24 BUITEN
HET ZEEUWSE LANDSCHAP
De voorjaarstrek is voorbij en dat is
duidelijk te merken aan het aantal vo
gels op mijn rondje. Gemiddeld wa
ren er in juni 46 soorten per dag en
alles bij elkaar ging het om 80 soor
ten. Dat is meer dan in maart, maar
duidelijk minder dan in april en voor
al minder dan in mei. Maar wat nog
meer opviel: in juni vertoonde zich
geen enkele soort die ik voor het
eerst tegenkwam op mijn rondje;
dus het totaal aantal van 117 soor
ten blijft gewoon nog even staan. Na
tuurlijk rijst de vraag: wordt het niet
saai als zich helemaal niks nieuws
aandient?
door Chiel Jacobusse
Nou, saai is wel het al
lerlaatste woord dat
ik zou willen gebrui
ken om de belevenis
sen in juni te om
schrijven. Ik heb nu
ver over de honderd
keer hetzelfde rondje gedaan, en nog
steeds zijn er geen twee rondjes met
precies hetzelfde soortenlijstje. Maar
wat natuurlijk vooral boeiend blijft is
het gedrag van onze gevederde vrien
den. Op 17 juni zag ik een enorme
groep kauwen boven het weiland die
zich boven iets wat op de grond zat
concentreerde. De luidruchtige vo
gels vormden een samengebalde
groep, bijna zoals een troep spreeu
wen die door een sperwer achter
volgd wordt. Het was een razende ka
kofonie van opgewonden vogels,
waar zich na eventjes ook kieviten,
grutto's, scholeksters en tureluurs in
mengden. Bij elkaar minstens 80 vo
gels.
Ineens klonk er een luide roep die on
miskenbaar afkomstig was van een
bruine kiekendief Ik zag hoe een
mannetje bruine kiekendief aan
kwam vliegen en neerstreek op de
plek waarover al die kauwen zich zo
enorm druk maakten. En ineens
werd het duidelijk. Op de grond in
het weiland zat'een vrouwtje bruine
kiekendief die een net vliegvlugge
jonge kauw te pakken had. De woe
dende menigte boven haar, maakte
het onmogelijk om met deze relatief
grote prooi op te vliegen, om daar
mee naar de jongen te gaan. Maar dat
was snel opgelost. Als een escortvlieg-
tuig in oorlogstijd posteerde pa kie
kendief zich schuin boven zijn egaa,
en die kon ongehinderd met haar
prooi naar de altijd hongerige jongen
in het nest vliegen.
Schitterend om te zien waren ook de
gierzwaluwen. Met het vaak donkere
en regenachtige weer was het verre
van makkelijk om voldoende insec
ten te vangen. Maar wat hebben ze
dan goed door waar ze wezen moe
ten. Boven en rond het vee dat in
Midden-Zwake is ingeschaard zijn al
tijd wel insecten te vinden en de zwa
luwen waren soms niet bij de runde
ren weg te slaan. Ook boerenzwalu
wen waren er gedurende de hele
maand bijna dagelijks, maar de huis
zwaluw liet zich slechts twee keer
zien. Dat betekent waarschijnlijk dat
er langs mijn rondje geen enkel
broedpaar zit. Een trieste constate
ring, maar daar staat wel het nodige
positieve tegenover. Door elke dag te
observeren krijg je natuurlijk een pri
ma beeld wat er zoal langs het vogel
rondje broedt. Van grote lijster, grote
bonte specht, groene specht en zo-
mertortel hebben langs mijn traject
allemaal vier a vijf paar gebroed en
jongen groot gebracht. En dat is, ver
geleken met elders, zoveel, dat je de
ze soorten gerust als typerende soor
ten voor het dijkenlandschap van de
Zak van Zuid-Beveland kunt be
schouwen.
De grootste verrassing was er op, of
beter gezegd vanaf 26 juni. In een
oude lindeboom was daar ineens
weer de steenuil. Maandenlang weg
geweest, of althans onzichtbaar.
Want de volgende dag zat er in de
zelfde boom een jong, zodat het heel
waarschijnlijk is dat de steenuil hier
gebroed heeft en hier dus in de afge
lopen maanden al de tijd verbleven
heeft. Dat is dan meteen aanleiding
om iets recht te zetten. Eerder had ik
gesuggereerd dat de steenuil moge
lijk gesneuveld was tijdens een verja-
gingsactie tegen de massaal aanwezi
ge kauwen. Dat vonden sommige om
wonenden niet leuk, en achterafheb
ben ze gewoon gelijk. De steenuilen
waren door hun acties niet vertrok
ken en al helemaal niet gesneuveld.
Ze hebben zich gewoon teruggetrok
ken in hun nestholte. Dat alles
neemt niet weg dat een beetje extra
voorzichtigheid in de leefomgeving
van dit soort bijzondere vogels be
paald geen overbodige luxe is.
Tot slot even een korte vooruitblik
naar juli.
Zal deze maand opnieuw geen enke
le nieuwe soort opleveren? Dat hoeft
zeker niet zo te zijn, want de najaar
strek is alweer begonnen. Op het
schorretje in de Biezelingse ham lie
ten zich zelfs in juni alweer wulpen
en zwarte ruiters zien. Waarschijn
lijk trekvogels waarvan het broedsel
mislukt is. En waarschijnlijk wordt
het aantal passerende nieuwelingen
al vanaf volgende maand weer uitge
breid.
Zwarte ruiter
Buiten
De Kapoenhof in
Sint-Maartensdijk is
omstreeks 1988 afge
broken. De histori
sche hoeve was ge
bouwd op de restan
ten van een voorma
lig kloostercomplex,
foto archief
T. Rosmolen
Mijn vogelrondje Juni
Chiel Jacobusse loopt (vrijwel) dagelijks hetzelfde
rondje van 5 kilometer rond de Oosterzwake- en de
Heer Janspolder, ten zuidoosten van 's-Cravenpolder.
Eén keer per maand doet hij verslag in deze rubriek.