven. Vlees moet zo gaar zijn, dat het van bot afvalt. Maak gremolata door fijngehakte verse peterselie te vermengen met gehakte knoflookteen en geraspte ci troenschil (alleen geel, niet wit). Schep schenkels met behulp van schuim spaan voorzichtig op voorverwarmde bor den. Proef saus, breng op smaak met peper en zout. Schep warme saus over schenkels, leg op elke schenkel dotje gremolata. Geef rest van saus er apart bij. Serveer met risot to of aardappelpuree en volle Italiaanse wijn. Tip: vergeet het lekkerste van ossobuco niet: de zachte merg uit het bot! Claudia en Jannis Brevet, gastvrouw en chefkok van Inter Scaldes. foto's Mechteld Jansen --T Restaurant Inter Scaldes, Zandweg 2, 4416 NA Kruiningen. Telefoon 0113-381753. www.interscaldes.eu. Maandag en dinsdag gesloten. Reserveren is noodzakelijk. 4 O- O Inter Scaldes Zandweg 2 I <3?

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 45