Huub Ernst was lang bisschop TT Emeritus-bisschop Ernst (96) van Breda volgt de ontwikkelingen in de kerk op de voet. En ja, hij denkt dagelijks aan de dood, gelooft in een eeuwig leven. „De dood breekt het leven niet af" 4 SPECTRUM interview Geboeid zit hij aan zijn personal computer, dagelijks. Steeds weer getroffen door het verkwikken de optreden van zijn hoogste we reldse baas. „Als ik Franciscus googel, krijg ik de paus. la, ik wil zien wat hij allemaal aan het doen is." Hij zegt het wat schalks en zo bedoelt hij het eigen lijk ook, maar niet oneerbiedig natuurlijk. Want, hoe erudiet en eerbiedwaardig ook, oud-bisschop Huub Ernst is nog altijd goedlachs met een licht speelse inslag. En waarom niet? In wezen leidt hij een redelijk on bekommerd leven, gespaard van lastige kwalen en aandoeningen. Zeker, sinds kort loopt hij, op de wat langere afstanden, met een stok of een rollator. En hij rijdt geen auto meer. Een hele aderlating, want bisschop Ernst was een geducht chauffeur die erom bekend stond dat hij er aardig de sokken in kon zet ten. „Ik reed pittig door", erkent hij. „Dat ging van zelf, er was weinig verkeer in de jaren '60 en er wa ren geen maximum-snelheden. Later wel, daar moest ik aan wennen. Ik liep wel eens tegen een be keuring aan, niet zoveel, hoor, en alleen voor de snelheid. Toen ik 95 werd, ben ik gestopt met auto rijden, de reactiesnelheid wordt minder." Als reside rend bisschop liet Ernst zich nooit rijden. Nu wel. „De zusters hier in het zusterhuis waar ik woon rij den me en er zijn vrijwilligers die me rijden. Als ik ergens word uitgenodigd, dan regelt de gastheer ver uub Ernst werd op 8 april 1917 gebo ren in Breda. In die stad volgde hij in 1967 de op 49-jarige leeftijd overleden monseigneur De Vet op als bisschop van het bisdom Breda. Zijn bisschoppelijke wapenspreuk was Christus heri et hodie (Christus gisteren en vandaag). Ernst bouwde in het allengs behoudender bisschop pencollege een tamelijk vooruitstrevend profiel op. Zonder overdrijving, want bovenal gold hij als eru diet, behoedzaam en voorzichtig. In 1976 volgde hij kardinaal Alfrink op als voorzitter van de toen bepaald invloedrijke katholieke vredesbe weging Pax Christi, die een belangrijke rol speelde in de grote IKV-campagne 'Help de kernwapens de we reld uit, om te beginnen uit Nederland'. Hij was een van de sprekers op de IKV-manifestatie op het Haag se Malieveld die een recordaantal van meer dan een half miljoen demonstranten op de been bracht. In 1992 ging Ernst op 75-jarige leeftijd met emeritaat, ware het niet dat de paus en zijn collega's hem vroe gen er nog tweeënhalf jaar aan vast te plakken. In 1994 volgde Tiny Muskens hem op als bisschop van Breda. Muskens overleed vorig jaar. Mgr. Ernst geeft nog af en toe lezingen, in 2013 nog over het roemruchte Tweede Vaticaans Concilie. Huub Ernst woont met enkele andere priesters in een zusterhuis in Breda. voer, ze weten hoe oud ik ben." De vraag is een cliché op zich, maar wel een onontkoom baar cliché bij iemand op uw leeftijd: hoe word je zo oud? „Dat weet ik niet. Je moet, denk ik, een behoorlijk gestel hebben. Mijn ouders zijn beiden vrij jong ge storven. Ik had twee zussen die alle twee in de tach tig geworden zijn. Gerookt heb ik alleen toen ik heel jong was, toen iedereen rookte. Een grote drin ker ben ik evenmin. Obesitas is tegenwoordig nogal een doodsoorzaak. Mijn maag en darmen vragen om matigheid en daar houd ik me aan. Dat heb ik van jongs af aan gedaan. Toen ik na mijn eigenlijke emeritaat in 1992 nog tweeënhalf jaar ben doorge gaan omdat er tegelijk lastige vacatures waren in Rotterdam en Roermond, ben ik als vicevoorzitter van de Nederlandse bisschoppen wel in een stress volle situatie verzeild geraakt. In die periode heb ik een hartaanval gehad, gelukkig geen al te zware. Na een aantal weken rust kon ik mijn taken weer opne men." Niettemin: 96, bijna 97, is een hele leeftijd. Nog zo'n on ontkoombare vraag: denkt u regelmatig aan de dood? „Ja, dagelijks. Als ik vroeger een lijkwagen zag, dacht ik: hé, er is iemand gestorven. Nu denk ik: wanneer ben ik aan de beurt? Bij de uitvaartdienst van mijn opvolger Tiny Muskens dacht ik: nou zie ik wat er straks met mij gebeurt. Ja, ik wil ook van uit de Antoniuskathedraal in Breda begraven wor den. Ik was daar misdienaar, mijn vader en moeder zijn vanuit die kerk begraven. Ik heb nogal een bin ding met die kerk. Hoe het verder na mijn dood wordt geregeld, laat ik graag aan de bisschop van Breda over. In mijn testament heb ik alleen opgeno men dat ik interesse heb in een gregoriaanse re