1
1
t
/A
REIZEN 19
ciaal type mensen naartoe. Je ziet
ze ook altijd op de boot naar een
Waddeneiland. Jezussandalen en
afritsbare driekwartwandelbroe-
ken. Op de Waddenzee zijn het
meestal Duitsers en opvallend ge
noeg is dat aan boord van de
Boeing 737 niet anders.
Na de landing op Galapagos mo
gen we betalen en dan de felbe-
geerde natuur in. Een aftandse
bus brengt ons naar de oversteek
plaats richting het grote eiland
Santa Cruz. Veerbootjes varen af
en aan. Het kost een halve dollar
per persoon. Om eerlijk te zijn,
verwacht ik nogal wat van het be
zoek. Het lijkt mij een soort te
rugkeer naar de oertijd. 'Jurassic
park', maar dan anders. De taxi
chauffeur die me naar het hotelle
tje in de enige stad op het eiland
rijdt, stelt een aantal excursies
voor. Die kan en mag de bezoe
ker niet op eigen houtje onderne
men. Dat zou het delicate even
wicht te zeer bedreigen. Wie
zich buiten de stadsgrens wil be
wegen, is verplicht een gids in te
schakelen. En laat de taxichauf
feur dat nou toevallig ook zijn.
We spreken iets af voor de vol
gende dag. Iets met dieren. Tot
nu toe heb ik nog niets gezien
wat het eiland onderscheidt van
een willekeurig ander tropisch
stuk rots. Op het eerste gezicht
nogal lelijk en in het geval van de
Galapagos ook nog eens koud en
regenachtig. De bebouwing is zo
als overal. Half vergane hutjes
met daaromheen de gebruikelij
ke vuilnisbelt. Weinig Darwini-
aans. Om eerlijk te zijn, het valt
tegen.
Daarover ga ik eens lekker naden
ken op het hotelterras aan het wa
ter. Eerst heb ik het niet door,
maar wanneer om mij heen regel
matig een soort blafhoest uit het
niets klinkt, zie ik ze. Twee stoe
len verderop zit geen verkouden
klant, maar een reusachtige zee
leeuw in de ligstoel. Er komen er
Het bezoek lijkt
mij een soort
terugkeer naar
de oertijd.
Jurassic Park,
maar dan anders.
nog een paar uit het water glij
den. Dat is natuurlijk wel lollig.
Ook zie ik nu een aantal exempla
ren van de typische Galapagos-
leguaan. Een lelijker beest moet
nog uitgevonden worden. Hoop
jes modder met een dommige
kop. Al met al toch nog een rede
lijke score qua fauna.
Er zal weinig spectaculairs meer
bijkomen. Een paar flamingo's en
zoals verwacht, de reuzenschild-
pad. Dat was het. Na een paar da
gen begin ik me af te vragen wat
Darwin nou precies voor bijzon
ders gezien heeft. Een wereld
schokkende theorie bedenken op
basis van het hier gebodene, je
moet er maar net oog voor heb
ben. Mij ontbreekt dat inzicht
ten enenmale. Wanneer je de na
tuur beschermt tegen alles, dan
blijven uiteindelijk de lelijkste
luiwammesen over. Dat is mijn
conclusie. Het gedoe gaat me ook
steeds meer tegenstaan. Die na
tuurbescherming en zo. De drijf
veer lijkt mij vooral het geld ver
dienen. Disneyland Galapagos.
Maar die avond komt mijn sym
pathie voor alles wat groeit en
bloeit weer helemaal terug. In
Puerto Ayora wordt tot diep in
de nacht hartstochtelijk gebarbe
cued. Verse vis en zeevruchten
liggen overal uitgestald te wach
ten op klanten met smaak. Het is
heerlijk. Aan die evolutietheorie
ben ik op de Galapagos alleen
maar meer gaan twijfelen, maar
ik ben blij dat iemand de kreeft
op mijn bord zo opmerkelijk
goed heeft geschapen. Mijn God,
wat is de natuur toch lekker.
Het is nog vroeg in de och
tend. Luide stemmen op de
veranda van guesthouse
Widodo halen mij uit mijn
slaap. Enkele gasten en per
soneelsleden van het pen
sion wijzen opgewonden
naar de witte rookpluim boven een nabijge
legen berg. Camera's worden gepakt, foto's
en filmpjes gemaakt. Guesthouse Widodo
ligt zo'n 30 kilometer ten noordoosten van
miljoenenstad Yogyakarta op Midden-Java,
te midden van prachtige rijstvelden en ak
kertjes en met uitzicht op de meest actieve
vulkaan van Indonesië: de Merapi. Waar je
ook bent op Java, aan de horizon is altijd
wel de contour van een of andere vulkaan
of bergketen te zien. Terwijl ik buiten naar
de rookpluim kijk, stelt een vulkanoloog
binnen op televisie de Javanen gerust. Het
lijkt erop dat het bij deze ene eruptie van
stoom zal blijven.
De Merapi, Indonesisch voor 'berg van
vuur', was in 2010 voor het laatst actief. Na
een serie verwoestende uitbarstingen den
derde op 30 oktober van dat jaar een enor
me wolk van gloeiend hete vulkaanas de
berghelling af. Daarbij werden meerdere
dorpen verwoest en kwamen meer dan
driehonderd mensen om het leven. Het ge
troffen gebied is nu een toeristische attrac
tie. Met name het verwoeste dorp Kinahre-
jo, 4 kilometer onder de top van de Merapi,
schijnt de moeite waard te zijn. Dat wil ik
zien. De prachtige tempels en indrukwek
kende sultanpaleizen kunnen nog wel een
dagje wachten.
