4 Bestuurlijk Nederland juicht: nóg meer taken gaan naar de gemeente. Raadsleden krijgen intussen steeds meer te controleren. Maar kunnen ze dat wel aan? 8 VERDIEPING LOKAAL BESTUUR Help, de gemeenteraad door Laurens Kok en Michel Reijns illustratie Nozzman Het leven van een raads lid was ooit overzichte lijk. Het werk ging voor al over praktische za ken: van een nieuwe weg, onderhoud van de riolering tot een scheef liggende stoeptegel. Je hoefde niet te heb ben gestudeerd om erover mee te kunnen praten. Wie een praktische instelling com bineerde met een scheut boerenslimheid, redde het wel. De afgelopen jaren is het takenpakket van de gemeente flink uitgebreid. Zo zijn de bij stand en de thuiszorg al overgeheveld naar - lokaal niveau. Dit kabinet doet daar nog eens voor zestien miljard euro aan taken bovenop. Gemeentebesturen staan te trap pelen: zij vinden al jaren dat zij op het ge bied van jeugdzorg, werk en zorg aan hulp behoevenden veel beter werk kunnen ver richten dan het Rijk. En ook nog eens voor minder geld! Op lange termijn kan er vijf miljard euro worden bespaard, rekenden WD en PvdA uit. De keuze was snel ge maakt: over de schutting ermee. In die voortdurende drang naar meer de centralisatie komt de gemeenteraad in het gedrang. Die moet controleren of alle re gels goed worden uitgevoerd en al het geld netjes wordt besteed. Het bordje dreigt nu wel erg vol te raken. De controlerende taak van de raad staat onder druk, stelt bestuurs kundige Julien van Ostaijen van de Univer siteit van Tilburg. „Raadsleden zijn ama teurs, geen professionals. Ze hebben het de laatste jaren steeds drukker gekregen." De ironie wil dat juist op een moment dat er nog veel meer taken bijkomen, Den Haag gemeenteraden vanaf volgend jaar verder wil inkrimpen. Het aantal raadsle den kan met 10 procent afnemen, meent de Tweede Kamer. „Dat besluit komt op een ongelukkig moment", meent Van Osta ijen. „Meer werk voor minder raadsleden. En door bezuinigingen staat de controle rende taak van lokale rekenkamers (zie ka der) eveneens onder druk. Als je dan zo het complete plaatje bekijkt, is dat wel kwa lijk", zegt hij. Raadsleden zijn nu gemiddeld zo'n zestien tot twintig uur kwijt aan hun politieke werk. De overheveling van taken betekent voor raadsleden een verdubbeling van het werk, verwacht Peter Otten, voorzitter van de Vereniging voor Raadsleden. Ze moeten zich daarom noodgedwongen aanpassen. „Het raadslid bij wie de burger voor elke scheve stoeptegel terecht kan, gaat het niet meer trekken. Hij zal zich meer met de hoofdlijnen van het beleid moeten bezig houden." Maar zelfs die hoofdlijnen worden met de decentralisatie steeds complexer. Het kabi net stimuleert gemeenten tot samenwer king, waaruit veelal nieuwe gemeenschap pelijke, regionale regelingen ontstaan. Die staan op grote afstand van de eigen ge meenteraad en hinderen daarmee de con trole. „Als je bedenkt dat raadsleden nu vaak al klagen over de bestuurlijke drukte, en de daaruit voortvloeiende politieke drukte, dan kun je verwachten dat de klachten de komende jaren alleen maar ver der zullen toenemen", stelt hoogleraar ver gelijkende bestuurskunde Frank Hendriks, verbonden aan de Universiteit van Tilburg. Scholing is het toverwoord en volgens Ot ten is het van groot belang dat raadsleden dat ook ruiterlijk erkennen. „Nu gebeurt dat nog onvoldoende. Maar jezelf steeds la ten bijspijkeren is broodnodig." Daarbij zijn raadsleden uit landelijk verte genwoordigde partijen in het voordeel. Ze kunnen zich binnen de partij melden voor trainingen en cursussen. Vertegenwoordi gers van lokale partijen zijn afhankelijk van het aanbod binnen de Vereniging van Nederlandse Gemeenten of binnen hun ei gen gemeente. „Alle lokale fracties vormen samen de grootste partij, maar missen subsidie om scholing te kunnen betalen. Dat is een slechte zaak", zegt Van Ostaijen. Landelijk actieve partijen merken dat in tern de roep om extra scholing toeneemt. „Door decentralisaties wordt de druk op ge- 16 Gemeenteraadsleden moeten straks toezicht houden op 16 miljard euro extra budget. Dat betekent bijna een verdubbeling van de begroting in vergelijking met nu. *0* meenten en dus ook de raad groter", con stateert ook Arno Brok, voorzitter van de WD-bestuurdersvereniging. Zijn partij stelt daarom ook steeds hogere eisen aan haar raadsleden. „De normen zijn flink om hoog gegaan. Afdelingsbesturen maken daar werk van." Toch is Brok niet bang dat het raadslidmaat schap straks alleen maar voor hoger opge leiden weggelegd zal zijn. Brok: „Je hebt ook mensen uit de praktijk nodig." Even min vreest hij, dat vooral kleine raden in de problemen komen. „Er zijn er die met twaalf leden in kwaliteit niet onderdoen voor gemeenteraden in grote steden." De grote hoeveelheid werk voor raadsleden is voor D66 een belangrijke reden zich te ke ren tegen het plan gemeenteraden te ver kleinen. „Wij zijn er een groot voorstander van taken en verantwoordelijkheden dicht bij mensen te leggen, maar dan is het wel van belang dat je dat ook als partij profes sioneel aanpakt", zegt D66-voorzitter In- grid van Engelshoven. Hoewel pas in 2014 raadsverkiezingen zijn, maakt D66 nu al werk van recrutering en begeleiding van nieuwe raadsleden. Ze noemt dit de core bu siness van een politieke partij. „Je wilt toch mensen hebben in de raad die al die cijfers kunnen doorgronden", meent ze. Volgens PvdA-minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) maakt Nederland zich op voor een bestuurlijke herinrich ting, zoals die in geen decennia is voorgeko men. Het politieke gekrakeel richtte zich tot nu toe vooral op de fusie van provin cies, maar de gedaantewisseling in gemeen teland is vele malen ingrijpender voor de burger. En dus voor het raadslid, dat het al lemaal maar moet zien bij te benen. Op veel compassie van de minister hoeft hij of zij in ieder geval niet te rekenen. Ge meenteraden die het niet redden, kunnen altijd nog fuseren, is Plasterks suggestie. „Dan heb je meer raadsleden en dus ook meer tijd."

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 8