Zitskiër Kees-Jan van der Klooster (36) is
medaillekandidaat tijdens de Paralympics van Sotsji.
Maar als de Vlissinger een plak pakt, staat hij niet te
trappelen om de NOS te woord te staan.
„We krijgen veel te weinig aandacht."
66 Bij Studio Sport
nemen ze een
arrogante houding
aan en zeggen ze:
daar zit geen mens
op te wachten
66 Ik kijk uit naar
Sotsji, maar ook
naar het moment
dat de Spelen
voorbij zijn
24 ZEELAND
PARALYMPISCHE WINTERSPELEN
rp
door Roeland van Vliet
Het is een bijzondere zater
dag. Kees-Jan van der Kloos
ter is een keertje thuis bij
zijn vriendin, in het
Utrechtse dorpje Tienho
ven, in een bungalow aan
de Maarsseveense Plassen.
„Zo vaak is dat deze winter nog niet gebeurd",
zegt de van origine Vlissingse zitskiër, die
over anderhalve week aan de Paralympische
Winterspelen van Sotsji begint. „En als Eve
lien en ik dan een keer een ochtend samen
hebben, willen we er ook van genieten. Dan
ontbijten we uitgebreid en luisteren we sa
men naar de radio. Spijkers met Koppen aan
het begin van de middag is dan vaste prik."
Deze keer zijn ze zelfs naar het Utrechtse café
The Florin, waar het Vara-programma wordt
opgenomen, toe gegaan. „We zijn fan. Dit was
misschien al de tiende keer dat we erbij wa
ren." Ook toen hij nog in Vlissingen woonde,
ging Van der Klooster al. „Het was weer leuk.
Tim Knol trad op. En wij vinden de column
van Martijn Koning altijd zo sterk."
Een mooi ontspanningsmoment in een wel heel
lang seizoen.
„Zo kun je het zien, ja. Ik vertrok al op 7 augus
tus naar Nieuw-Zeeland voor een trainingsta-
ge en wereldbekerwedstrijden. Daarna ben ik
ook veel weggeweest. Vooral in januari en fe
bruari had ik een druk programma, met rei
zen naar Canada, de Verenigde Staten, Frank
rijk en Zwitserland. Tussendoor was ik steeds
maar een paar dagen thuis. Gelukkig kan ik
goed onderweg zijn, ik vind reizen niet erg.
Maar het is ook af en toe wel een opoffering,
hoor. Ik vier namelijk geen vakantie. Ik zie
eigenlijk alleen maar de wedstrijdpistes. Tijd
om een sneeuwgebied te verkennen is er bijna
nooit. De toerist uithangen is er ook nau
welijks bij. Toen we in Canada zaten, ben ik
met een paar anderen nog wel even naar Cal
gary gereden, omdat je zo'n stad dan toch
even wilt zien. Maar het was op zondagmid
dag na vijven, de winkels waren al dicht. Tja,
dan is er in zo'n groot betondorp helemaal
niks aan."
Vind je het dan nog wel een mooi bestaan?
„Jawel, dat wel. Ik ben iemand die toch heel
erg voor z'n sport leeft en er ook helemaal in
op kan gaan. Maar het is dit jaar een heel lan
ge aanloop geweest naar de Paralympics. Ik
kijk uit naar Sotsji, maar ook naar het mo
ment dat de Spelen voorbij zijn. Dan weet ik
ook waar ik sta. Dan hoefik me geen zorgen
te maken over wat het gaat worden."
Je bent bezig aan een seizoen met twee gezichten.
Als je finisht tijdens de wereldbekerwedstrijden,
zit je meteen in de top tien. Maar je hebt regelma
tig 'did not finish' achter je naam hebt staan. Hoe
kijk jij naar de laatste maanden?
Dat ik veel DNF's heb, zit 'm erin dat ik nog
meer de limit probeer te pushen dan anders.
Als je voorin wilt eindigen, dan kom je er niet
met goed en netjes skiën. Dan moet je ram
men. Anders zit je echt meer dan een seconde
achter de winnaar."
Neem je de gemiste poortjes en schuivers dan voor
lief?
„Nee, als ik drie, vier DNF's achter elkaar heb,
word ik daar niet vrolijk van. Maar wil je aan
sluiting houdën met de snelle jongens in het
veld, dan móet je risico's nemen. En het kan
ook heel goed gaan. Bij alle afdalingen waarop
ik sinds 2009, het jaar waarin ik met dat onder
deel begon, gefinisht ben, eindigde ik in de
top tien en vaak ook nog in de top zes. Dat
zijn dus steady resultaten."