Behalve de eindeloze stoet vrachtauto's ge
vuld met vulkaanas die ons tegemoet
komt, wijst onderweg niets op de ramp die
zich nog maar enkele jaren geleden vol
trok. Kippen en kinderen scharrelen rond
eenvoudige huisjes, rijstvelden worden be
werkt, dijkjes hersteld. Naarmate ik dichter
bij de rampplek kom, wordt het landschap
stoffiger en kaler. Het aantal verlaten en
dichtgetimmerde huizen neemt toe.
De toegangsweg naar wat ooit het dorp Ki-
nahrejo was, is geblokkeerd. Er staat een
wachthuisje en na betaling van een paar
roepia mag ik verder. Vanaf een stoffige par
keerplaats leidt een* pad naar het voormali
ge bergdorpje. Links en rechts staan kraam
pjes met de bekende toeristische handel.
Verkopers leuren met mapjes foto's van
voor en na de ramp. Even verderop staat
een groepje jongens met hun brommer te
wachten op toeristen. Voor 20.000 roepia
(1,60 euro) brengen ze je naar boven. Veel
toeristen zijn er vandaag echter niet. Het is
veel te warm.
Ondanks de hitte - het is inmiddels een
uur of twee in de middag - besluit ik naar
de rampplek te lopen. Stevige wandelschoe
nen heb je voor deze tocht niet nodig. Het
pad is weliswaar steil, maar goed geasfal
teerd. Na een halfuurtje klimmen, bereik
ik de plaats waar het vreedzame dorpsle
ven van Kinahrejo op die oktoberdag in
2010 abrupt tot een einde kwam. Maar wie
denkt een soort Javaans Pompei' aan te tref
fen, komt bedrogen uit. Op enkele ruïnes
na is van het oorspronkelijke dorp niets
meer te zien. De verwoeste resten die nog
boven het vulkaanas uitstaken, zijn keurig
opgeruimd en afgevoerd. Het enige wat
rest, is een troosteloze, kale vlakte te mid
den van de verder dichtbegroeide helling
van de Merapi.
Als afschrikwekkend voorbeeld van wat er
die dag gebeurd is, staan de gedeeltelijk ge-
Per dag stroomt
er zo'n 10.000
kubieke meter
modder uit het
binnenste van
de aarde
smolten restanten van twee brommers en
een autobusje tentoongesteld, tegen een
achtergrond van enkele informatiepanelen.
De auto is bruin verroest nadat gloeiend he
te as de lak heeft weggebrand. Alle kunst
stof-en rubberen onderdelen zijn gesmol
ten, de ruiten gesprongen. Javaanse fami
lies poseren vrolijk voor dit macabere ta
bleau. Vanaf een blauw geschilderde uit
kijktoren kijk ik uit over het dal. Beneden
mij ligt een kale strook van zo'n 7 kilome
ter lang en 1 kilometer breed, bedekt met
een dikke laag grijze vulkaanas. De allesver
woestende aswolk heeft zich hier een weg
dwars door het oerwoud gebaand. Een in
drukwekkend gezicht. Aan het eind van de
middag keer ik terug naar het guesthouse.
Achter mij verdwijnt de Merapi langzaam
in de mist, alsof ze zich schaamt voor wat
ze heeft aangericht.
Een week later sta ik opnieuw oog in oog
met de gevolgen van natuurgeweld. Vanaf
een 6 meter hoge 'tijdelijke' dijk kijk ik uit
over een enorm moddermeer op zo'n 30 ki
lometer ten zuiden van Surabaya, de hoofd
stad van Oost-Java. Op de dijk staat een ste
vige, warme wind. Het ruikt hier naar vet
te klei, vermengd met een vleugje zwavel.
Uit de modder steken de verroeste golfpla
ten daken van wat eens een meubelfabriek
je was. Verderop zie ik de restanten van en
kele huizen. Een stilleven in bruintinten;
meer is er van het dorpje Siring niet over.
Het doet denken aan beelden van de Wa
tersnoodramp van 1953.
Wat hier precies is misgegaan, houdt we
tenschappers nog steeds bezig. Is er tijdens
het boren naar gas door oliemaatschappij
PT Lapindo Brantas een fout gemaakt, is de
modderstroom het gevolg van een aardbe
ving, of is het een combinatie van beide?
De specialisten zijn er nog steeds niet uit,
maar feit is dat sinds mei 2006 een niet te
stoppen stroom hete modder uit de aarde
omhoogkomt, waardoor inmiddels 650 hec
tare rijstvelden en akkerland is ondergelo
pen. Niet alleen het dorpje Siring ver
dween de afgelopen jaren onder de mod
der. Nog eens zestien dorpen verdronken
in de' blubber, waardoor meer dan
100.000 mensen hun huis verloren. Per dag
stroomt er zo'n 10.000 kubieke meter mod
der uit het binnenste van de aarde. Met
pompen probeert men de smurrie zoveel
mogelijk in een nabijgelegen rivier te lo
zen.
Ik neem de houten trap langs de dijk naar
beneden. Aan de buitenzijde van de dijk
zijn protestborden bevestigd van gedupeer
de bewoners, maar ook reclamedoeken
voor frisdrank en spandoeken met leuzen
en beloftes van verschillende politieke par
tijen om de schade te vergoeden. Loze be
loftes, hoor ik van de taxichauffeur, want
de helft van de modderslachtoffers wacht
nog altijd op vervangende woonruimte en
compensatie voor de geleden schade.
ZATERDAG 21 DECEMBER 2013
van Oost-Java
door Jos Diender
De resten van een huis in het moddermeer in Sidoarjo, Oost-Java. Dagelijks komt
hier een niet te stoppen stroom modder omhoog, foto MAMAT/AFP/Getty Images
Grote foto achtergrond: Het moddermeer. foto Jos Diender
reageren?
reizen@depersdienst.nl