J
Vanuit Europa slui
ten jonge strijders
zich bij de rebellen
aan om te vechten te
gen het regime in Sy
rië. Maar als de oor
log klaar is, bestaat de
kans dat zij niet terug
keren naar hun eigen
land en de strijd el
ders voortzetten.
8 VERDIEPING
RONSELEN
Velen komen het
land binnen zonder
een vooropgezet
plan, lastig voor de
grensbewaking
I Leden van de Internationale Brigade, vrijwilligers uit het buitenland die in de Spaanse burgeroorlog tegen de fascisten van Franco vochten, strijden in september 1936 aan het front in Cordoba.
archieffoto Magnum
Syrië is nog maar het
door Lilian Dominicus
Buitenlandse strijders die in
Syrië meevechten tegen het
regime van Bashar al-Assad:
het is geen louter Neder-
lands probleem. Directeur
Peter Knoope van het Inter
national Centre for Coun
ter-Terrorism in Den Haag wil het maar
even benadrukken. „De Nederlandse me
dia hebben de laatste tijd zo veel over dit
onderwerp geschreven, dat je zou denken
dat het een Nederlandse aangelegenheid is.
Dit gaat echter de hele wereld aan en daar
om zou het op de internationale agenda
moeten staan." Knoope sprak gisteren op
het internationale congres Europa, een nieu
we vruchtbare aarde voor jihadisme, dat in de
Rode Hoed in Amsterdam werd gehouden.
Volgens de recentste schattingen zijn de af
gelopen tijd ruim honderd Nederlanders
naar Syrië afgereisd om de rebellen te on
dersteunen. Een even zo groot aantal komt
uit België en ook Frankrijk zag zo'n hon
derd strijders naar Syrië, en in een enkel ge
val naar Mali, vertrekken. De Europese bij
drage aan het conflict telt in totaal circa
vierhonderd individuele strijders. Daar te
genover staan vierduizend buitenlandse,
niet-Europese strijders. „En die komen uit
alle hoeken van de wereld. Veelal uit omlig
gende regio's en landen, zoals Libanon, Je
men, Tlirkije en het noorden van Afrika. 1\i-
nesië is verantwoordelijk voor tweehon
derd a driehonderdvijftig strijders."
De vraag is wat er met hen gebeurt als de
oorlog in Syrië eindigt. „De buitenlandse
strijders die terugkomen uit Syrië vormen
een enorme bedreiging", aldus Knoope.
„De kans bestaat dat zij een nieuwe impuls
geven aan het internationale terrorisme.
Naar nu wordt aangenomen, is de eerste
golf van internationaal terrorisme begon
nen in Afghanistan. De jihadisten geloven
graag dat zij het waren die de Russen het
land hebben uitgezet. Toen de strijd was af
gelopen, zijn ze elders verder gegaan. Velen
met mij zijn er bezorgd over dat Syrië de
volgende golf van terrorisme aanwakkert."
Het jihadisme zal alleen maar toenemen,
zeker als de internationale gemeenschap
niet ingrijpt. „Een paar dagen geleden kon
digde Hezbollah aan mee te doen in de
strijd, aan de zijde van Assad. Dat zal ertoe
leiden dat nog meer buitenlandse strijders
zich geroepen voelen mee te vechten met
de rebellen", aldus Knoope.
De grote uitdaging vormt de ongrijpbaar
heid van deze jihadisten. Niet langer wor
den de strijders aangestuurd vanuit een
centraal commandocentrum, de cellen zit
ten overal. De potentiële strijders wonen
verspreid over de wereld. Ze reizen, voelen
zich nomade. De keuze voor het martelaar
schap, voor de strijd die ze denken te moe
ten leveren voor hun geloof, komt stapsge
wijs. Ze verkrijgen hun informatie via het
internet. Ze worden niet langer geronseld,
maar zoeken zelf naar een groep waar ze
zich bij aansluiten. „Voor de inlichtingen
diensten is het extreem moeilijk te bepa
len of ze staatsgevaarlijk zijn", zegt onder
zoeker Antonin Tisseron van het Thomas
More Institute in Brussel en het Belgische
ministerie van Defensie. „Groepen die zich
voorbereiden, zijn makkelijker op te spo
ren. Maar velen komen het land binnen
zonder een vooropgezet plan. Lastig voor
de grensbewaking."
Volgens Tisseron voldoen de meeste strij
ders overigens niet aan het profiel van de
lone wolf, zoals vaak wordt gedacht. „Lone
wolves vormen wel een gevaar voor de sa
menleving, maar deze strijders opereren
vanuit kleine groepen."
Wat hen bindt is de behoefte ergens bij te
horen, meent Atmane Tazaghart, hoofdre
dacteur van de Franse nieuwszender Fran-
ce24. „Jongeren van sommige emigranten
families voelen zich ontworteld. Tijdens de
rellen in de banlieus in 2005 keerden zij
zich af van Frankrijk en zochten een nieu
we identiteit. De islam leek die te bieden,
óók al zijn ze geen religieuze extremisten."
Volgens oud-minister Zeini Moulaye van
Mali zijn de meesten helemaal niet zo reli
gieus geïnspireerd als ze willen doen gelo
ven. „Vaak willen deze mensen zich gebor-
Antonin Tisseron