Ben je bezig aan je beste seizoen ooit?
„Ik denk dat m'n vorige seizoen beter was.
Toen won ik een afdaling bij de wereldbeker
wedstrijd van Tarvisio en werd ik zesde op
het WK. Maar ik merk dat ik dit jaar wel nog
steeds progressie maak, zelfs meer dan vorige
winter."
„In het begin van m'n carrière ging de curve
snel omhoog. Toen leerde ik heel veel. Daarna
kreeg ik een periode waarin m'n niveau lang
zamer steeg en de stappen die ik richting de
top maakte minder groot waren. Maar nu heb
ik het gevoel dat ik weer aan een klimmetje
bezig ben. Dat is misschien ook de reden dat
ik meerdere keren niet gefinisht ben. Op die
momenten was ik misschien iets te euforisch.
Ik was, denk ik, de focus even kwijt omdat ik
genoot van de acceleratie en de lef om poor
ten kort aan te skiën."
Je bent al 36, één van de oudere jongens in het cir
cuit. Hoe belangrijk is ervaring?
„Ik geloof dat ervaring echt iets waardevols is.
Voor mij is dit het tiende seizoen. De meesten
beginnen na ongeveer twaalf jaar te pieken, al
zijn er ook skiërs bij die na vijfjaar al als een
malle naar beneden gaan en toch de controle
hebben. Maar het is nogal wat om alles op z'n
kant te skiën en dan de acceleratie nog te mast-
eren. Dat kunnen alleen de ervaren jongens.
De Japanner Taiki Morii slaagt daar als geen
ander in."
Waar reken jij in Sotsji op?
„Als er geen gekke dingen gebeuren, moet ik
op de afdaling en de super-G iets moois kun
nen laten zien. Top vijf, misschien top drie.
Bij de reuzenslalom en supercombinatie ver
wacht ik geen hoofdrol. Misschien een plek
bij de beste tien."
Als het lukt, is dat heel wat beter dan vier jaar ge
leden in Vancouver.
„Tja, daar ben ik op de afdaling onderuit ge
gaan en bij de andere twee onderdelen heb ik
als een dweil geskied. Dat waren echt ongeluk
kige Spelen voor mij. Het voelde ook niet pret
tig om er helemaal alleen te zijn namens Ne
derland. Er was een heel circus om me heen,
voor mij alleen. Voor iedereen in de delegatie
- de chef de mission, de bondscoach, de rest
van de begeleiding én ik - waren het de eerste
Spelen. We hebben ons allemaal een beetje la
ten afleiden van waar het echt om gaat bij
zo'n evenement."
Dat ga je nu dus anders aanpakken?
„Ja, ik probeer er nu zo min mogelijk een
olympisch verhaal van te maken. Ik wil Sotsji
gewoon zien als een belangrijke wedstrijd. Er
zijn heel veel mensen die altijd maar zeggen:
de Spelen, de Spelen, de Spelen! Dat komt erg
hyper over. Het stoort bij wat je daar werkelijk
moet doen: je meten met de besten van de we
reld."
„Wel denk ik: het is een pre om juist daar
goed te scoren. Want de hele wereld kijkt
mee. We hebben bijna nooit publiek. Dit is
het grootste podium waarop je kunt laten
zien hoe goed je bent."
Nederland kijkt natuurlijk ook mee. De NOS be
steedde in 2012 bij de Paralympics al meer aan
dacht dan ooit aan de Paralympics en trekt die
lijn in Sotsji door. Stemt jou dat positief?
„Nee, helemaal niet. Wat de NOS gaat doen, is
nog veel te weinig. Ik vind het niks. We krij
gen uitzendingen van twintig minuten. Maar
dat doet NOS Evenementen en dus niet NOS
Studio Sport. Bij de Winterspelen voor valide
sporters was er de hele dag live-televisie. Er
werd gezegd: u hoeft niets te missen. Maar de
aandacht die Studio Sport aan óns wil geven,
is nul. Als ik een medaille haal, denk ik niet
dat ik er direct iets voor voel om voor de ca-
Ik merk dat ik weer aan
een klimmetje bezig ben
Kees-Jan van der Klooster
Kees-Jan van der Klooster