PZC
Verliefd op de buiten
Ingeklemd tussen de
Oost-Westweg die Noord-Beve
land doorklieft en de Ooster-
schelde staat het huis van Ine
Bloemen en Tjepke de Vries.
Achttien jaar geleden kwamen
ze daar wonen, op hun 'plekje'
aan de Vlietenburgweg bij Wis-
senkerke. Maar de ontwikke
ling van Natuurresort Bokke-
gat werpt een schaduw over
hun woonplezier. „Dit is het
voor ons en straks is de helft
weg."
Een serie verhalen met mensen
die met hart en ziel in het
buitengebied van Zeeland wonen.
ne Bloemen gaat voor het raam
staan. Ze wijst naar de overkant.
Daar, schuin tegenover hun huis, is
de gemeente Noord-Beveland voor
nemens Natuurresort Bokkegat, ook
wel Vlietenburg genoemd, te laten
verrijzen. 32 Hectaren die omge
vormd worden tot een recreatiepark met
visvijvers, golfbaan en 150 vakantiehuizen.
Ia, er is plaats voor aangelegde natuur in de
vorm van nat grasland, beplanting en wa
teroppervlak. „Maar nu staat er graan. Dat
is toch ook natuur?", vraagt Tjepke reto
risch. „Dat vinden we niet leuk. Je hoeft
niet de hele dag voor het raam te gaan
staan en er naar te kijken maar je wéét dat
er een half dorp komt. En de verkeersbewe
gingen die dat met zich meebrengt..."
Het is hier altijd zo lekker rustig, willen
Tjepke en Ine maar zeggen. Toen ze op
zoek gingen naar een woning was het al
snel duidelijk dat Zeeland zou worden. Ine
droomde van jongs af aan al van wonen in
het buitengebied, waar er nog ruimte om
je heen was. Door een advertentie in de
krant belandden ze aan de Vlietenburg
weg. „We zijn hier vanwege de plek komen
wonen", vertelt Ine. „Aan het huis kun je
nog wat doen, aan de plek niet. Die ligt
hier. Voor ons betekent dat dat je hier rus
tig woont, ruim, stil en dat je lekker kunt
wandelen als je naar buiten gaat. Ie hebt
het gevoel dat je niet altijd op je hoede
hoeft te zijn. Toen we het huis kochten lag
het helemaal vrij. Er stond één boom. We
hebben er om het huis wat bij geplant,
want met een westenwind kon je niet op
het platje zitten. Maar het gevoel van ruim
te blijf je houden. Je ziet het uitzicht - ze
ker in de zomer - niet altijd maar je weet
dat het er is." Tjepke: „En als het zo dicht
begroeid is maken we het wat meer open.
Zetten we de eettafel aan de rand van de
tuin. Dan kijk je over de velden. Dat kan
hier. Een fantastisch gevoel."
Tjepke en Ine kijken overigens niet met le
den-ogen toe hoe Vlietenburg verrijst.
Want als je niets doet, overkomt het je,
stelt Inè. „We gaan niet met de armen over
elkaar zitten totdat ze daar het terrein ko
men bulldozeren. Het verkeer zal gaan toe
nemen en dan is het plekje het plekje niet
meer. Een enorm verlies van privacy. Dit
(de omgeving nu) is het voor ons en dan is
de helft weg." Tjepke: „We proberen het
nog steeds tegen te houden. Ook vanuit
het dorp is er bezwaar. Het moet Wissen-
kerke op de kaart zetten. Dan zeg ik: doe
dan wat tegen het dorp aan! Zo blijft het
hetzelfde dorp wat het al is: saai. Niet leuk
genoeg. De mensen gaan naar Kamper
land, of Goes. Let wel: we zijn niet tegen
toerisme op het eiland. De Roompot, de
Banjaard, dat is helemaal geen punt. Houd
dat lekker aan zee, dan houd je je eiland
waarmee je adverteert." Ine: „De gemeente
profileert zich met de kernpunten rust,
openheid en weidse uitzichten. Dan zet je
dus midden in de polder zon groot project
neer. Dat is raar en snappen wij niet. Wat
is het belang erachter om het daar te doen?
Een stuk woongenot gaat eraan."
woensdag 2 oktober 2013
Buiten
door Michiel Bouwman
Tjepke de Vries en ine Bloemen op de Dorpsdijk. Op de achtergrond, rechts, hun huis aan de Vlietenburgweg. foto Lex de Meester
Het gehucht: De Eek
PAGINA 14 EN 15
De lange weg van de lelie
PAGINA 16 EN 17
Straks staat daar een dorp