Henkjan Honing probeert te achterhalen hoe muziek werkt. Hij bestudeert geen composities, maar luisteraars. 10 SPECTRUM wetenschap U Apen kunnen niet meeklappen op de maat van de muziek zijn muzikale dieren Henkjan Honing eigen foto Mensen ziek, terwijl zangvogels daarentegen wel aanleg hebben voor maatgevoel. Zo blijkt uit experimenten bij parkie ten in Japan. Die vogels blijken een re gelmatig ritme mee te kunnen tikken. „Het blijft een fascinerend raadsel waarom apen, die evolutionair toch veel dichter bij ons staan dan vogels, niet muzikaal zijn", zegt Honing. Dat wil hij nader onderzoeken. „Een aan tal collega's vindt dat flagrante onzin, omdat je in het verre verleden niets kunt terugvinden van muziek. Maar het verband is wel deels te achterha len door hier en nu te kijken naar de genetische relatie tussen de dieren." Wellicht is muzikaliteit bij de mens pas recent ontstaan. Evolutionair psy chologen, zoals Steven Pinker, probe ren dat te verklaren. Muziek prikkelt jn hersenfuncties die eigenlijk voor iets anders zijn bedoeld, namelijk voor taal en spraakherkenning. Honing ver gelijkt het met lippenstift. „Vrouwen maken hun lippen extra rood om aan trekkelijker te zijn". Anderen wijzen, net als Darwin, op de rol van muziek bij seksuele selec tie. Wie het mooiste zingt of gitaar speelt, krijgt de beste partner en de meeste nakomelingen. „Dat argument wordt vaak in de wereld van de pop muziek gehoord." Maar er is weinig be wijs dat musici meer kinderen heb ben," merkt Honing droogjes op. Overtuigender vindt hij het idee dat muziek zorgt voor sociale cohesie bin nen een groep. „De rol van muziek als bindende factor, het verhoogt de em pathie met onze medemens. Kijk maar naar een massaal meegezongen clublied in een voetbalstadion." Honing gebruikt internet voor luister experimenten om te weten welke mu zikale talenten we met zijn allen de len. Zo liet hij aan duizencfen deelne mers twee uitvoeringen van muziek stukken horen in de genres klassiek, jazz en rock. De luisteraar moest aan geven welke rechtstreeks van de cd kwam en welke iets gemanipuleerd was met de computer. „Daar kwam uit dat die verschillen het beste zijn te horen bij muziek waar je het meeste naar luistert. Een klassiek-opgeleide pianist presteerde bij de jazzplaat min- der dan een leek die veel naar jazz luistert. Dat onderbouwt de stelling dat ieder muzikaler is dan men denkt. Die vaardigheden van ongeletterde luisteraars wil ik verder in kaart brengen." reageren? spectrum@depersdienst.nl keer. In onze geest vindt een interac tie plaats tussen muziek en de luiste raar." Uit zijn jarenlange zoektocht heeft hij inmiddels twee zaken gevonden die nodig zijn om iets te kunnen waarde ren als muziek. Een daarvan is maatge voel, het horen van regelmaat in mu ziek. Dat is goed zichtbaar te maken bij een syncope ofwel luide rust. Daar van is sprake wanneer in een ritme een van de tonen die je op dat mo ment verwacht, niet komt. Je blijft echter met je voet op de maat meetik- ken, ook als die even niet hoorbaar is. Honing: „Dat is aantoonbaar door her- sensignalen te meten met een EEG. Wanneer de verwachting wordt on derbroken, zie je een negatief piekje in het signaal." Dat experiment is uitvoerig gedaan bij volwassenen, maar ook bij baby's van twee dagen oud. „Ieder neemt het ritme op in zijn hersenen, ook pasge borenen - met koptelefoon en opge plakte elektrodes - blijken een over duidelijk maatgevoel te hebben. Zelfs mensen die maatdoof zijn, zijn toch muzikaal. Bij hen komen de ritmische prikkels even goed binnen, zoals is te zien op de scan. Maar zij hebben blijk baar geen toegang tot dat onbewuste deel, waardoor ze niet kunnen mee klappen of dansen op de maat." Naast maatgevoel is relatief gehoor een andere onmisbare bouwsteen van muzikaliteit. Daarbij gaat het om de relatie tussen de tonen. Mensen we ten naar welk liedje ze luisteren door de toonverhoudingen. Die zijn belang rijker dan de toonhoogte. Dezelfde melodie een octaaf hoger wordt ook herkend. „Veel dieren hebben juist een absoluut gehoor en herkennen een melodie alleen aan de toonhoog te. Wanneer daarvan wordt afgewe ken, klinkt het voor hen als een com pleet ander lied", zegt Honing. Een ab soluut gehoor heeft volgens hem niets met muzikaliteit te maken. „Mensen met in zekere mate een abso luut gehoor kunnen bijvoorbeeld op het gehoor een instrument stemmen. Maar ze kunnen vaak niet meer goed naar muziek luisteren als een instru ment iets te hoog of te laag is ge stemd. Dat doet dan pijn aan hun oren. Relatief gehoor is veel muzika ler." Opmerkelijk is dat mensapen geen rit megevoel hebben. Apen kunnen niet meeklappen op de maat van de mu door Peter de Jaeger an huis uit is Henk jan Honing pianist. Hij kreeg gaande weg ook interesse in synthesizers en computers. „Ik wil weten wat de com ponenten van muzikaliteit zijn en een computer leren wat tempo en ti ming is", zegt de hoogleraar muziek- cognitie aan de Universiteit van Am sterdam. Het stoort hem dat hij met al zijn muziektheoretische kennis een machine niet kan uitleggen waaraan is te horen dat een ritme sneller of langzamer wordt gespeeld. Of wan neer een noot te vroeg of te laat komt. "„Het is voor mij de ultieme test muzi kaliteit zo te kunnen opschrijven dat een machine het kan uitvoeren." Hij is al dertig jaar bezig dit probleem te ontrafelen. Steeds met een andere 'gereedschapskist'. Op dit moment verbindt hij de geesteswetenschap pen, via psychologie, met biologische bouwstenen van muzikaliteit. Honing kijkt in het brein om te zien wat er ge beurt wanneer wij naar muziek luiste- ren. „Muzièk is geen eenrichtingsver

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 74