De leegstand in winkelgebieden neemt toe en dat ligt niet alleen aan de crisis. Mensen willen nog altijd shoppen en dus is er zeker toekomst voor winkelcentra. Maar daarvoor moeten de mid denstanders wel in actie komen. 12 SPECTRUM opinie Oe winkelier zal het niet alleen redden, een totaalaanpak is van levensbelang Winkeliers, doe iets tegen de leegstand Rob Steenber gen werkte bij Coca Cota, Blok ker en EDAH, De Boer Super markten en AH, en is nu docent Retail marke ting Sales. Wouter Pol is docent Small Business en Re tail Manage ment en direc teur-eigenaar van Fred&Ed. ■-U Igor ter Halle is senior docent online-commu- nicatie en on derzoeker so cial media. Allen werken bij hogeschool Windesheim in Zwolle. door Rob Steenbergen, Wouter Pol en Igor ter Halle e groeiende leeg stand van win kels is voortdu rend in het nieuws. Landelij ke prognoses wij zen erop dat de huidige leegstand van 10 procent zon der passende maatregelen tot 20 pro cent zal oplopen. De omzet in de han del van kleine winkeliers daalt met 8 procent en in sommige sectoren zelfs met 20 tot 30 procent. Het consumentengedrag verandert in grijpend. Het online-verkopen in Ne derland staat met 7 procent van het to taal aantal verkopen nog slechts in de kinderschoenen. Het overheidsbeleid loopt jaren achter bij de structurele ontwikkelingen. Winkeliers moeten in hun klantbenadering omschakelen naar de eisen die het nieuwe winke len stelt. En daar is haast bij om over eind te kunnen blijven. Het wordt voor provincies en vooral gemeenten dus de hoogste tijd in nau we samenwerking met winkeliers en hun belangenorganisaties adequate antwoorden te formuleren. Er moet een gerichte aanpak komen die recht doet aan de grote lokale verschillen in omzet en leegstand. Landelijke cijfers zijn te grofmazig als basis voor succes vol beleid. Maatwerk en effectieve reacties op het snel veranderende con sumentengedrag zijn - afhankelijk van de plaatselijke situatie - cruciaal voor overleving van de detailhandel. Het is naïef en onverantwoord aan te nemen dat het tij zal keren zodra de economische crisis is bezworen. Die passieve houding betekent de dood in de pot. Een belangrijke oorzaak van de win kelverpaupering is dat de moderne consument alleen is vast te houden met een consequente koppeling van online- en ofïlineverkoop. Consumen ten willen net als vroeger shoppen, dat is het punt niet. Ikea moest op tweede pinksterdag het restaurant sluiten, omdat er te veel mensen naar binnen wilden. Digitaal koopgedrag verloopt niet langer vooral via pc en laptop, maar steeds meer en sneller met behulp van mobiele applicaties en social media. Deze trend zal zich versterkt voortzetten. Winkeliers zul len online-profllering aan hun fysieke assortiment moeten verbinden, zoals het gebruik van de iPad in de winkel als verlengstuk van het magazijn on der het motto: kies een product op maat, morgen in huis. Veel creatieve toepassingen zijn hier te bedenken en worden ook al wel ingezet. Maar dat gebeurt nog veel te weinig. Regionaal lopen er sinds kort projecten om dit te realiseren, zoals in Leeuwarden/Bolsward, Har derwijk, Nijverdal en Enschede. Studenten, ondernemers en onderzoe kers zijn vanuit een pand in de bin nenstad samen proefprojecten gaan ontwikkelen en testen. Elders bestaan soortgelijke initiatieven. De tijd van wachten tot de consument vanzelf langskomt, ligt definitief achter ons. Maar winkeliers en beleidsmakers denken vaak nog te veel in termen van de traditionele tactieken om klan ten te binden. Winkelcentra hebben in het algemeen potentie genoeg, maar moeten in deze tijd als aanspre kend merk worden gepresenteerd met een eigen gezicht en op basis van sa menhangende en op de doelgroepen afgestemde beleidsplannen. Winkeliers moeten gemeenten ervan overtuigen dat zij de binnenstad en andere winkelgebieden als één sys teem van beleving, toegankelijkheid, publieksvoorzieningen en wonen moeten ontwikkelen, met een aantrek kelijke mix van winkelaanbod, cul tuur, horeca en vermaak. Levendig heid gekoppeld aan leefbaarheid. En met een actieve stadsmarketing, zoals Deventer dat doet door zich als boe kenstad op de kaart te zetten. Dat heeft een aanzuigende werking voor andere winkels. De kleine winkelier zal het niet lan ger in zijn eentje redden. De nood zaak om vanuit een totaalaanpak te werken is van levensbelang. Daarin treden de winkeliers in hetzelfde win kelcentrum of dezelfde straat naar bui ten met een gevarieerd aanbod dat op uiteenlopende consumentenbehoef ten aansluit. Zo werken ondernemers in een aantal Amsterdamse straten nauw samen en profileren zij zich met elkaar in www.degstraatjes.nl: een prachtig staaltje van hoe op klei ne schaal een merk is neergezet; een voorbeeld voor andere gemeenten. Voor grootschalige samenwerking kunnen we heel wat leren van Engel se winkeliers. Zo presenteert West- field Stratford City in Londen zich als één authentiek merk. Kern van dit to taalconcept is dat het stadsdeel zich illustratie Censuur als ontmoetingsplaats profileert. Call the girls, grab some lunch, hit the shops, make a date, roept de homepage van WSC de digitale bezoeker toe. Het in tegrale aanbod van producten en dien sten wordt voortdurend ververst en doorontwikkeld. Via speciale apps op de mobiele telefoon worden bezoe kers naar een open plek op het par keerterrein en naar de kinderopvang geleid. Dit is ook de toekomst voor de grote centra en boulevards in Nederland: de beleving en de fun staan centraal, in combinatie met ontmoeting en een 'dagje-uit-zijn'. Winkelcentrumeige naar Corio, met 27 centra in ons land, volgt dezelfde strategie.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 96