I
Het nieuwe stripalbum over Agent
327 heeft een Zeeuws tintje. De
Daddy Vinci Code speelt zich ge
deeltelijk afin badplaats Renesse.
JL
28 ZEELAND
DOSSIER 20, AGENT 327
Striptekenaar Martin Lodewijk in zijn werkkamer, zeven hoog op de Kop van Zuid in Rotterdam; met uitzicht op oude pakhuizen, foto Piet Kleemans
Renesse, niet Rennes
door Piet Kleemans
Een voorstudie voor de Daddy Vinci Code.
Grutjes nog aan toe, wat een ge
heim agent al niet moet doen om
incognito op zijn kantoor te ko
men'. De stripliefhebber weet ge
noeg; hier spreekt Hendrik IJzer-
broot ofwel Agent 327, de creatie
van striptekenaar Martin Lode
wijk. Stripheld Agent 327 begon als een parodie op
James Bond. De naam IJzerbroot is bedacht door
vriend en collega-striptekenaar Jan Kruis, de schep
per van de populaire Libelle-strip Jan, Jans en de kin
deren. Lodewijk: „Alleen schreef hij de naam met
een d aan het eind en heb ik daar later een t van ge
maakt."
Striptekenaar Martin Lodewijk (73) tekende zijn eer
ste strip op zijn achttiende jaar, werkte jaren bij een
reclamebureau en heeft inmiddels 19 'dossiers' over
de avonturen van Hendrik IJzerbroot het licht doen
zien. Dossier Stemkwadrater - met een glansrol voor
Maria Brallas - is het eerste album over Agent 327.
De Daddy Vinci Code wordt Dossier 20. Lodewijk
liet zich bij het schrijven van het nieuwste album
lichtjes inspireren door Dan Brown's Da Vinci Code
waarin de intrigerende zoektocht naar de Heilige
Graal beschreven wordt.
In de Daddy Vinci Code achtervolgt Agent 327 - ui
teraard in het gezelschap van de voluptueuze Olga
Lawina - de Italiaanse maffiabaas Don Vitale Testos
terone als die op zoek gaat naar de Schat van de Tem
peliers. In eerste instantie voert die achtervolging
naar het Franse Rennes le Chateau. Maar er zijn aan
wijzingen dat de graal niet in het Zuid-Franse stadje
verborgen ligt, maar in het Zeeuwse Renesse. Lode
wijk: „Ik dacht 'Rennes le Chateau. Dat moet natuur
lijk Renesse zijn.Daar is immers, zo redeneerde Lo
dewijk, ook een 'chateau' en wel in de vorm van Slot
Moermond.
Lodewijk ging bij zijn research voor de Daddy Vinci
Code niet over één nacht ijs. De Rotterdamse stripte
kenaar - geboren en opgegroeid in Rotterdam-Zuid
- logeerde in het Renesser slot. Hij leerde van alle ge
heimen, struinde rond, gaf zijn ogen goed de kost,
mocht alles fotograferen, zocht zoals hij altijd doet
uitgebreide - en historisch verantwoorde - documen
tatie bij elkaar en gaf vervolgens binnen de kaders
van de gekozen locatie zijn fantasie de sporen. Zoals
altijd in de 327-albums van Lodewijk is de entoura
ge natuurgetrouw getekend.
Slot Moermond, de Jacobuskerk, de Hogezoom, het
is allemaal herkenbaar en hef strookt ook allemaal
tot op de centimeter met de werkelijkheid. „Ik vind
het gewoon leuk om alles kloppend te hebben. Dat
is één van de pleziertjes die ik mezelf gun bij het
striptekenen. Voor 'Het pad van de schildpad' ben ik
naar Diergaarde Blijdorp geweest, voor 'De Golem
van Antwerpen' ging ik naar Antwerpen en voor
'Het oor van Gogh' ben ik naar het Van Goghmu-
seum geweest. In dat album zit een scene in het res
tauratie-laboratorium van het museum en daar ben
ik ook geweest. De mensen die ik daar getekend heb
zien er ook echt zo uit."
Die zucht naar documentatie heeft Lodewijk een
goed gevulde boekenkast in zijn appartement zeven
hoog op de Kop van Zuid opgeleverd. Met naslagwer-
F
