Deelnemers aan een internationale top buigen zich over het leraarschap. 'Neder land hoeft zich niet te schamen.' 8 VERDIEPING 'Leraren zijn niet kritisch op elkaar' door Francine Wildenborg illustratie Mark Reijntjens Net teruggevlogen vanuit New York is de minis ter van Onderwijs vol inspiratie. De lerarenop leiding die Jet Bussema- ker (PvdA) bezocht, was een school in een school. „Er liepen allemaal kleine kinderen rond. Ze combineren daar leren en lesge ven." Bovendien doen de docenten niets liever dan elkaar beoordelen: peer review. Zo zou ze een pabo hier ook wel voor zich zien. Maar er is nog een lange weg te gaan. „Er is al veel gebeurd, maar we zijn er nog lang niet. Ik kan geen belangrijker beroeps groep bedenken: we vertrouwen daar alle maal onze kinderen aan toe." Bussemaker is morgen en overmorgen gast vrouw op de International Summit on the Teaching Profession in Amsterdam. Presi dent Barack Obama van de Verenigde Sta ten nam drie jaar geleden het initiatief om bestuurders en docenten wereldwijd te ver zamelen. Dat Nederland het congres naar zich toe heeft weten te halen, komt de mi nister goed uit. De kwaliteit van leraren op schroeven is precies wat ze wil. Wij zijn internationaal nummer u in rekenen en taal. Is het congres hier wel op zijn plaats? „We hoeven ons nergens voor te schamen. Een 11e plek is helemaal niet slecht. Daar bij: we doen het op veel punten juist goed. Zo staan we met vijf universiteiten in de top 100 en staan we op één in het laten sla gen van kinderen met achterstanden." Dus er is geen probleem? „We zijn niet goed genoeg in het laten uit blinken van onze beste leerlingen. Leer krachten spelen daarin een grote rol. Daar bij staan er nog te veel onbevoegde docen ten voor de klas. Ten tijde van het lerarente kort zijr. de eisen verlaagd. Ook hoeven ze zich niet bij te scholen. Gek: artsen, ver pleegkundigen en notarissen wel, dat houdt ze scherp." Wat moet er beter? „We maken de toelating tot pabo's stren ger, stimuleren dat meer studenten een masteropleiding volgen. Bovendien willen we dat meer basisschoolleraren de academi- Jet Bussemaker foto Daniël van Dam sche variant van de opleiding doen. Dat zorgt voor leiders die in staat zijn te reflec teren op het onderwijs én ze weten uit de praktijk wat wel en niet werkt. Geen mana gers van buiten, zoals nu vaak het geval is." En na de opleiding? „Docenten moeten elkaar constant blijven beoordelen. We willen meer met zogehe ten peer review doen: docenten nemen let terlijk een kijkje bij elkaar in de klas en zijn kritisch op elkaar. Uit recente proeven blijkt dat dat heel goed werkt. In de Vere nigde Staten is het hartstikke normaal." Wij zijn hier niet kritisch op elkaar? „Nee, dat zit niet in onze cultuur. We kij ken naar de individuele kwaliteit van een leraar. Maar één goede docent, maakt nog geen goede school. Het gaat om teams van docenten die samen functioneren. En niet alleen de beoordeling van collega's moet tellen, ook van leerlingen en studenten. En nee, die kiezen niet voor de leraar die de meeste voldoendes geeft, wel voor degene die hen het meest uitdaagt." Zo was u ook als docent politicologie? „Ik werd als streng ervaren. Als een stu dent een stuk inleverde dat taalkundig ram melde, kon hij het terugnemen. Achteraf kreeg ik positieve reacties, juist omdat ik de lat zo hoog legde." U was een voorbeeldleraar? „Ja, en nee. Terugkijkend zou ik mijn colle ges interactiever maken, niet alleen een vast verhaal vertéllen. De begeleiding van docenten liet toen overigens te wensen over. Verwacht werd dat iedereen het maar kon. Nee, vroeger was niet alles beter." Hoe krijgen we gemotiveerde leraren, als de carrièreperspectieven zo beperkt zijn? „Als de crisis voorbij is, is het eerste wat ik zou willen de nullijn voor docentsalarissen loslaten. Maar het blijft een baan waarvoor mensen niet kiezen vanwege het geld. On derwijs is een roeping. We kunnen het wel aantrekkelijker maken door te zorgen voor loopbaanontwikkeling. Bovendien toont onderzoek dat strengere toelatingseisen op lange termijn meer animo opleveren." Terwijl in 2015 een tekort ontstaat in de Rand stad, omdat veel docenten met pensioen gaan. „Dat is even lastig. Maar we gaan niet inle veren op de kwaliteit, zoals eerder is ge beurd. Of we leraren uit krimpregio's naar het westen krijgen, weet ik niet. Maar vaak is het lokaal op te lossen. Op de ene school in Rotterdam is een tekort, op de andere een overschot. Laat ze samenwerken." Finland is hét Europese voorbeeld, voor u ook? „Finland heeft een eenduidiger cultuur. Minder steden, minder religies, minder mi granten. Dus je kunt het niet één op één vergelijken met Nederland, maar de hou ding daar is bewonderenswaardig. Alle do centen hebben een academische graad. En ondanks dat een docent niet veel verdient, heeft hij/zij daar waanzinnig aanzien. Als je Finnen vraagt met wie ze het liefst wil len trouwen zeggen ze: met een leraar!" Finland heeft kleine klassen. Hier heeft de do cent zijn handen vol aan dertig leerlingen, de ene na de andere onderwijsvernieuwing én kinderen met een rugzakje (ADHD/autisme). „Ja, we vragen veel van een docent, maar zelf geven ze aan dat juist de uitdaging vol doening geeft. Belangrijk is dat we de écht gemotiveerde mensen krijgen. De toe komst van Nederland die wordt bepaald door wat kinderen nu op school leren." Grote verantwoordelijkheid voor de leraar. „Leerlingen hebben ook zelf de verant woordelijkheid om hun best te doen. Ouders spelen daarbij een belangrijke rol. Redenen waarom het niet goed gaat met een kind worden vaak bij de school ge zocht, terwijl opvoeding net zo goed een factor is. Ik geef toe, respect is lastig af te dwingen. Maar je kunt daar wel aandacht aan besteden tijdens de opleiding: hoe ga je als docent met ouders om." En hoe bestrijdt een docent in het hoger onder wijs de zesjescultuur? „Niet alleen. Dat doen we ook door hogere eisen te stellen aan studenten. In twee jaar je propedeuse halen is heel redelijk. Nog ge noeg tijd over om te feesten. Daarbij: zeker in deze economie beseffen studenten maar al te goed dat je je moet onderscheiden." Ook als een student straks alles moet lenen? „Juist daarin ligt een extra prikkel om snel af te studeren. Het dwingt studenten bo vendien een betere studiekeuze te maken. Nu haakt 30 procent afin het eerste jaar. Dat is veel te kostbaar én zorgt voor onge motiveerde studenten, waar je als docent ook weinig aan kunt doen."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 8