Al tien jaar voor het omvallen van Lehman Brothers roken
sommige toezichthouders onraad. Zij werden vakkundig kaltgestellt.
Een van hen, Daniel Waldman, vertelt zijn verhaal.
66 We werden
10 VERDIEPING
VIJF JAAR NA LEHMAN
nanciën, gaan in de oppositie. Het voorstel
van de CFTC wordt weggehoond.
„We werden neergezet als een kantoortje
dat de handel in agrarische termijncontrac
ten controleerde, hoewel dat maar een
klein deel van onze werkzaamheden was",
vertelt Waldman, tegenwoordig advocaat
op het gebied van economisch recht.
In 2000 passeert een ander wetsvoorstel
het Amerikaanse congres, de Commodity Fu
tures Modernization Act of 2000. De handel
in de over the counter derivaten wordt ver
der vrijgegeven, is de strekking. Het stuk
vermeldt expliciet dat de CFTC geen con
trole mag uitoefenen.
Born en Waldman zijn dan al (vrijwillig)
teruggetreden. „We lagen uit het debat.
Ons voorstel was afgewezen. Iedereen zag
de derivatenhandel als een groot succes.
De banken maakten enorme winsten, ban
kiers streken bonussen op. Het geloof in de
vrije markt was zó groot, ook bij de over
heid en de toezichthouders."
Tussen 2000 en 2008 groeit de handel in de
derivaten exponentieel. Gewaarschuwd
wordt er nog maar zelden. If the music's
playing, keep on dancing, is het motto. Kud
degedrag, in nuchter Nederlands.
Het feest blijft helaas niet duren. Op de
Amerikaanse huizenmarkt klapt de zeep
bel uit elkaar. Hypotheken worden niet
meer afbetaald. De derivaten die op de hy
potheekportefeuilles zijn gebaseerd, en die
banken onderling verhandelen, blijken een
stuk minder waard dan gedacht.
Banken moeten enorme verliezen nemen.
De val van Lehman Brothers dreigt een do
mino-effect te veroorzaken. Om dat te voor
komen steken overheden miljarden in de
banken. In Nederland moeten ING en ABN
Amro geholpen worden. Het publiek is
woedend op de 'graaiende bankiers'.
Als er in 1998 beter was geluisterd naar de
klokkenluiders van CFTC, was de wereld
een hoop ellende bespaard gebleven. Na de
crisis is er in Amerika veelvuldig gerefe
reerd aan de waarschuwingen van Born en
haar medewerkers. Er is een documentaire
Precies vijfjaar geleden, op vrij
dag 12 september 2008, roept
de Amerikaanse minister van
Financiën de top van de Ame
rikaanse bankwereld bij el
kaar. De toekomst van de Leh
man Brothers staat op het
spel. Voor de heropening van de beurs, op
maandag, moet er een oplossing zijn.
Lehman zit zwaar in de problemen. De in
vesteringsbank heeft miljarden moeten af
schrijven op haar hypotheekportefeuille.
De waarde van het aandeel is gedecimeerd.
Klanten en kapitaal vliegen de deur uit.
Lehman staat op omvallen. En dat is slecht
nieuws voor de financiële sector. Lehman
is de op drie na grootste investeringsbank
van Amerika.
De redding faalt. Overnamepogingen van
Barclays en Bank of America mislukken.
Op 15 september vraagt Lehman faillisse
ment aan. De beurzen storten in. Krediet
kranen gaan nog verder dicht. Hoewel het
zeker niet de enige oorzaak is, markeert
het omvallen van Lehman voor velen het
begin van De Crisis, die delen van de we
reld nog steeds in zijn greep houdt, Neder
land niet in het minst.
The US Commodity Futures Trading Commis
sion (CFTC) is niet de grootste financiële
toezichthouder van de Verenigde Staten en
ook niet de bekendste. De CFTC is opge
richt om toezicht te houden op de handel
in agrarische termijncontracten. Later kwa
men daar ook futures op het gebied van
grondstoffen en valuta bij. De toezichthou
der staat in de jaren '90 niet bekend om
zijn agressiviteit: laissez faire is in het
post-Reagan tijdperk de heersende moraal.
Totdat Brooksley Born het kantoor van de
CFTC binnenstapt. De advocate uit Was
hington krijgt in 1996 de leiding. „Ze hield
er een andere filosofie op na dan haar voor
gangers", zegt Daniel Waldman, destijds
de rechterhand van Bom. „Ze stelde vra
gen over zaken die tot dan toe normaal wa
ren. Ja, ze was wel een beetje een olifant in
de porseleinkast."
Het dossier waar de CFTC onder aanvoe
ring van Bom zijn tanden in zet is dat van
over the counter derivatives. Dat zijn zeer spe
cifieke effecten die niet op de beurs, maar
tussen financiële instellingen onderling
worden verhandeld. Waldman: „Die kwa
men op in de jaren '80 en '90. Toen wij bij
de CFTC begonnen, was het al een miljar-
denmarkt. Door een vrijstelling oefende
CFTC er geen toezicht over uit. Daar had
den wij vraagtekens bij. Gaat het allemaal
wel goed? Wordt de handel veilig uitge
voerd? Niemand wist het. Wij niet, andere
toezichthouders niet en de overheid niet.
De handel was extreem ondoorzichtig."
In 1998 resulteert de argwaan van Born en
consorten in een voorstel om de handel in
de derivaten onder controle van de CFTC
te brengen. De toezichthouder waar
schuwt in het stuk dat ongereguleerde han
del 'een grote bedreiging van onze econo
mie' zou kunnen betekenen.
Op Wall Street slaat het stuk in als een
neergezet als een
kantoortje dat
kleine contracten
controleert
bom. De handelaars voelen zich bedreigd
in hun vrijheid. Zij vinden Alan Green
span, het hoofd van de FED, de Amerikaan
se centrale bank, aan hun zijde. Hij be
schouwt bankiers als professionals die zelf
weten hoeveel risico ze kunnen nemen.
Ook Robert Rubin en Larry Summers, de
bewindslieden van het ministerie van Fi-
Wall
Street
had
het
door Sander van Mersbergen
illustratie Nourdin Kouch
Daniel Waldman,
oud-toezichthouder