investeert in innovatie
Helft van MKB
24
Haven Vlissingen windmolens
Tekst: Orkun Akinci
Foto: Ruben Oreel
snelle ontwikkelingen
Arjen Pattenier: 'Er komen nu concepten op de markt met drijvende windmolens.'
Altijd in paraatheid
Goede locatie
Energieakkoord
Snel even vier
windmolens ophalen
Het terrein van zes hectare waar
op Bow Terminal begon, is in
middels uitgegroeid tot veertien.
De 350 meter kade voldoet even
min en wordt volgend jaar met
de helft verlengd. De offshore
windmolenindustrie heeft in Vlis-
singen-Oost een bloeiende telg.
En eigenlijk is het nog maar een
peuter, want Bow Terminal be
staat volgende maand pas drie
jaar.
VLISSINGEN - Zelfs de losse onder
delen van een windmolen vormen
een indrukwekkend gezicht. De zes
tig meter lange buizen, die ter veran
kering voor de helft in de zeebodem
wordt geslagen, liggen in rijen opge
steld op het terrein van Bow. De
zwaarte: 600 ton elk. Tientallen gele
transitionpieces van 300 ton steken
fier in de Zeeuwse lucht. Het zijn de
len van windmolens die je zelden
waarneemt, omdat ze straks voor het
grootste deel onder de waterspiegel
blijven. Maar hier mogen ze gezien
worden.
Bow Terminal verzorgt vooral de op
slag en handling van de fundamenten.
Als er een nieuw windmolenpark op
zee verrijst, volgt van hieruit het trans
port naar de plaats van bestemming.
Eerst worden deze elementen ge
plaatst, de turbines en wieken komen
pas daarna. Je hoeft geen geleerde te
zijn om te snappen dat Bow plaats
moet kunnen bieden aan enorme
schepen, die de onderdelen aan- en af
voeren.
Dit is een wereld waar gewichten per
ton worden gerekend. Waar het werk
altijd doorgaat en waar hedendaagse
technieken morgen verouderd kun
nen zijn. "De offshore windindustrie
is een jonge markt die zich enorm
ontwikkelt", zegt businessunit mana
ger Aijen Pattenier. "Er komen nu
concepten op de markt met drijvende
windmolens, of molens die op land al
in elkaar worden gezet en als geheel
worden verscheept. Het gaat snel,
hoewel we ook nu al met klanten be
spreken hoe we projecten het beste
kunnen aanpakken die pas in 2016 of
2017 staan gepland."
In deze wereld heeft Bow de afgelo
pen jaren een mooi plekje weten te
bemachtigen. Pattenier: "We zijn een
actieve speler, met inmiddels tien
man op kantoor en -afhankelijk van
de drukte- vijftien tot veertig mensen
in de buitendienst. Afgelopen zomer
hadden we drie projecten tegelijk:
een windmolenpark voor de kust van
Engeland, één in België en één op de
grens van Duitsland en Denemar
ken."
Vooral logistiek was dat een flinke
klus. Het Belgische project lag op zes
uur varen van Vlissingen. Als er vanaf
daar een schip vertrok, moest bij Bow
binnen zes uur een ploeg paraat staan
om een nieuwe lading op dat schip te
zetten. Ongeacht het moment van de
dag. "We moesten doorlopend antici
peren", zegt Pattenier. "De schema's
zijn strak, opdrachtgevers moeten di
verse partijen inhuren om hun pro
ject te realiseren. Ze kunnen zich
geen tijdverlies veroorloven."
Daarbij komt dat zelfs de grootste in
stallatieschepen maar een 'beperkte' la
ding kunnen vervoeren. Vier volledi
ge sets is het maximum. Bij een wind
molenpark met 80 molens, wordt
twintig keer op en neer gevaren. Het
ophalen, kost ongeveer twaalf uur. In
het Belgische voorbeeld betekent het
dat per vier fundamenten al een volle
dig etmaal aan transport verloren
gaat.
Pattenier: "Vooreen Engels of Duits
project is dat natuurlijk nog een stuk
langer. Het project in België had als
complicerende factor dat alles in de
zomer af moest zijn. Het ging om een
park dat honderdduizenden mensen
van stroom ging voorzien, dus dan
wil je geen dag te laat zijn. D^t luis
tert heel nauw."
