In de Nuba bergen in het zuiden van Soedan woedt al twee jaar een bloe dige oorlog. Lucht aanvallen op bur gers en het blokke ren van hulp zor gen voor een ramp. 2 SPECTRUM buitenland Als Jamal Abdhallah (20) en zijn twee broertjes het ge ronk van een Anton- ov bommenwerper horen, zetten ze het op een rennen. De eerste bom slaat in als ze halverwege de akker zijn die naar hun huis leidt. Eenmaal thuis zegt Abdhallah tegen zijn moeder, die zich met zijn oma en twee zusjes achter de voedselvoorraad schuilhoudt: „Ik kan beter buiten wachten. Als de bom het huis raakt, zijn we allemaal dood. Als ik buiten blijf, is er tenminste nog iemand van ons in leven." Niet veel later volgt een doffe dreun. „Ik hoorde hem schreeu wen," zegt Abdhallah's moeder. „Toen ik de weg naar buiten had ge vonden, vond ik hem in een grote plas bloede Zijn beide benen waren weg. Ik probeerde hem naar binnen te brengen, maar hij was te zwaar." Door de kieren van het rieten dak val len enkele lichtstralen op haar geëmo tioneerde gezicht. Met haar handpalm veegt ze een traan weg. Een buurman bracht haar zoon naar het nabijgele gen St. Mary ziekenhuis. Maar het was te laat. Diezelfde avond stierf hij aan zijn verwondingen. Het verhaal van Abdhallah is de dage lijkse realiteit voor vluchtelingen in de Nuba bergen, een afgelegen gebied in het zuiden van Soedan, ongeveer zo groot als Engeland. In St. Mary staat Abdhallah geregistreerd als slachtoffer nummer 1.040. Hij is num mer 135 met een A voor zijn naam als doodsoorzaak. De A van Antonov, het Russische vliegtuig waarmee het Soe- danese leger dagelijks bombardeert. Duizenden mensen zijn gevlucht. Ve len naar de bergen om een veiliger le ven op te bouwen. Waar geen bergen zijn, ontdekten mensen dat zelf gegra ven gaten (fox holes, vossenholen) als schuilplaatsen kunnen dien bij lucht aanvallen. Zelfs honden en geiten ren nen nu naar de fox holes als ze het ge ronk van een Antonov horen. „Het is frustrerend dat deze humani taire catastrofe zich onder de radar van de internationale gemeenschap af speelt", zegt de Amerikaanse arts Tom Catena (49). Hij runt sinds 2008 het St. Mary ziekenhuis in Kumbo en is van de weinige buitenlanders in de Nuba bergen. Gehaast toont hij de vol le zalen van het ziekenhuis. „Burgers worden dagelijks gebombardeerd. Na een inslag vliegen grote stukken me taal in het rond waardoor mensen zwaargewond raken. Als ze in de buurt wonen, worden ze hierheen ge bracht, maar vaak is het dan al te laat. Sommigen wonen op een week lopen van hier en sterven onderweg." Catena stopt bij een jongen met een ijzeren pin in zijn been. „Hij speelde een potje domino met zijn vrienden toen de Antonovs kwamen. Hij raakte gewond aan zijn benen." Even verder op ligt Musa Said (28). Onder zijn knie zit een groot gat en in zijn linker bovenbeen een open wond. „Ik was met familie in mijn huis in Um Sardi- ba toen de Antonovs kwamen", ver telt Said. „We renden naar de fox hole, maar waren te laat." Catena windt zich zichtbaar op. „Ik zou willen dat de VN met eigen ogen komt kijken wat gaande is. Dan zul len ze zien dat het probleem hier nooit is opgelost. Er wordt een oorlog gevoerd met als doel zo veel mogelijk burgers te doden. Maar de wereld doet niets. Dit is een humanitaire ramp die moet worden opgelost voor dat het nog erger wordt." In Marnyang, een dorpje even buiten Kauda, staat Yousif Omar (38) tussen het nog smeulende puin van het huis van