Vijftig jaar geleden presenteerde Philips de
audiocassette. De man achter de uitvinding was
Lou Ottens (87). Twintig jaar later ontwikkelde
hij ook de cd. „Het kan altijd kleiner."
SPECTRUM 5
interview
66
en geniale uitvinder,
de 'Nederlandse
Edison'. Zo wil Lou Ot
tens (87) niet worden
genoemd. „Je doet het
met z'n allen", zegt de
voormalige Philips-in-
genieur in zijn bungalow in de bos
sen bij Eindhoven. „Ik heb bij de ont
wikkeling van nieuwe producten al
tijd intensief met anderen samenge
werkt." Een leven lang werkte de inge
nieur, afkomstig van de Technische
Hogeschool in Delft, voor Philips.
Eerst in de pas gebouwde fabriek in
het Belgische Hasselt, later in Eindho
ven als leider van de divisie Audio en
als directeur Video.
Met recht kan de lange, slanke Lou Ot
tens een revolutionair worden ge
noemd. Zijn visie op 'miniaturisering'
('Zoek altijd naar het kleine') leidde
tot de ontwikkeling van compacte pro
ducten, die onder gebruikers onwaar
schijnlijk populair werden: de com
pact cassette en de compact disc. Ot
tens: „Het kan altijd kleiner. Klein be
tekent: betrouwbaarder, goedkoper en
een lager energieverbruik. En, natuur
lijk, draagbaarheid. Die is voor de con
sument heel belangrijk."
Hij serveert koffie met cake en koek
jes. Aan de wand hangen, naast zelfge
maakte schilderijen, portretten van
zijn overleden echtgenote en foto's
van de kleinkinderen. Een fotocame
raatje uit Japan is zojuist gearriveerd.
„Kijk", zegt Ottens terwijl hij de klei
ne accu er tevergeefs uit probeert te
pulken. „Die batterij past alleen in dit
apparaat. Japanners interesseren zich
totaal niet voor standaardisering. Daar
kan ik echt gek van worden."
Eind augustus 1963, precies vijftig jaar
geleden, werden op de Internationale
Funkausstellung (IFA) in West-Ber-
lijn de compact cassette en de cassette
recorder aan de wereld voorgesteld.
Twintig jaar later, in maart 1983,
kwam de Philips compact disc op de
markt. Beide uitvindingen kwamen
uit de laboratoria van Ottens en diens
Philips-collega's en werden iconen
van de moderne tijd. „Ach, wij waren
ook maar amateurs hoor", relativeert
de uitvinder nu. „Je weet van tevoren
nooit zeker of'dit' het is. Het heeft
lang geduurd, voordat ik begreep dat
wij destijds bij Philips een revolutie
veroorzaakten. Eigenlijk besefik dat
pas sinds kort."
Als kind in Hilversum was Lou Ot
tens al een knutselaar. „In de oorlog
bouwde ik een illegale radio, waar
mee we naar de uitzendingen van Ra
dio Oranje uit Londen luisterden. Het
ding had een primitieve richtantenne
tegen zenderstoringen door de Duit
sers: we noemden het een Germanen-
filter. Na de oorlog zei mijn vader: 'Ga
jij maar 's wat bijverdienen'. Ik ging
halve dagen aan 't werk als construc
teur-tekenaar in een fabriek voor rönt
genapparatuur. Een jaar of drie heb ik
dat gedaan. Heel leerzaam."
Nadat hij zijn studie in Delft had afge
rond, ging Ottens aan de slag bij Phi
lips. Vanaf i960 werkte de jonge inge
nieur bij de afdeling Productontwikke
ling in de nieuwe fabriek in Hasselt.
In die jaren zocht Philips, net als ande
re grote elektronicafirma's, naar een al
ternatief voor de populaire, maar on
praktische bandrecorder. Ottens: „Dat
waren ondingen, zo onhandig, met
die spoelen die telkens gewisseld moe
ten worden."
Er waren internationaal allerlei ont
wikkelingen gaande. Ottens: „Wij
hadden de licentie van een tweespoeli-
ge cassette van RCA. Maar die was
veel te groot, liep vast en was niet ge
schikt voor batterijen. Peter Gold-
mark van CBS, de uitvinder van de
langspeelplaat en voor ons God zelf,
kwam met betere en smallere tape.
Wij combineerden die twee: de casset
te van RCA en de smallere tape van
Goldmark." Het formaat van de casset
terecorder baseerde Ottens op een
stukje hout, dat precies in zijn jaszak
paste. „Dat houtje heb ik later ge
bruikt toen ik een lekke band kreeg
met m'n 2cv om de krik te stutten."
Gelijktijdig met de collega's in Has
selt werkte Philips in Wenen samen
met het Duitse Grundig aan de ont
wikkeling van een luxe-cassetterecor
der. Ottens: „Bij Grundig wisten ze
niet dat wij in Hasselt naar een goed
kope, draagbare variant zochten. Toen
onze cassetterecorder er was en de
presentatie in Berlijn naderbij kwam,
vroegen we ons af: moet Max Grun
dig niet op de hoogte worden ge
bracht?" Maar dat vond de Philips-lei-
ding niet nodig. Pas enkele weken
voor het begin van de IFA werden de
Duitsers geïnformeerd. Ottens: „Grun
dig was woedend, stopte direct de sa
menwerking en gaf opdracht om zo
snel mogelijk een betere, eigen casset
te te ontwikkelen." Dat werd de Dop-
pelt Cassette, een grotere kopie van
de Philips compact cassette.
Dat ik mijn
eerste cd in
Japan moest
kopen, van
Sony.
