De Marokkaanse moeder van publicist Mohammed Benzakour belandde na een infarct in een verpleeghuis. De Berbervrouw werd aan de bietjes gezet. Benzakour schreef er Yemma over; een boek vol liefde, geschreven uit zorg en wanhoop. 24 SPECTRUM MOHAMMED BENZAKOUR PtÉifc 'V - interview Moeder wist alles nog, ze had een fenomenaal brein. Dat is kapot, je kunt niets meer vragen. Ook haar stem is weg. Het wonder- orgeltje waar altijd geluid uit kwam door Lindy Jense 'D e stilte, wan hopig werd ik ervan. Zat ik bij mijn moeder, als maar door te praten, ter wijl zij niets terugzei. Niets terug kón zeggen. Als het me te veel werd, liep ik naar de kantine voor een stukje pa pier en daar krabbelde ik er wat aante keningen op. Uit al die papiertjes is uiteindelijk Yemma ontstaan." Ze riep iets liefs en blies nog een kus je door de lucht, voordat ze de opera tiekamer in ging. Het zou de laatste keer zijn dat de Marokkaans-Neder landse publicist Mohammed Benza- kour zijn 'oude' moeder zag. Na de operatie aan haar rug, die simpel had moeten zijn, was een bloedprop in haar hersenen ontstaan. De gevolgen waren een halfzijdige verlamming en een uitgeschakeld spraakcentrum. Een wezenloze stilte beheerst haar, de moeder die hem ooit ronddroeg in het dorp in het Marokkaanse Rifge bergte waar Benzakour als vierde kind van het gezin werd geboren. De vrouw die onbevreesd een grote slang doodsloeg die hem als baby bedreig de. De ongeletterde emigrante die haar zoon nauwelijks kon volgen, toen hij later in Nederland sociologie ging studeren en een carrière opbouw de als journalist en columnist. Moe der moet ergens in de 80 zijn. Haar ge boortedatum is bij aankomst in Neder land, begin jaren '70, ambtshalve vast gesteld op 1 januari 1932. „Ik leefde in een andere wereld dan mijn ouders, maar we hadden een mo dus gevonden om daarmee om te gaan. Basale gesprekken waren het, met mijn moeder. 'Ben je al naar de kapper geweest', 'Koud hè buiten'; dat soort vanzelfsprekende dingen. Ik ben er nu pas achter gekomen hoe belang rijk zulke ditjes en datjes zijn, hoe je daaraan voorbij kunt gaan als je een intellectueel leven leidt. Ik mis die ge sprekjes." Zijn familie is niet blij met het boek dat hij schreef over de ziekte van zijn moeder. „Een van mijn zus jes is eraan begonnen. Ze is op pagina 20 blijven steken. Te confronterend." In een familie en cultuur waarin men niet openlijk over ziektes praat, moet het hoogst intieme Yemma (Marok kaans voor moeder) hard aankomen. Benzakour beschrijft, pijnlijk voel baar, de fysieke aftakeling van zijn moeder en de wanhoop die hij als zoon voelt om zijn moeder zo dichtbij maar tegelijk zo ver weg te weten. De hoofdstukken bestaan uit observaties, herinneringen, dromen over dingen die voorbij zijn of nooit zullen gebeu ren. Hij schrikt wakker van de stem van zijn moeder, terwijl hij weet dat ze nooit meer zal praten. Een oude man, blootsvoets en geheel in het wit gekleed, komt kijken als Benzakour piano speelt in het verpleeghuis. „Dit was het lievelingsstuk van mijn vrouw", vertelt de man in tranen. De man laat zich daarna nooit meer in het verpleeghuis zien. vS - H I Mijn jeugd zit in een gesloten archief Wat Benzakour in Yemma vooral toont, is hoeveel energie het patiënt én mantelzorger kost om overeind te blijven in het labyrint van de Neder landse zorg die zich van z'n kilste kant laat zien aan een invalide Berber vrouw die niet kan lezen of schrijven. „Eindeloos moest ze logopedie-oefe- ningen doen, met puzzeltjes en dool hofjes. Oefeningen die ze, ook als ze nog gezond was geweest, niet kon be grijpen als ongeschoolde vrouw. Er kwam een specialistische logopediste. Begint die mevrouw weer met dezelf de abstracte plaatjes. Ik legde haar uit dat dat niet ging werken, dat 't niet aansloot bij de belevingswereld van mijn moeder. Ze vroeg wat die wereld dan was. Ik vertelde haar dat mijn moeder zeer gelovig is, veel bidt. Stro fes uit de Koran, de soera's, spreek je zangerig uit. Het is bekend dat liedjes beter bewaard blijven dan taal. Ik dacht een beetje mee te mogen den ken en stelde voor mijn moeder soe ra's te laten luisteren en zo het taai centrum in haar hersenen te stimule ren. 'Sorry, maar ik ga mij niet verdie pen in de islam', was de reactie van deze zeergeleerde logopediste. Ik was verbijsterd. Dat vroeg ik haar toch he lemaal niet!" Benzakour schreef er een artikel over in het vakblad voor logopedisten. In Amsterdam werd een symposium ge wijd aan de behandeling van ongelet terde islamitische afasie-patienten. „Het kwartje is gevallen", zegt hij. En dat wordt tijd ook, want Nederland moet zich gaan bekommeren om de golf van islamitische ouderen die het komende decennium de verzorgings- en verpleeghuizen gaat bevolken. Fel: „We hebben in Nederland de afge lopen jaren ontzettend veel geouwe hoerd over de multiculturele samenle ving, maar niet over de multiculturele samensterving. De eerste generatie gastarbeiders is nu 70, 80 jaar oud. Mensen die hard hebben gewerkt en niet gezond hebben geleefd. Ze krij gen kwalen. Ik houd mijn hart vast. Mijn moeder heeft het geluk dat ze mij in de buurt heeft. Ik woon vlakbij en heb een vrij beroep, zodat ik veel tijd voor haar kan vrijmaken. Mijn va der is in de tachtig, die kan de zorg nauwelijks aan." Benzakour legt de koks van het ver pleeghuis uit dat zijn moeder haar ge hakt misschien wel wil opeten als het de vorm van een bal heeft en niet een worst. Die vorm associeert moeder im mers met frikadellen - varkensvlees - en dat is taboe voor een islamiet. Ben zakour grijpt ook een paar keer in als moeder wil bidden en de verpleging haar rolstoel achteloos met de rug naar Mekka parkeert. Hij organiseert stiekem lekkere etentjes met kruidige Marokkaanse hapjes en zoete munt thee voor haar in een geheime kelder van het verpleeghuis, als ze weer eens stuitte op een rantsoen van gekookte bietjes en kwakken «aardappelpuree. Hij rijdt haar rond in de buurt en houdt een iPod aan haar oor zodat ze, alsnog, naar Koransoera's kan luiste ren. Af en toe hoort hij haar heel zachtjes fragmenten van woorden na- fluisteren. Het zijn kleine lichtpunt jes in een donkere tijd. „Een sadistisch god je", zegt Benza kour als hij het over Allah heeft. De

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 84