Zes dingen die u moet weten over de nieuwste subsidieruzie. 14 SPECTRUM 4_ opinie Dus zitten we volgens Daamen, en met hem veel anderen, met teveel aan bod van het één, terwijl de vraag naar het ander niet beantwoord kan wor den. Daamen wil dus wel keuzes ma ken. Hij stelt: „Waarom moeten we in deze tijden van bezuiniging monu menten in stand houden die we ook aan de markt kunnen overlaten, of zelfs kunnen outsourcen, terwijl er zo veel anders is dat we nu niet goed, of onvoldoende kunnen steunen? Moe ten we het hele kunstsubsidiebeleid dus niet eens omgooien?" 4: Zitten we op die rel te wachten? Daamen wil niet bezuinigen, maar stelt een vraag: moeten we niet eens gaan nadenken of we de markt niet verkeerd beïnvloeden? Móeten we de melkveehouders in de kunst subsidië ren, terwijl niemand melk drinkt, of moeten we zorgen dat er speciale melk gemaakt wordt, zodat die paar mensen die dat willen, melk kunnen drinken? Of moeten we melk importe ren uit Amerika en daarvan zelf juist meer kaas gaan maken? Het is een rel geworden. De sociale media ontplof ten, een paar vernissages en première feestjes verzuurden ter plekke. Nie mand zit te wachten op een herope ning van het debat over kunstsubsi dies, zeggen de mensen, en de minis ter steunt hen. En waar staat de Raad voor Cultuur in dit verhaal? Daar zit die Melle Daa men toch in? 5: Wat doet die raad eigenlijk? De Raad voor Cultuur is al een tijdje de weg kwijt. De vorige voorzitter, Els Swaab, kreeg zo'n enorme ruzie met staatssecretaris Halbe Zijlstra over diens bezuinigingseisen, dat ze in 2011 met slaande deuren vertrok. Een nieu we voorzitter werd door Zijlstra aan gesteld, en die moest natuurlijk van te voren al akkoord gaan met de bezuini gingen. Niemand wilde die baan, be halve ]oop Daalmeijer. Sinds hij er de scepter zwaait, brult de Raad voor Cul tuur niet meer. In plaats van gepeper de, weldoordachte adviezen stuurt de Raad voor Cultuur tegenwoordig be scheiden briefjes naar Halbe Zijlstra's opvolgster Jet Bussemaker. De minister heeft al een paar advie- e kunstwereld is in rep en roer. Op nieuw. En dat alle maal door één open brief in een krant. Die brief noopte zelfs de minister van cultuur tot een reactie. Dus dan is er wat aan de hand. Ie mand uit de kunstwereld zelf, een man die iedereen vertrouwde als 'een van onze jongens', heeft geschreven dat er hier en daar wel eens iets teveel kunstaanbod is. Melle Daamen, om wie hier hier gaat, schreef het alle maal in wat felle bewoordingen op. 1: Melle wie? Melle Daamen is een belangrijk fi guur in de wereld van de kunsten. Hij was baas van de Mondriaanstichting, die subsidies verleende aan beeldend kunstenaars, en hij is nu directeur van de Amsterdamse Stadsschouw burg. Maar Melle Daamen zit ook in de Raad voor Cultuur, het onafhanke lijke adviescollege van de minister van Onderwijs, Cultuur en Weten schappen. De kop boven zijn artikel luidt: 'Topballet kun je ook uit Peters burg laten invliegen'. 2: Kan ballet vliegen? Hij schrijft: „waarom moeten wij hier in Nederland voor vele miljoenen sub sidie een balletgezelschap als Het Na tionale Ballet in stand houden, terwijl dat precies dezelfde balletten uitvoert als het wereldvermaarde Mariinsky uit Petersburg? Kun je niet een deel van die miljoenen voor dat eigen dure gezelschap en al die balletscholen re serveren om dat Russische ballet een paar keer hierheen te laten vliegen, zo dat je de rest van dat geld kunt beste den aan culturele dingen waar Neder land echt uniek in is, en die nergens anders gemaakt kunnen worden?" Er zijn mensen die dat een interessant idee vinden. 3: Moeten we kunst importeren? Wellicht. Belangrijker is dat het een keuze betekent. Bij de afgelopen bezui nigingsoorlog heeft de Raad voor Cul tuur geen echte keuzes gemaakt. De raad wankelde achter de feiten aan. Kan ballet vliegen? Wijbrand Schaap is cul- tuurjournaiist en werkt voor diverse landelij ke dagbladen en vaktijdschrif ten. Hij is daar naast hoofdre dacteur van het Cultureel Pers bureau, dat zich richt op online cultuurverslag- geving. Eerder was hij recen sent voor meer dere dagbladen. door Wijbrand Schaap

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2014 | | pagina 70