Omdat wij
pas later
kwamen,
dat vond ik
zo ergerlijk
e presentatie in
Berlijn bracht aan
vankelijk maar
weinig opschud
ding teweeg, her
innert Ottens
zich. „Ja, dat viel
enorm mee." Hem viel vooral het gro
te aantal Japanners met fototoestellen
op. „Die fotografeerden alles. Kenne
lijk veroorzaakten de foto's bij hen
thuis een explosie, want al snel kwa
men uit Japan imitaties van onze cas
sette op de markt, allemaal net iets
groter. Toen hebben we gezegd: 'Zo
gaat dat niet, dit wordt een rotzooi,
we moeten naar Japan'." Drie weken
bracht de Philips-delegatie door in Ja
pan. Het was mei 1966, de 'tijd van de
kersenbloesem'. De Nederlanders had
den een demonstratiemodel van de
compact cassette bij zich dat ze bij de
grote Japanse elektronicafirma's'aan-
boden. Ottens: „Het ging toen alleen
om een cassette waarmee je opnames
kon maken hè, van de radio bijvoor
beeld. De voorbespeelde muziekcasset-
te kwam later."
De Japanners mochten het model zon
der betaling van royalty's overnemen,
als ze zouden betalen voor de techno
logie van de cassetterecorder. Ottens:
„Toen we bij Norio Ohga, hoofd van
de afdeling Audio van Sony kwamen,
vertelde hij dat hij een week eerder
was gebeld door Max Grundig. Die
had hem het Grundig-systeem voor
niets aangeboden." Philips kon niet
veel anders doen dan eieren voor z'n
geld kiezen en de licentie afgeven.
„Achteraf bezien", denkt Ottens,
„blufte Ohga en probeerde Grundig
wraak te nemen."
Sindsdien werden wereldwijd zeker
100 miljard cassettes verkocht. De au
diocassette democratiseerde de toe
gang van honderden miljoenen men
sen tot muziek. Tot in de verste uit
hoeken van de wereld drong de uitvin
ding van Ottens en diens collega's
door. Het was een onwaarschijnlijk
succes. „Het was heel verrassend hoe
goed het ging", zegt Ottens, terwijl
hij naar cijfers zoekt in een vaktijd
schrift. „Hier; al in 1968 rolde de mil
jardste cassette van de band." Dat So
ny en niet Philips met de walkman
kwam, vindt hij moeilijk te verteren.
„De walkman was de ideale toepas
sing voor de audiocassette. Dat wij
die niet hadden, doet nog altijd pijn."
Op dat moment, in 1979, werkte Ot
tens echter al aan de ontwikkeling
van weer een nieuwe geluidsdrager.
Uit de Video Long Play (VLP), een
soort cd ter grootte van een langspeel
plaat met ruimte voor 1 uur analoge vi
deobeelden of 48 uur muziek, werd
de veel kleinere compact disc ontwik
keld, trouw aan Ottens' devies: 'Klei
ner is beter'. Ottens: „Het was mijn
overtuiging dat de muziekindustrie to
taal niet geïnteresseerd was in geluids
dragers met meer dan een uur mu
ziek. Wat moest je met een VLP met
48 uur muziek? Ik begreep die markt
en begon van daaruit te denken."
De ontwerper had gelijk. „En omdat
ik zelf de directie was, was het niet
moeilijk om de commerciële afdeling
ervan te overtuigen een budget te ge
ven." Maar het viel niet mee om de
vereiste geluidskwaliteit te bereiken.
Ottens: „Analoge cd's gaven te veel
ruis. We moesten naar digitaal."
In 1979 was een demonstratiemodel
van de cd klaar. Om ditmaal proble
men met de standaardisering te voor
komen, reisde Ottens meteen naar Ja
pan. „Het was een herhaling van onze
reis uit 1966." Sony's Norio Ohga, in
middels opgeklommen tot vice-presi
dent, bood aan de cd gezamenlijk ver
der te ontwikkelen en te standaardise
ren. „Dat was belangrijk voor ons. Via
Sony kregen we toegang tot diens ken
nis van noodzakelijke digitalisering."
Toch volgde nog een grote persoonlij
ke teleurstelling. „Dat ik in 1982 mijn
eerste cd in Japan moest kopen. Van
Sony, omdat de eerste Philips-cd pas
in 1983 op de markt kwam. Dat vond
ik zo ergerlijk." Nu lachend: „We wa
ren bij Philips nooit de snelsten."
De wereld van de consumentenelek
tronica heeft zich sindsdien enorm
ontwikkeld. Lou Ottens: „Ik heb hier
in huis nog een fax uit 1986. Die kost
te destijds 3000 gulden! Hij doet het
nog altijd trouwens." Ottens, die des
tijds ook betrokken was bij het tot
zijn spijt geflopte videosysteem
V2000, is enthousiast over de vele
nieuwe technologische snufjes: van
gsm tot iPad. Dat Philips, na het af
scheid van de consumentenelektroni
ca, daarin geen rol meer speelt, vindt
hij moeilijk te accepteren. „Ik vind dat
vreselijk. En onbegrijpelijk."
Met zijn collega's uit de gouden Phi-
lips-jaren heeft Lou Ottens altijd con
tact gehouden. „Nog elk jaar komen
we met de mannen uit die tijd bij el
kaar. Degenen die nog in leven zijn.
Oude rotten onder elkaar."
ZATERDAG 24 AUGUSTUS 2013
Hoe Lou
Ottens
de wereld
veranderde
door Wierd Duk
PHILIPS
D
reageren?
spectrum@depersdienst.nl