Uit noodzaak naar Zeeland op vakantie toch niet zo erg j i 4 2 ZOMERKRANT ZOMEt GASTEN Geniete* op de cmpuij s Wie: Eugenie (43) Woonplaats: Geldrop Waar: Nieuwvliet Eugenie slentert lekker over de camping. Ze is onderweg naar haar man en twee dochters die zich bij het zwembad aan het vermaken zijn. Samen zijn ze op va kantie in Nieuwvliet. „We hebben het hier erg naar ons zin en het weer is erg goed", vertelt Eu genie. Normaal gesproken gaat de familie in de zomer naar het buitenland op vakantie, maar dit jaar hebben ze besloten in eigen land te blijven. „We hadden niet genoeg geld, dus we moesten wel dichtbij huis blijven." Het kwam dan ook goed uit dat Eugenie's ouders een eigen stacaravan op Cam ping International hebben en zij deze mochten ge bruiken. „Zij zijn gewoon thuis, dus kunnen we nu toch genieten van een vakantie in hun caravan", legt ze uit. En genieten doen ze volop. „We houden erg van het strand. Even lekker uitwaaien. Ook fietsen we graag." Vooral het niet van te voren plannen van dingen trekt Eugenie erg aan. „Het komt allemaal niet zo aan op een uur." De kinderen vermaken zich ook goed. „De meiden hebben lekker de hele och tend geknutseld." Wat Eugenie specifiek zo fijn vindt aan Zeeland? „De sfeer is hier erg gemoedelijk. En ja, verder toch echt wel het weer, het strand en de rust." Meer weten? Kijk op: www.pzc.nl/zomerkrant Tips? U kunt ons mailen: zomer@pzc.nl Het is één van de meest klassieke zomeruitjes: even een ijsje halen. Maar het piekseizoen is kort en dat maakt het voor ijssalons lastig om te overle ven. Wat drijft ondernemers om toch een zaak te starten? Het is nog vroeg op de dag. In Hulst komt het leven langzaam op gang. Een handjevol toe risten slentert door de straten. In een dode hoek van het centrum ligt, verscholen achter een grote plastic ijshoorn, het terras van ijs- salon Gelato Julliette. Buiten zit één meisje. Ze lacht vriendelijk. Binnen is een jongen bezig met het schoonmaken van de ijsvitrines. Op de vraag of de ei genaar toevallig in de buurt is, wijst hij naar het terras. „Dat is zij." De goedlachse Julliette Wansink (20) kluste haar hele middelbare schooltijd bij in een ijssalon. Na haar vmbo moest ze kiezen: door studeren of gaan werken. „Ik merkte dat een studie niks voor mij was, dus ik besloot een eigen zaak te beginnen. Ik wilde echt mijn eigen ijs gaan maken." Die droom bleek moeilijker te ver- wezenlijken dan ze dacht. Bij elke bank waar ze haar ondernemers plan voorlegde, ving ze bot. Een achttienjarig meisje als eigenares se van een ijssalon op een B-loca- tie: het leek gedoemd te misluk ken. Uiteindelijk wist Julliette de financiering met behulp van een microkrediet toch rond te krijgen. „Inmiddels loopt mijn zaak hart stikke goed. Mensen komen van ver buiten Hulst om hier een ijsje te halen. Ontzettend tof!" Haar succes dankt ze naar eigen zeggen vooral aan de huiselijke sfeer van de ijssalon (het hele ge zin werkt erin mee), haar ambach telijk gemaakte ijs en haar aanwe zigheid op social media. „Klanten vinden het leuk om op de hoogte te blijven van het reilen en zeilen hier. Als ik een nieuwe ijssmaak heb ontwikkeld, dan zet ik dat ge lijk op Facebook, met een uitnodi ging om te komen proeven. Daar komen mensen op af." Het runnen van een ijssalon was niet alleen voor lulliette een ro mantisch beeld. Onlangs bleek uit een onderzoek van horeca- adviesbureau Van Spronsen Partners dat het aantal ijssalons in Nederland de afgelopen tien jaar steeg met bijna 60 procent: ons land kent nu 525 vestigingen. Het is een van de weinige secto ren binnen de horeca met een blij vend stijgend aanbod. Marjon Ver hoef, eigenaresse van ijssalon Mae stro Gelato in Goes, begrijpt dat wel. „Als je op een zomerse dag een ijssalon binnenstapt, denk je al gauw 'zo, hier kan ik snel veel geld aan verdienen'." Vrolijke kleurtjes, blije gezichten, tropi sche sferen; wat wil een mens nog meer? Maar daarmee onder schat men de business, aldus Mar jon. „Het is vooral ook erg hard werken. In ijsmachines moet je een hoop investeren, en terwijl de ijsverkoop in de winter zo goed als stilvalt, moet de huur van het pand gewoon doorbetaald worden. Dan moet je andere ma nieren vinden om de boel draaien de te houden." Marjon doet dat in de winter, net als Julliette, door ook oliebollen en ijstaarten te verkopen. „Mijn man en ik redden het elk jaar net", zegt Marjon. „Maar een vet pot is het niet. Mensen zien het succes in de zomer, maar niet de strijd om te overleven in de win ter." De Maestro Gelato-vestiging die ze in Vlissingen gestart hadden, bestaat inmiddels niet meer. „We hebben die zaak op een gegeven moment verpacht, maar de nieu we verantwoordelijke kon het niet meer rondbreien", aldus Mar jon. „Voor een ijssalon is de loca tie erg belangrijk, en die ijssalon lag te ver van het centrum, men sen liepen er niet genoeg langs. Bovendien was daar geen moge lijkheid om binnen te zitten, waardoor er onder minder goede weersomstandigheden al hele maal geen klanten waren." Goede locatie of niet, een ijssalon moet je puur starten uit passie, zo is de overtuiging van Christa Ge- leijnse. Samen met haar man Jaap is ze eigenaar van ijssalon Geleijn- Mensen zien het succes in de zomer, maar niet de strijd om te overleven in de winter t door Kristy Evers Van ijs moet je een warm gevoel krijgen door Simone Maas Het is één van de meest klassieke zomeruitjes: even een ijsje halen. Marjon Verhoef

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 46