2 GEZOND
Sommige patiënten met dikkedarmkanker
krijgen te horen dat ze een goed
behandelbare vorm hebben, omdat er geen
uitzaaiingen zijn gevonden. Een deel van
hen krijgt toch te maken met terugkeer
van de ziekte. Onderzoekers van het
Academisch Medisch Centrum (AMC) in
Amsterdam en een Brits onderzoeksinstituut
hebben de oorzaak daarvan gevonden.
DR. LOUIS VERMEULEN (1984)
DE STADIA VAN DARMKANKER
De kwaaie
pier onder de
darmkankers
door Rietje Krijnen illustratie Nozzman
Voor de behandeling van dikke
darmkanker bestaan protocol
len. Afhankelijk van de groot
te en de eigenschappen van
de tumor, stelt de arts voor
hoe uitgebreid de operatie
moet zijn en of na de opera
tie nog chemotherapie moet worden gege
ven. Dr. Louis Vermeulen: „Als sprake is
van een stadium-2-tumor, dus ingroei in
de darmwand maar geen positieve lymfe
klieren of uitzaaiingen op afstand, dan
wordt er meestal geen chemotherapie voor
gesteld. Die patiënten hebben dus ook goe
de vooruitzichten. Maar bij een deel van de
ze mensen komt de kanker na verloop van
tijd toch weer terug. De vraag was hoe dit
mogelijk was, terwijl alle onderzoeken uit
wezen dat er geen uitzaaiingen waren."
Met collega's onderzocht hij de eigenschap
pen van 90 darmtumoren van ruim 1.100
patiënten. Het team heeft drie verschillen
de subtypes onderzocht, waarvan de derde
de kwaaie pier blijkt te zijn. „Het type dat
wij hebben gevonden, ontwikkelt zich op
een andere manier. Kennelijk verspreiden
de kwaadaardige cellen zich al eerder naar
andere delen van het lichaam, zoals de le
ver of de longen. Dus ook als er nog geen
kankercellen in de lymfeklieren worden
aangetroffen, zijn er toch al cellen door het
lichaam verspreid."
Hij legt uit dat tumoren kunnen voortko
men uit verschillende typen poliepen. Het
lijkt erop dat de reden voor het vroeg uit
zaaien moet worden gezocht in de andere
ontwikkelingsroute. „De meeste dikke-
darmtumoren ontstaan uit 'gewone' buis
vormige poliepen. Maar het is ook mogelijk
dat tumoren voortkomen uit een soort
zaag- of karteltandpoliep. De patiënten die
tumoren hadden met kenmerken van deze
zaagtand-poliepen lijken de slechtere voor
uitzichten te hebben. Het is niet zo dat alle
zaagtand-poliepen tot tumoren uitgroeien,
maar we wisten al wel dat zij extra in de ga
ten gehouden moesten worden. Nu is nog
eens te meer duidelijk geworden waarom."
De ontdekking is een eerste stap. De onder
zoekers zijn nu bezig met het ontwikkelen
van een eenvoudige test waarmee darmkan
kerpatiënten worden ingedeeld in groepen
met een laag of hoog risico op terugkeer
van de ziekte. „De test moet in de praktijk
worden ingezet, zodat we de soorten tumo
ren beter van elkaar kunnen onderschei
den. Alleen duurt het nog wel een tijdje
voordat de test betrouwbaar genoeg is zo
dat hij op grote schaal kan worden ge
bruikt."
Wie een eerste 'goede' prognose heeft ge
had, hoeft niet meteen bezorgd te zijn, be
nadrukt Vermeulen. „Deze tumoren heb
ben nu al bepaalde kenmerken waar patho
logen (degenen die het weefsel na de opera
tie onderzoeken, red.) naar kijken en op ba
sis waarvan patiënten chemotherapie krij
gen aangeboden. Het is niet zo dat ieder
een die te horen krijgt dat hij dikkedarm-
kanker-stadium-2 heeft, risico loopt. We
hebben het maar over een handjevol men
sen, een minderheid. Dat is belangrijk om
je te realiseren."
Vraag doemt op waarom niet iedereen die
dit stadium van kanker lijkt te hebben, che
motherapie krijgt aangeboden. „Chemothe
rapie is erg belastend", zegt Vermeulen.
„We hebben het over misschien 10 procent
van de mensen met een stadium-2-dikke-
darmtumor die er baat bij kunnen hebben.
Dat zou betekenen dat we 90 procent voor
niets een chemokuur laten volgen met alle
gevolgen van dien. Het is beter eerst vast te
stellen om welke risicogroep het echt gaat
en dan de juiste therapie aan te bieden."
reageren?
gezondheid@depersdienst.nl
Onderzoeker
Dr. Louis Vermeulen, AMC en het Cancer Research Institute in Cambridge in samenwerking met
hoogleraar Jan Paul Medema, Experimentele oncologie en radiobiologie in het AMC.
Opdrachtgever Het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam en het Cambridge Cancer
Research Institute. Het onderzoek is gefinancierd door het Koningin Wilhelmina Fonds
(KWF), Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en Cancer Re
search UK.
Aantal proefpersonen Er is tumorweefsel geanalyseerd van meer dan 1.100 patiënten.
Vervolgonderzoek Een snelle, goedkope test ontwikkelen om het agressieve subtype be
trouwbaar op te sporen. Daarnaast uitzoeken welke medicijnen het meest effectief zijn bij de
ze patiënten.
Er zijn vijf verschillende stadia van darmkanker.
Stadium 0: er groeit een verdachte poliep
die via een kijkonderzoek (coloscopie) wordt
weggehaald.
Stadium 1: er groeit een tumor in de darm
Stadium 2: de tumor groeit door de darm-
wand heen maar zit niet in de lymfeklieren.
Stadium 3: de tumor groeit door de darm-
wand en zit in de lymfeklieren rond de darm.
Stadium 4: de tumor is uitgezaaid naar ande
re delen (meestal de lever of longen) van het
lichaam.
Louis Vermeulen.