24 BUITEN Buiten in het nieuw! HET ZEEUWSE LANDSCHAP V Daar lag 'ie op de ruwe stenen. Eén nietig hoopje ellende. De oogjes toe geknepen en zo roerloos dat het leek alsof hij dood was. Toen we na derden schuifelde hij een beetje on beholpen het water in, maar hij was zo uitgeput dat we bang waren dat hij zou verdrinken. Hoewel het beest je geen enkel geluid maakte, wisten we onmiddellijk: dit is een huiler, een jong zeehondje dat zijn moeder kwijt is. Het gebeurde tijdens mijn dagelijkse vogel- rondje, bij het schor- retje van 's-Graven- polder, tegenover ge maal Maelstede. Het was een dag met erg weinig vogels en daarom tuurde ik extra ingespannen over het water. „Daar zwemt een zeehond", riep mijn vrouw ineens. „Welnee joh, dat is een paal in het water." Dat bleek ook zo te zijn, maar juist doordat we scherper gingen kijken zagen we ver derop iets zwemmen wat wel dege lijk een zeehond leek. Vrouwelijke in tuïtie of toch een onbewuste waarne ming? Dat zullen we nooit weten, want het beestje eiste meteen de vol le aandacht op. Onbeholpen kroop hij opnieuw de stenen op en daar lag 'ie dan; in de brandende zon... Bij zo'n vondst is er maar één zinnige reactie: onmiddellijk de politie bel len, zodat die de Eerste Hulp bij Zee honden (EHBZ) inschakelt. Met de te lefoon van een voorbijganger belde ik de centrale en daarna werd het hulptraject in werking gezet. Op de dijk had zich intussen een groep pas santen verzameld en terwijl ik naar huis ging om de auto en de camera op te halen probeerde één van hen het zeehondje te vangen. Geen slim me actie, want als het mislukt kan zo'n huiler wegvluchten om vervol gens ergens in de golven, door hon ger en uitputting een eenzame dood te sterven. Lukt het wel om zo'n dier te vangen dan is het risico op een beet erg groot. En een zeehonden- beet is geen sinecure, temeer omdat zo'n dier allerlei virussen en bacteri ën bij zich kan dragen. Gelukkig was de redding nabij. Tele fonisch kwam het bericht dat de EHBZ onderweg was. „Als het een beetje meezit is het dier over een paar uur onderweg naar Pieterbu- ren", zei ik. Maar dat leverde een mis prijzend commentaar van een om stander op: „En dat kan allemaal zo maar in dit land." De man was duide lijk not amused over zoveel zorg voor een dier. Ik had er eigenlijk wel op in willen gaan, maar de gelegenheid ont brak, omdat de mannen van de EHBZ er aan kwamen. In zo'n geval ben je zomaar niet uitgepraat want meestal kan je er op wachten dat 'oma die wegkwijnt in het bejaarden tehuis' of'de politie die nooit op tijd komt' erbij gehaald wordt. Maar de kritiek op de zorg voor zeehondjes is niet moeilijk te weerleggen. Het is heel dikwijls onze welvaart en onze zucht naar luxe die dieren als dit pasgeboren zeehondje in de pro blemen brengt. Tien tegen één dat het diertje van zijn moeder geïso leerd was geraakt door een jachtje dat aanmeerde of een zeilbootje dat drooggevallen was op de zandplaat voor de BieZelingse Ham. Onwetend en zonder kwade bedoelingen wor den zeehondjes door onze luxe hob by's verstoord of zelfs de dood in ge jaagd. Dezelfde welvaart die dat mo gelijk maakt stelt ons in staat om - al thans een deel van - het probleem op te lossen. Volgens het principe dat 'de vervuiler betaalt', met andere woorden dat de veroorzaker van een probleem dat ook - waar het even kan - zelf weer moet oplossen. Bij de omstanders was ondertussen mijn kleinzoon Thijs met zijn ouders aangeschoven. Het bracht mij in her innering hoe ik als jongen na school tijd naar de Westerschelde fietste en dan volop zeehonden op de zandpla ten zag liggen. Ruim voordat ik de schoolbanken achter mij liet waren de zeehonden door waterverontreini ging, verstoring en biotoopvernieti ging, volledig uit Zeeland verdwe nen. Het zou tientallen jaren duren voor ze terugkeerden. Maar dankzij factoren als het verbeteren van de wa terkwaliteit in de Westerschelde, de afsluiting van zandplaten in de Oos- terschelde en de ontwikkeling van de Voordelta keerden de zeehonden te rug. Ook het werk van de EHBZ heeft daar fors aan bijgedragen. Als de dag van gisteren herinner ik mij de uitbundige vreugde toen ik voor het eerst weer een zeehond in de kij ker kreeg. En inmiddels is een waar neming van een zeehond in Zeeland weer gewoon. Gewoon, maar - let wel - niet vanzelfsprekend. Het ge vaar voor verdwijnen ligt nog altijd op de loer. Wie een jonge zeehond vindt mag la ter het dier van een naam voorzien. Ik heb er wat twijfels bij of je een wild dier wel een individuele naam moet geven. En toch ga ik maar aan haken bij de traditie. 'Mijn' zeehond je moet Thijsje heten. En dat, omdat ik hoop dat mijn kleinzoon Thijs tot in lengte van dagen kan genieten van een gezonde en levensvatbare zee hondenpopulatie in Zeeland. t Buiten De vakantie is voorbij. Volgende week woensdag 28 augustus verschijnt Buiten met een aantal nieuwe rubrie ken. We maken een serie portretten van Zeeuwse gehuchten. En we interviewen mensen die 'verliefd' zijn op wonen en wer ken in het buitengebied. Heeft u suggesties of wilt u over uw verknochtheid aan het platteland vertellen, mail j.vandamme@pzc.nl We plaatsen ook weer UW FOTO. Het thema van volgende week is: U en Uw VAKANTIE. Stuur uw foto voor maandag 26 augustus naar buiten@pzc.nl (1 MB, 200 dpi). Een schuur tussen Ril land en Waarde; let op het prachtige lij nenspel. foto Gerard Smallegange De redding van Thijsje tekst en foto's Chiel Jacobusse C T I c M T I ft e Roerloos alsof hij dood was..

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 24