zijn broer. Een dag eerder vielen hier twaalf bommen, waarbij zijn 6-jarige nichtje Khalid Nasreen om het leven kwam. Samen met haar va der en twee broertjes hield ze zich schuil in een fox hole toen een muur van hun huis op hen viel. Direct na de aanval rende Omar naar het bran dende huis van zijn broer. Pas nadat hij hem en zijn twee zoontjes uit hun schuilplaats had geholpen, vond hij Nasreed. „Haar hele lichaam zat vol wonden en in haar hoofd zat een gat. Ik zag direct dat ze dood was." Even verderop zit de stiefmoeder van Nasreen snikkend tegen een half inge storte, lemen muur. Een groep vrou wen is bezig de tarwe en sorghum tus sen het zand van de rokende ruïne vandaan te pulken. „Ze proberen het voedsel te redden wat bij de aanval verloren is gegaan", zegt Omar. „De voedselvoorraad is geraakt en er is te weinig om de komende maanden door te komen. Vanmorgen ben ik naar de markt gegaan om een koe te verkopen voor voedsel. Het is vrese lijk, maar we zijn dit gewend. We moeten zo snel mogelijk verder, an ders overleven we dit niet." Een klein half uur verderop ligt Luw- ere, een verzameling hutten, verscho len tussen de bergen. Voedsel wordt verbouwd op de arme grond van de berghelling en de grotten dienen als schuilplaats voor de Antonovs. „Dit is het moeilijkste jaar sinds de oorlog begon", zegt Samira Adam Tu tu (42), leidster van een lokale vrou wenvereniging. „Vorig jaar mengde ik het beetje voedsel dat ik had nog met bladeren, maar nu heb ik helemaal niets. Ik krijg af en toe wat van mijn buren, maar ook zij hebben niet ge noeg. Als in de komende weken geen hulp komt, vrees ik dat we omkomen van de honger." Naast haar zit een van haar twee dochters op een hou ten bank. Tegen de muur van de le men hut groeien enkele rozen. „We zijn altijd bang dat de Antonovs ko men", zegt Samira. „In april stierven twee vrouwen toen ze sprinkhanen De oorlog heeft als doel zo veel mogelijk burgers te doden en intussen doet de wereld niets aan het vangen waren om hun kinde ren mee te voeden." Volgens Mubarak Bolus T\itu, politie commissaris van Heiban, wordt de hongersnood in de Nuba bergen door de overheid doelbewust gecreëerd om de Nuba te verdrijven uit Soedan. „Tij dens het zaai- en oogstseizoen wor den akkers gebombardeerd om de voedselvoorziening te frustreren. El ders vernietigen soldaten en Arabi sche milities dorpen, akkers, voedsel voorraden en waterpompen. De mees te boerderijen zijn vorig jaar door de Antonovs vernietigd. Mensen verko pen daarom hun vee voor voedsel. De komende maand zal, net als vorig jaar, een hongersnood uitbreken." Vanwege de bombardementen trok ken in 2011 duizenden mensen uit de regio Heiban naar de grotten van de aangrenzende Zwarte Bergen. Daar, omgeven door zingende vogels, brul lende apen, talloze bomen en cactus sen en - wanneer de zon ondergaat - zelfs leeuwen en hyena's, leerde Kha- mis Anur Kodi zijn gezin overleven met vrijwel niets. „Toen ik hier kwam, leefden we in deze grotten tus sen slangen en schorpioenen. Er was geen eten, geen water en mensen wer den ziek. Maar er is geen andere keu ze. In de grotten zijn we veilig." De ontheemde dorpelingen bouwden hutten van klei en riet en legden ak kers aan waar ze met het kleine beetje beschikbare water noten, bonen en sorghum verbouwen. Toch besloot Ko di na zes maanden de berg weer af te door Lennart Hofman Arts Tom Catena

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 54