Wie kiezels strooit v
6 ZEELAND NAZOMER FESTIVAL
Samuel Beckett is geheid toneelrepertoire. Dit
jaar staat zijn in 1961 verschenen stuk Happy
Days in de Wilhelminapolder bij Goes.
"TF e kunt er luchtigjes over doen. Maar
Samuel Beckett (1906-1989) is na
tuurlijk' niet van de lichte grond.
I Als het over zijn Wachten op Godot
W (1955) en andere stukken gaat, val-
X len termen als minimalistisch, ab
surd en diep pessimisme. Hoewel de titel
anders doet vermoeden gaat dat in feite
ook op voor zijn in 1961 verschenen Hap
py Days. Een stuk met een half ingegra
ven personage Winnie in de hoofdrol,
haar man Willie opereert op de achter
grond. Vooral Winnie is aan het woord.
Marlies Heuer (1952), tweevoudig winna
res van de Theo d'Or - de belangrijkste to
neelprijs in Nederland - speelt Winnie.
Vorig jaar was ze in Medea aan de rand
van het Veerse Meer voor het eerst tij
dens het Zeeland Nazomerfestival te
zien.
Mirjam Koen (1948) was tot de opheffing
per 1 januari van dit jaar één van de artis
tieke leiders van het Onafhankelijk To
neel. Zij regisseert Happy Days.
Waarom, is de vraag aan actrice en regis
seur, moeten we naar het stuk van
Beckett in de Wilhelminapolder gaan kij
ken?
Mirjam Koen wil los van het stuk eerst
even dit gezegd hebben: „Ik heb geloof in
de kracht van Marlies Heuer. In de loop
van de jaren heb ik haar veel aan het
werk gezien. De toeschouwer moet op ie
mand kunnen focussen. Marlies is ie
mand die de betovering kan oproepen
waardoor het publiek wordt meegeno
men."
Dat gezegd zijnde, heeft ook het theater
stuk zelf inhoud en kracht, die de kijker
kan beroeren.
Marlies Heuer: „Voor mij is het een aan
grijpend, ontroerend stuk. Het gaat over
het einde van het leven, en over het al
leenzijn op de wereld. Volhouden, ter
wijl je voelt dat je leven aan het afbrokke
len is. Winnie is niet iemand die 'help
help' roept. Er zit ook hunor in het ver
haal. Ze heeft haar tas met spulletjes en
haar woorden om te vertellen. Spulletjes:
een tandenborstel, een kam. Voor haar
zijn het eerste levensbehoeften gewor
den. Ik vind dat heel herkenbaar."
Mirjam Koen: „Winnie is geen vrouw
van tachtig. Ze is ergens in de vijftig, ze
zou nog volop kunnen leven. Maar ze zit
vast in een berg, met een continue ver
zengende hitte, er zijn geen nachten
meer, ze kan niet meer bij haar man.
Vrouw en man zijn volledig op zichzelf
teruggeworpen."
We spreken elkaar in de oefenruimte van
Theaterproductiehuis Zeelandia in Mid
delburg. Een mooi zaaltje, waar het Leger
des Heils als vorige bewoner in de ge
brandschilderde ramen is vereeuwigd.
Marlies Heuer: „Ik ben heel benieuwd
hoe het stuk op locatie gaat werken, met
echte lucht en echte aarde. Zelf houd ik
van de beslotenheid van het theater.
Daarom heb ik me altijd verre gehouden
van locatievoorstellingen. Tot vorig jaar.
Veere was wel bijzonder. In het licht van
de lampen zag je hele zwermen insecten
- na verloop van tijd vielen ze dood op de
toneelvloer. Er waren avonden dat het de
hele tijd regende. Als het nat is en nat
blijft, dan voel je dat het publiek denkt:
ach die arme acteurs..."
Mirjam Koen: „Dat is de kracht van dit
soort theater. Mensen die zitten te kijken
zijn heel erg betrokken, ze leven enorm
mee met het stuk en de spelers. Voor ons
is het belangrijk dat je je gesteund voelt."
Beckett situeerde zijn verhaal aanvanke
lijk in een wat kitscherige setting, met
een theaterdoek waarop je in de verte
land en lucht ziet samenvloeien.
Mirjam Koen: „Heel vaak, als we aan een
stuk beginnen, zegt Marlies: kan dat de
cor niet weg? Ze houdt van ruimte."
Marlies Heuer: „Ik houd van kale land
schappen. Nee, in de Wilhelminapolder
hebben we dat niet, we konden niet om
de bomen heen. Ik heb dit stuk al heel
lang op mijn verlanglijstje staan. Winnie
zag ik in mijn hoofd altijd ergens in een
grote leegte. Ik ben een paar keer in Mon
golië geweest. Daar zou ik Happy Days
heel graag willen opvoeren. Een lege vlak-
Kiezel vertelt het ver
haal van twee kind
jes: Grote en Kleine.
In een verlaten we
reld, waar dreiging en onheil
heersen, komen ze elkaar te
gen en besluiten ze broer en
zus te zijn. Vanaf dat moment
trekken ze samen door het
niemandsland. Ze zijn wees
kinderen, vluchtelingen, on
derweg naar een plek om zich
thuis te voelen.
Deze familievoorstelling is ge
baseerd op het verhaal En at
tendant le Petit Poucet ('Wach
ten op Klein Duimpje') van
Philippe Dorin. Dit verhaal
sprak regisseur Domenico Mer-
tens (38) direct aan. „Het is
een soort Beckett voor vijfjari
gen met heel veel verwijzin
gen naar diens bekende stufe
Wachten op Godot. Nou wordt
Beckett vaak heel saai en ter
gend gespeeld, vind ik. En het
leven is ook saai en tergend,
maar als theatermaker is het
mijn plicht de mensen te en
tertainen. Met Kiezel kan ik
heel veel in dit opzicht. Dezelf
de thema's als bij Beckett wor
den aangeboord, maar in dit
stuk gebeurt er duizendmaal
meer mee."
Het verhaal kwam op zijn weg
tijdens het schrijven van zijn
scriptie over Samuel Beckett.
Terwijl het
leven afbrokkelt
door Jan van Damme
door Ali Pankow
Scène uit Kiezel met Tjebbo Gerritsma (links) en Klavertje Patijn als Grote en Kleine, foto Sanne Peper
1