Voortdurend pakt de politie individuele betogers op zodra die in de buurt komen van het Koninklijk Huis. Telkens zegt de politie 'sorry' en vervolgens doet ze het toch weer. Deze aanpak van de politie mag helemaal niet. 12 SPECTRUM opinie Advocaat Ber nard Tomlow is advocaat, met belangstelling voor maatschap pijvraagstuk ken, waaronder burgerrechten. Zo riep hij, na de inhuldiging op 30 april, de Amsterdamse gemeenteraad op de kortston dige arrestatie van een demon- strante grondig uit te zoeken. Ais advocaat houdt hij zich onder meer be zig met leef baarheid en overlast in woonwijken. door Bernard Tomlow Ik vertel een sprookje: Er was eens een koning. Die heette Frans. Zijn broer Jozef had ook een koninkrijk. Op een dag belt Jozef: „Frans, ik heb een probleem. Het volk mort." „Nou en", zei Frans, „pak ze op en onthoofdt ze", want zo had hij dat geleerd. „Dat kan niet", zei Jozef, „het zijn er te veel geworden. En ik heb een paar neven en nichten gebeld; die hebben dezelfde proble men in hun koninkrijk." „Ik bel je te rug", zei Frans, „ik moet even naden ken." Nu had koning Frans een advi seur die veel had gereisd. Die vertelde dat in koninkrijken waar ze democra tie hadden toegestaan, het volk min der morde. Frans belde zijn broer te rug en gaf dat advies door. Koning Frans was zelf ook een beetje geschrokken van al dat gemor in de andere koninkrijken. De volgende dag besloot hij dus pro-actief democratie in te voeren. Hij had begrepen dat in Amerika het volk direct zijn bestuur ders koos. Daar begon hij natuurlijk niet aan. Hij koos voor het regenten model. Het volk mag wel kiezen, maar niet te direct en zeker niet bij functies als burgemeester. Die moes ten vooral benoemd blijven. Democra tie prima, maar dan wel met onderda nen en regenten. Op een dag bezocht de koning een theater. Buiten stond een onderdaan met een karton boven haar hoofd: 'Weg met de monarchie'. De koning was woedend. Hoe durfde een onder daan haar mening te geven over het koningshuis. Besmuikt vertelde een regent dat de solo-activist dit volgens de grondwet mocht doen. „Verzin een list", brieste de koning en zo ontstond Politie behandelt burgers als onderdanen een soort 'sorry-democratie': iedere keer als een demonstrant verscheen en tegen het koningshuis demon streerde, werd hij of zij opgepakt om dan enige tijd later met excuses en een bloemetje weer naar huis te wor den gestuurd. Tot zover het sprookje. Net als in het land van koning Frans schofferen ook de Nederlandse politie en benoemde burgemeesters zo keer op keer het meest fundamentele grondrecht, de vrijheid van menings uiting. Ze gebruiken daarvoor allerlei flauwekul-argumenten (verkeerde in schatting, niet begrepen instructie, persoonsverwisseling). Totnutoe ko men ze ermee weg. De demonstranten die de afgelopen maanden zijn opgepakt, hebben in ie der geval één ding bereikt: iedereen, behalve politie en regenten, begrijpt dat als je op straat geweldloos je me ning uit, je in je volle recht staat en dat de politie je niet mag verwijderen. Dit recht is verankerd in het grond recht van vrije meningsuiting. Als omstanders dit demonstratierecht proberen te verhinderen, heeft de poli tie maar één taak: zorgen dat je kunt doorgaan met demonstreren. Als er dan al iemand opgepakt moet wor den, zijn dat die omstanders en niet de demonstrant. Al vaker hebben rech ters uitgesproken dat de politie zo'n betoger niet mag oppakken. In een Rotterdamse zaak werd een de monstrant tegen marineschepen opge pakt. De rechter in die zaak gaf in zijn vonnis een lesje in grondrechten. Hij ging ervanuit dat politie en justitie ge acht worden de wet en de genoemde verdragen omtrent het grondrecht 'vrijheid van meningsuiting' te ken nen. Het is hun taak dat zij deze ken nis zorgvuldig gebruiken bij hun be-

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 68