ournaal 12 BUITEN Hoge hoeves ',ge)laag(< land Eerst even een bekentenis. Dit artikel heeft iets in zich van pronken met an dermans veren. Wannes, Pepijn en Alex hebben als medewerkers van mijn afdeling, zich in het zweet ge werkt om vorig jaar alle broedvogels van het 35 vierkante kilometer me tende Verdronken Land van Saeftinghe in kaart te brengen. En dat geldt al helemaal voor Marc, die samen met andere vrijwilligers zorg de dat deze enorme klus binnen een jaar geklaard kon worden. Jolein heeft met eindeloos geduld en inten se concentratie stipjes op de kaarten gezet en ik... Ik heb eigenlijk niet meer gedaan dan een beetje meeden ken over de resultaten en over de manier waarop we daar verslag van gaan doen. Een heel bescheiden rolle tje dus. Buiten De familie Dieleman op een foto uit 1894, genomen op het punt waar de muren van het oude en het nieuwe huis in elkaar vervlochten zijn. De jonge man in burgerkostuum is de oudste zoon Petrus. Mr. Petrus Dieleman zou later meer dan 25 jaar gedeputeerde van de provincie Zeeland zijn. Hij was bijna even lang voorzitter van de ZLM. Achter hem staat zijn verloofde Carolina, afkomstig uit Groningen. Vossen veroveren Saeftinghe door Chiel Jacobusse K AxWi Zo'n broedvogelinventa- risatie proberen we één keer in de zes jaar te doen, maar in de praktijk zijn de inter vallen soms wat langer. Niettemin hebben we nu aardig wat vergelijkingsmateriaal om te kunnen kijken welke ontwikke lingen er plaats vinden. We gaan daar een uitgebreid verslag van maken, maar nu al kunnen we een klein tipje van de sluier oplichten. Dat gaat over de vossen. Tijdens de vorige broedvo- gelkartering, in 2004, kwam de vos in Saeftinghe niet of nauwelijks voor. In middels is vooral het oostelijk deel in tensief in gebruik bij vossen, terwijl het westelijk deel, zeker de delen vlakbij de Westerschelde, zoals het Konijnenschor en de Marlemontse plaat, nog zo goed als vrij van vossen is. De komst van een toppredator als de vos moet natuurlijk zijn invloed heb ben op de vogels die in het gebied broeden. We zien dat vogels als wilde eend en meerkoet een fikse achteruit gang vertonen. Dat zijn grote vogels die hun nest niet al te goed verstop pen en die daarom al snel de klos zijn. De meerkoet bijvoorbeeld is met meer dan 90 procent afgenomen. Te gelijk zien we dat de aan de meerkoet verwante waterral juist een behoorlij ke toename vertoont. Die toename is een trend die zich al langer voordoet onder invloed van landschappelijke ontwikkelingen. De komst van de vos doet daar niets aan af. Niet heel verwonderlijk als je weet dat de wa terral een uiterst verborgen leven leidt. En in heel veel jaren velderva ring heb ik maar ooit één enkel nest van een waterral gezien. De broeden de waterrallen tellen doe je dan ook niet door nesten op te zoeken, maar door nauwkeurig te registreren waar hun roep gehoord wordt en door zo'n inventarisatie een aantal keren per seizoen te herhalen. Je ziet dat de vogels die onder preda- tie door vossen te lijden hebben snel kunnen leren. Soorten als de wilde eend en de grauwe gans vertrekken uit het door vossen gekoloniseerde ge deelte en concentreren zich in hoge dichtheden in het noordwestelijk deel van Saeftinghe. Je ziet eigenlijk dat deze vogels snel leren. Andere soorten, bijvoorbeeld de bruine kie kendief, lijken zich wat minder goed aan te passen en die houden tot nu toe vast aan hun oude verspreidings patroon. En natuurlijk kan verkassen niet alle problemen oplossen. We zien dat de talrijk aanwezige zilver meeuwen weliswaar prima de door vossen belopen schordelen verlaten hebben, maar tegelijkertijd is ook hun aantal meer dan gehalveerd. Daarmee is overigens nog niet ge zegd dat de vos daarvan de oorzaak is. De sluiting van een vuilnisbelt bij Antwerpen was minstens even ingrij pend en zo zijn er wel meer factoren te noemen. Het is weliswaar bijzon der boeiènd, maar lang niet altijd makkelijk om cijfers en trends in de broedvogels te duiden. De invloed van de vos is nog een betrekkelijk makkelijk fenomeen. Daarbij conclu deren we overigens dat op het meren deel van de vogels de invloed in Saef tinghe (vrijwel) nihil is. Kleine zan gers als de graspieper en de gele kwikstaart gaan door andere oorza ken achteruit. En andere zoals de baardman en de rietgors vertonen een positieve trend. De tureluur - één van de talrijkste schorvogels - is weer een soort die zijn nest zo goed verstopt dat er van negatieve invloed geen sprake lijkt. Al met al is het een heel gemêleerd beeld, waar nog heel veel op te studeren valt. Vos

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 12