De Appelgaard en De Tempel BUITEN 13 WOENSDAG 20 FEBRUARI 2013 door Gerard Smallegange Prins Maurits heeft heel wat op zijn geweten, dat denk je onwillekeurig als je de geschiedenis van Zaamslag en haar polders bestudeert. Die veldheer vond het in 1586 nodig om het oude Saemslach met de polders eromheen te inunderen vanwege het gevaar van de Spaanse furie tijdens de Tachtigjarige Oorlog. Het duurde meer dan zestig jaar voordat het verdronken dorp en de drij vende polders weer ingedijkt werden. Het oude landschap was toen totaal ver dwenen en nieuwe diepe kreken hadden zich een waterweg uitgesleten in het ver- zilte, verwoeste en verzopen land. Het oude Saemslach bestond uit een eiland waarop drie dorpen lagen, namelijk Saemslach zelf, het oude Noten(e) - of Othene, een plaats die al genoemd werd in 1160 - en Aendijke, een eveneens ver dwenen dorp. De naamsbetekenis van dat laatste dorp is voor de hand liggend, maar Noten(e) of Othene is raadselach tig. Twee namen voor één plaats is al vreemd genoeg. Het lijkt erop dat Othe ne gebruikt werd als dubbele aandui ding: én voor de kreek, én voor het dorp. Maar dan nog blijft Noten(e) over, waar schijnlijk de oudste naam voor die plaats. Er is wel eens gesuggereerd dat Noten te maken zou hebben met Notus, een oude Latijnse aanduiding voor het zuiden. Maar daar schiet je niet veel mee op, want Noten lag helemaal in het noorden van Oost-Vlaanderen. Noten was oud, veel ouder dan Terneuzen, had een be kende kapel en is verdronken door de inundatie van Maurits. De Otheense kreek waaraan het lag is door die inunda tie reusachtig vergroot, en ligt nu als een breed water ongeveer een kilometer lang in het Vlaamse landschap. Dichtbij de grote Otheense kreek, net ten zuiden van de weg van Terneuzen naar Zaamslag lig gen een paar hoeves wier naam nog her innert aan de tijd vóór de inundatie van 1568. Het zijn de Kleine Tempel en de Grote Tempel; de laatste wordt ook wel Tempelhof genoemd. Genoemd naar de Tempeliers, een krijgshaftige kloosteror de die alleen ridders toeliet. Eeuwenlang hebben kloosterordes (uit Gent en om streken) bezittingen gehad in het oude Saemslach. Met name de Tempeliers, en toen die orde verboden werd ook de Jo- hannieters. Dat was ook een kloosterorde van ridders. Die werd vaak de Malte- zer-orde genoemd, omdat ze hun hoofd vestiging op Malta hadden. De hoeve Hof van Malta (werd ook Welgelegen ge noemd) ten westen van Tempelhof, ver wijst daar naar. Tegenwoordig heet die boerderij 'De Appelgaard'. Deze hoeve is gesticht in de loop van de 17e eeuw. Het huidige boerenhuis heeft een herbestem ming als vakantie- en recreatieonderko men (zie de website: www.appel- gaard.com). Het is een uniek gebouw. De achterste helft is uit de 17e eeuw. Rond 1880 is er een nieuw stuk aan de voor kant aangebouwd, in de stijl van de 19e eeuw. Binnen is die scheiding ook strikt gehandhaafd. Over gelaagdheid gesproken: dit huis staat waarschijnlijk op, of vlakbij een plek waar ook in de middeleeuwen een boerenhuis stond. Een oude, niet meer in gebruik zijnde aardappelloods op het erf is verbouwd tot een supermodern ap partement, ingericht door Jan des Bou- vrie. Als een bouwkundig onderzoeker hier over driehonderd jaar naar tijd- en bouwgegevens gaat zoeken, moet hij wel helemaal in verwarring raken. Saeftinghe Tureluur

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 13