uw risico in het verkeer 0 y\ 2 3 IN BALANS 5 Medicijngebruik Jaarlijks zijn er in ons land enkele tientallen verkeersdoden en ruim duizend zwaargewonden toe te schrijven aan het gebruik van rijgevaarlijke geneesmiddelen. Een aantal dat drastisch omlaag moet, maar hoe? Een recent onderzoek biedt houvast. In Balans sprak erover met twee deskundigen en kwam al snel tot de con clusie dat een verbod niet de oplossihg is, maar juist nieuwe problemen opwerpt. Wees voorzichtig Niet autorijden zonderde bijsluiter te hebben gelezen Opmerkelijk WOENSDAG 13 MAART 2013 aararasfisas^^waBB® Pillen gevaar voor rijden door Wiljan Broeders Eind 2011 werd een omvangrijke, meerjarige Europe se studie naar het rijden onder invloed van alcohol, drugs en medicijnen afgerond. Dit onderzoek moest de huidige stand van zaken in kaart brengen en hand vatten bieden om een kwaliteitsslag te maken in de aanpak van het probleem. Medicijngebruik is daarbinnen overigens wel die spreekwoordelijke vreemde eend in de bijt," aldus Sjoerd Houwing, onderzoeker binnen SWOV (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid). ,,Dat je niet met alcohol of drugs achter het stuur moet kruipen, mag algemeen bekend worden geacht. Voor geneesmiddelen ligt dat niet zo zwart-wit." Rijgeschiktheid ,,Het toegevoegde risico is veel moeilijker te bepalen en afhankelijk van zoveel factoren. Om nog maar te zwijgen van hoe gevoelig het ligt. Mensen gebruiken medicijnen nu eenmaal om beter te worden. Moetje hen daar dan voor bestraffen? Dit neemt natuurlijk niet weg dat er wel degelijk medicijnen zijn die (moge lijk) invloed hebben op de rijvaardigheid. En als be stuurder blijf je verantwoordelijk voor je rijgeschikt heid als je stoffen gebruikt die deze geschiktheid na delig beïnvloeden. In algemene zin spreken we dan over medicijnen die specifiek gericht zijn op een beïn vloeding van het centrale zenuwstelsel. Denk daarbij aan slaap- en kalmeringsmiddelen, angstremmers, middelen tegen depressies, sterke pijnstillers en me dicijnen tegen epilepsie en psychische stoornissen. Maar ook ogenschijnlijk onschuldige medicijnen - die soms zelfs zonder recept te verkrijgen zijn - kunnen de rijvaardigheid negatief beïnvloeden. Zo heeft onder zoek reeds uitgewezen dat een hoge dosis ibuprofen (of een andere pijnstiller op basis van codeïne) het reactievermogen kan verslechteren en dat het reis ziektemiddel cyclizine en hoestdrankjes op basis van promethazine tot rrieer slingeren en grotere stuurfou ten kunnen leiden." GeSe sticker Maar als een verbod niet de oplossing is, hoe gaan we dan het probleem te lijf? Hoogleraar farmaceutische patiëntenzorg Han de Gier - dé autoriteit in ons land op dit thema en nadrukkelijk betrokken geweest bij het eerder genoemde onder zoek- heeft daar wel een idee over. De sleutel tot suc ces zit volgens De Gier toch echt in (nog) betere infor matievoorziening... naar alle betrokkenen toe welte verstaan. ,,De effecten van medicijnen op de rijvaardigheid staan weliswaar in de bijsluiter maar die informatie is te vaag. Tel daarbij op dat de overbekende gele sticker met de tekst 'Dit geneesmiddel vermindert het reactievermogen' in het merendeel van de gevallen zijn uitwerking volledig mist en er is maar één conclu sie te trekken: een nieuw classificatiesysteem moet de patiënt meer duidelijkheid geven." Pictogrammen Daartoe is al een aanzet toe gegeven. „Het effect van medicijnen op de rijvaardigheid kan met gekleurde pic togrammen, die op hun beurt verschillende categorie ën vertegenwoordigen - variërend van nul (geen risico) tot en met drie (veel risico) - op medicijnverpakkingen weergegeven worden. Slaap- en kalmeringsmiddelen, die vrij serieuze effecten hebben op de rijvaardigheid zitten dan bijvoorbeeld in de derde categorie en be paalde middelen bij overgevoeligheidsziekten (die een licht versuffend effect teweeg kunnen brengen) wor den geschaard onder categorie één." Alternatief „Verder kan er vermoedelijk nog winst geboekt wor den door apothekers en huisartsen meer te betrekken bij het begeleiden van het gebruik van rijgevaarlijke ge neesmiddelen door verkeersdeelnemers." „Het contact tussen arts, apotheker en patiënt is van het allergrootste belang", erkent ook Houwing. „Twee weken is een mooi moment voor evaluatie met huis arts en/of apotheker. De effecten op het functioneren kunnen dan besproken worden voordat een volgende dosis wordt voorgeschreven. Want alleen dan kom je er achter wat 'dït' geneesmiddel nu specifiek doet met 'deze' patiënt. Mocht het medicijn de rijvaardig heid inderdaad noemenswaardig beïnvloeden dan kan een alternatief mogelijk een eenvoudige oplossing zijn. Maar dan moet de arts dus wel over die kennis beschikken." Bewustwording „En daarmee hebben we direct aanbeveling nummer twee te pakken", zegt De Gier. „Artsen en apothekers moeten beter ondersteund worden. Vandaar dat al een soort van computerapplicatie is vervaardigd die binnen de bestaande software ingebouwd kan wor den. Hierdoor komen automatisch bepaalde vragen naar voren, reminders, eventuele alternatieven en in formatie die uitgeprint kan worden om aan de patiënt mee te geven. Artsen en apothekers kunnen dan meer persoonsgebonden informatie geven over eventuele risico's waardoor een waar schuwing vermoe delijk minder snel in de wind wordt geslagen dan een standaardzin die op negen van de tien bijsluiters terug te vinden is. Ho pelijk pakken de verschillende beroepsorganisaties, farmaceutische industrie en overheid deze hand schoen op en gaan zij aan de slag met onze aanbeve lingen. Betere informatievoorziening leidt namelijk on getwijfeld tot een scherpere bewustwording, wat op zijn beurt hopelijk een afname van het aantal slachtof fers laat zien. Want vijftig verkeersdoden (waarbij ge neesmiddelen een rol spelen) op jaarbasis zijn er na melijk vijftig teveel." Uit onderzoek onder verkeersdeelnemers in Nederland blijkt dat veelgebruikte slaap- en kalmeringsmiddelen en sterke pijnstillers door ongeveer 1,2% van alle automobilisten achter het stuur wordt gebruikt (ter vergelijking: alcoholgebruik werd bij 2,4% aangetroffen). Recent gebruik van rijgevaarlijke geneesmiddelen kan in de praktijk het beste met bloed- of speekseltesten worden aangetoond. Jaarlijks laat de politie door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) bij ruim 900 mensen een bloedtest afnemen omdat het vermoeden bestaat dat hun rijgedrag is beïnvloed door drugs of medicijnen. Bij ruim een kwart van die onderzoeken zijn geneesmiddelen gebruikt. Meer info: www.swov.nl www.druid-project.eu www.rijveiligmetmedicijnen.nl ww.apotheek.nl Wees bewust van de invloed van medicijnen op de rijvaardigheid. Vraagje huisarts of apotheker bij twijfel om aanvullende informatie! sö» y

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 49