Bow Terminal fungeert als schakel
tussen de producent en de uiteindelij
ke opdrachtgever van een windmolen
park. In driejaar tijd zijn op het ha
venterrein 1800 elementen geladen
en gelost. Naast de fundering ligt op
de terminal bijvoorbeeld ook vele ki
lometers aan bedrading opgeslagen.
Volgens Pattenier is het logistiek
haast ondoenlijk om de.producten
rechtstreeks van fabrikant naar eindge
bruiker te brengen. "Producenten wil
len zo snel mogelijk van de spullen af,
zodat ze aan het volgende project kun
nen beginnen. Ze zijn er niet op uit
gerust om hun producten lang op te
slaan, er is een tussenoplossing nodig.
Voor de opdrachtgevers van windpar-
ken is het juist prettig dat ze bij ons
van een goede opslag zijn verzekerd,
door een gespecialiseerd bedrijf in
een diepzeehaven." Vlissingen is daar
voor een uitstekende uitvalsbasis.
"We hebben hier niet het.vele contai
nerverkeer dat Rotterdam en Antwer
pen wel hebben. Schepen krijgen al
tijd zonder problemen doorgang. Dat
is belangrijk, omdat er dan geen tijd
verloren gaat."
Hoewel Bow al aan diverse grote pro
jecten meewerkte, is het tot nu toe
enkel in andere landen actief. Mede
door het Energieakkoord heeft Patten
ier goede hoop dat het bedrijf in de
nabije toekomst ook voor de Neder
landse kust aan de slag kan. "We zijn
trots op wat wij doen, we zouden ons
werk ook graag eens in eigen land pre
senteren. Verder gaan we de komen
dejaren onze dienstverlening uitbrei
den. Nu we de nodige ervaring heb
ben opgedaan, willen we ons bijvoor
beeld ook richten op de turbines. Op
temiijn kan hier dan de afhandeling
van complete windmolens plaatsvin
den. Qua ruimte is dat geen pro
bleem, we kunnen hier groeien tot
twintig hectare."
Andere toekomstplannen zijn lastiger
te benoemen.
"De markt verandert voortdurend.
Tot nu toe bouwen opdrachtgevers al
tijd dichtbij de kust, maar dat zal ver
anderen. Dat betekent dat windmo
lens op grotere diepte in de bodem
moeten worden geplaatst. Fundaties
worden daarmee langer. Uiteraard pas
sen we ons aan de nieuwe technolo
gieën aan, maar die zijn soms moeilijk
te voorspellen."
Meer dan de helft van het MKB heeft tijd geïnvesteerd in de
ontwikkeling van nieuwe producten of diensten, of verbeteringen
van het productieproces. De meeste bedrijven (47 procent) hebben
ook middelen ingezet.
MIDDELBURG - MKB-bedrijven
in de Industrie, Financiële instellin
gen en de Verhuur en zakelijke dienst
verlening zijn in innovatie op alle
fronten koplopers. De Bouwnijver
heid is de minst innovatieve sector. In
de afgelopen drie jaar heeft gemid
deld 38 procent van het MKB nieu
we producten of diensten geïntrodu
ceerd. Dit blijkt uit onderzoek van
Panteia/EIM op basis van een telefo
nische meting onder 2.000 MKB-be-
drijven.Ecn op de drie bedrijven
werkt samen met andere partijen aan
innovatie.
Gemiddeld werkt iets minder dan een
derde van de MKB-bedrijven samen
met andere partijen bij de uitvoering
van hun vernieuwingsactiviteiten.
Het betreft vernieuwingsactiviteiten
gericht op de ontwikkeling van nieu
we producten/diensten of de verbete
ring van het productieproces. Finan
ciële instellingen werken daarbij va
ker samen (49 procent).
In de Bouwnijverheid wordt het
minst samengewerkt bij vernieuwings
activiteiten (24 p[rocent). Samenwer
king bij vernieuwingsactiviteiten
neemt toe naarmate de grootte van
het bedrijf toeneemt. In 2012 gingen
gemiddeld 19 procent van de
MKB-bedrijven nieuwe samenwer
kingsverbanden aan gericht op ver
nieuwingsactiviteiten.