quiemmis, zonder de volkstaal in de dienst uit te sluiten. Zo'n mis is daar heel vertrouwd, ook voor de mensen die in die kerk komen en de Antonius- kerk heeft een vrouwenkoor dat dit heel goed kan uitvoeren. Vervolgens verwacht ik op Zuylen begra ven te worden, bij de andere Bredase bisschoppen. Daar kom ik thuis." Hebt u een voorstelling van de dood en een leven na de dood? „Ik geloof in eeuwig leven. Maar ik maak me daar geen voorstelling van. Hoe dat is, weet geen mens. Fantaseren doe ik niet. De kern van onze geloofsver- houding met Jezus Christus is dat de band met hem blijft, dat het leven niet wordt afgebroken, maar verandert. Daar ben ik van overtuigd. Dat vraagt niet om een schilderij of een beeld, dat zien we wel. Of we in iets als een hiernamaals onze ge liefden zullen ontmoeten? Ook daar heb ik natuur lijk geen beeld bij, maar dat je eigen vader en moe der geen interesse in je zouden hebben lijkt me niet denkbaar." Staat die overtuiging niet op gespannen voet met de evo lutieleer zoals die tegenwoordig toch algemeen is geac cepteerd? „Wat mij betreft niet. Darwin leert ons hoe, op wel ke manier, de wereld is ontstaan. De religie zegt mij dat de wereld ontstaan is, als geschapen. Darwin zegt hóe. Ik kan dat goed combineren. Dat alles toe val is, vind ik geen logisch inzicht. Het staat op ge spannen voet met de doelgerichtheid die je in de schepping aantreft: het ontstaan van het een uit het ander. Zo voltrekt zich schepping, wij als mensen weten dat we niet uit onszelf zijn." Nu we toch bij uw geloofsovertuiging zijn aanbeland: hebt u wel eens een mystieke ervaring gehad zoals uw opvolger Muskens zei te hebben ervaren in een desolaat kerkje in Italië „Nee, zelf ken ik dat niet, al kom ik die getuigenis sen wel meer tegen. Ik acht het wel mogelijk, maar zelf doe ik het met wat in het Johannes-evangelie staat, dat Christus zegt: 'Zalig zijn zij die niet zien en toch geloven.' Dat is mijn situatie." In 2011 moest u voor de rechtbank in Middelburg getui gen over wat u wist van een pater die zich in de jaren '80 in Terneuzen had vergrepen aan drie jongens. Wat betekende die gang naar de rechter voor u? „Het ging om een salesiaan met een voorgeschiede nis van seksueel misbruik. Ik wist daar niet van toen ik hem in 1984 aannam. Zoals we van de hele aard, de impact en de omvang van het seksueel mis bruik niet geweten hebben. Het thema begon al en kele jaren eerder te spelen in Noord-Amerika. Toen dacht ik nog: dat is toch heel anders dan in Neder land. Vanaf 2010 is boven tafel gekomen dat het hier ook zo speelde. De slachtoffers die toen ze jong wa ren niet geloofd werden, zijn gaan praten. Daardoor hebben we een beter inzicht gekregen van wat er in hun leven is verwoest. We moeten en kunnen ze bijstaan en financieel helpen. Of het voor mij per soonlijk pijnlijk was? Nee, voor mij was klaar en duidelijk dat ik er niets aan kon doen." U volgt het nieuws, u zit op internet. Hoe is uw media consumptie? „Ik lees BN DeStem voor het plaatselijke en regiona le nieuws, per slot ben ik geboren en getogen Breda- naar. Voor de cultuur lees ik De Volkskrant en voor het internationale nieuws, ook over het Vaticaan, Le Monde. Ik kijk dagelijks naar het 8-uurjournaal en naar meerdere programma's op Nederland 2. DWDD? Ik zie wel eens een stukje, maar ik volg het niet in detail. Ik e-mail en ik googel veel. Al toen ik bisschop was, meer dan twintig jaar geleden, zat ik op de pc, ik was volop met cd-roms in de weer, met de Winkler Prins en de Britannica en zo. Aan social media doe ik niet, geen Twitter en Facebook." Nu we toch in de moderne tijd zijn: de paus. „Ja, het is echt een zegen dat we die hebben gekre gen. Ik heb heel hoge verwachtingen van hem. Hij is helemaal zichzelf en heeft een ongelooflijke be gaafdheid om met mensen om te gaan. Hij is voort durend op zoek naar Jezus Christus als oorsprong van het goede. En hij staat een helder programma voor: de armoede overwinnen, wat hij in zijn eigen sobere leven vertaalt. Ik denk dat dit een onvoorstel bare invloed heeft. Evengoed benoemt hij de wor tels van het kwaad zoals de rol van geld of van macht in onze wereld. Dus niet alleen de verschijn selen, maar ook de oorsprong daarvan. In het ma ken en verkopen van wapens ligt de origine van het doden, dat soort verbanden benoemt hij. Hij weet waar hij naartoe wil. Hij wil niet bedisselen, maar Het evangelie zegt: 'Zalig zij die niet zien en toch geloven.' Ja, dat geldt voor mij Na de dood verandert door Jan Reijnders jan.reijnders@bndestem.nl f JL1

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 56