Dé Amsterdammer? Die komt uit
Suriname, de Antillen, Marokko,
Turkije. Sinds de Gouden Eeuw
is de hoofdstad niet zo snel van
samenstelling veranderd.
10 VERDIEPING
GEMENGDE BEVOLKING
ledereen groet
elkaar wel hoor,
maar echt contact
is er niet De sfeer
is anders
door Sandra Donker en
Freke Remmers
Nederlandse
vrienden? Jen
nifer, Karuna,
Zaid en Cho-
vanec moeten
eens even na
denken. Hier,
diep in het hart van de Bijlmer bij
winkelcentrum Reigersbos, zijn
ze zeldzaam, de zeg maar Holland
se Amsterdammers. Na lang pein
zen komen ze op de naam van
welgeteld één schoolgenootje: Ja
cob. „Die is toch wit?"
Het maakt ze ook niet uit. De leer
lingen van de tweede en derde
klas van Scholengemeenschap
Reigersbos vinden het best zo
met elkaar. Ze zijn geboren in Am
sterdam, Veghel of Pakistan uit
Surinaamse, Antilliaanse of Paki
staanse ouders en getogen in de
Bijlmermeer, waar het overgrote
deel van de bewoners zwart is.
„Ik denk dat ik straks wel blanken
leer kennen op de universiteit of
hogeschool", zegt de 15-jarige
Zaid schouderophalend. „Dan zal
het wel mengen."
De vier scholieren zijn de Amster
dammers van de toekomst. Nog
maar een derde van de jongeren
onder de vijftien in de hoofdstad
is van autochtone afkomst. Sinds
2011 is in Amsterdam geen enkele
bevolkingsgroep meer in de meer
derheid, net zoals in steden als
New York, Vancouver, Toronto.
Iets minder dan 50 procent van
de inwoners is van Nederlandse
komaf; ruim een derde komt uit
Tlirkije, Marokko, Suriname of de
Antillen. De overige 15 procent
wordt gevormd door expats uit
landen als België, Duitsland, Au
stralië of Amerika.
Het is de realiteit in een land
waar de multiculturele samenle
ving steeds sceptischer wordt be
keken, zegt Maurice Crul, hoogle
raar Onderwijs en Diversiteit aan
de Universiteit van Amsterdam.
Afgelopen vrijdag hield hij zijn
oratie over 'superdiversiteit'. „Ie
dereen in de grote Europese ste
den behoort straks tot een etni
sche minderheid. Diversiteit
wordt de nieuwe norm."
Wie door Amsterdam rijdt, ziet
overal sporen van deze ongekend
snelle verandering van de etni
sche samenstelling van de stad.
Vooral buiten de ring Aio is het
straatbeeld ingrijpend veranderd,
waar wijken als Bos en Lommer,
Slotermeer-Geuzenveld, Over-
toomse Veld en aan de andere zij
de Amsterdam Zuid-Oost groten
deels van kleur verschoten zijn.
Onder de snelweg door naar
Nieuw-West komt de bezoeker in
een wereld van mannen in kaf
tan, vrouwen met hoofddoek,
moskeeën, islamitische slagerijen,
Thrkse tapijthandelaren, de Ha-
kans Haarmodes, Ankara belwin
kels, de groente- en fruit van He-
lal et Gida. Baklava, kousenband,
sim, sopropo naast boontjes en
aardappel.
De brede Burgemeester De Vlugt-
laan telt de meeste Thrkse onder
nemers van Amsterdam. „Toen ik
hier in 1954 kwam wonen", herin
nert de 79-jarige mevrouw Jonge-
bloed uit Slotervaart zich, „was
dit de nieuwe woonwijk voor Am
sterdamse gezinnen. Nu ben ik
nog de enige Nederlandse in mijn
portiek. Een hindoestaanse fami
lie, Thrken, Marokkanen. Iedereen
groet elkaar wel hoor, maar echt
contact is er niet." Je weet niet of
'ze' het op prijs stellen als je hen
op de koffie uitnodigt, zegt ze.
„De sfeer is anders."
Mevrouw Jongebloed mist vooral
een Hollandse slagerij; voor spek
lapjes moet ze naar de Albert
Heijn, want de halalslager* ver
koopt die uit religieuze overwe
gingen niet.
Mengen? Nauwelijks. De etnische
kaart van Amsterdam toont een
verdeelde stad. Autochtonen wo
nen in het dure centrum, Zuid en
de eilanden als IJburg. In West en
Oost wisselen gekleurde en blan
ke wijken elkaar af.
Het woord segregatie durft wet
houder diversiteit Andrée van Es
(GroenLinks) wel in de mond te
nemen, hoewel niet van harte.
„Het is cruciaal om nu op een aan
tal fronten door te pakken", zegt
ze op het stadhuis. „Als je de
tweede generatie migranten niet
bij de maatschappij weet te be
trekken, keren zij zich ervan af.
Dan sluiten zij zich op in hun ei
gen wereld. Deze generatie is de
sleutel tot falen of succes. Zeker
nu het crisis is, is het van groot be
lang de jeugdwerkloosheid aan te
pakken. Werk en scholing is de
snelste weg tot participatie."
Het vraagt zeker lenigheid van
het stadsbestuur om Amsterdam,
met zijn 197 nationaliteiten, bij
een te houden, beaamt Van Es.
„Wat ik sinds 2010 merk, is dat ik
de waarden van Amsterdam veel
explicieter moet uitspreken, en
wellicht herformuleren. Per wijk,
per generatie, per religie kan nu
verschillen wat de dominante
waarden zijn. Wij benadrukken
dan: vrijheid van het individu, ge
lijkheid van mannen en vrouwen,
Mevrouw Jongebloed