Minder mogelijkheden bij de
bestuursrechter
7
HAANS
Barometer Kamer van Koophandel
"De grote uitdaging
voor de industrie is
om meer te profite
ren van opkomende
economieën als Chi
na en India.
5,0
Chris Rutten
KvK Zuidwest-Nederland
Terneuzen
Ongunstig
ZATERDAG 16 FEBRUARI 2013
Industrie belangrijke pijler
Industrie, een belangrijke pijler, zeker in Zeeland.
Foto's: Mark Neelemans
Zuidwest-Nederland telt ruim
4.100 industriële bedrijven die
goed zijn voor zo'n 66.500 ar
beidsplaatsen. De sector is daar
mee goed voor 14procent van de
totale werkgelegenheid. Maar het
economisch belang van de indus
trie is feitelijk nog veel groter.
Wanneer naar het aandeel van de in
dustrie binnen het Bruto Regionaal
Product wordt gekeken, is de indus
trie goed voor bijna een kwart van de
economische (toegevoegde) waarde.
Landelijk (16%) ligt dit een stuk lager.
Veel (dienstverlenende) bedrijven pro
fiteren via toeleveren en uitbesteden
van de industrie. Een algemene regel
luidt dat elke baan in de industrie één
extra baan genereert in een andere sec
tor. Het economisch belang van de in
dustrie is derhalve groter dan de mees
te statistieken aangeven.
Industriële bedrijven hebben een be
langrijke werkgelegenheidsfunctie.
Bedrijven als Dow Chemical (Terneu-
zen), Sabic (Bergen op Zoom), Philip
Morris (Bergen op Zoom), Philips
Lighting (Roosendaal) en Shell
(Moerdijk) vormen de grootste indus
triële werkgevers van ZuidwesPNe-
derland.
De grote omvang van veel industriële
bedrijven maakt de regio echter ook
kwetsbaar. Als er financiële proble
men zijn dan is de economische im
pact al snel groot. Niet alleen bij het
bedrijf zelf, maar ook bij toeleveran
ciers. Denk bijvoorbeeld aan de recen
te faillissementen van Thermphos en
Zalco.
Temeuzen is binnen Zuidwest-Ne
derland de gemeente met de meeste
industrieel banen. De 7.300 indus
triële banen zijn goed voor bijna 27%
van de totale werkgelegenheid in de
gemeente. Grote werkgevers zijn hier
vooral Dow Chemical, Yara en Car-
gill. Andere gemeenten met een hóóg
procentueel werkgelegenheidsaandeel
van de industrie zijn Etten-Leur
(24%), Moerdijk (23%), Geertruiden-
berg en Oosterhout (beide 20%).
In de periode 2000-2012 zijn in Zuid
west-Nederland binnen de industrie
bijna 10.000 arbeidsplaatsen verloren
gegaan. Het werkgelegenheidsaandeel
van de sector daalde in deze periode
van 17% naar bijna 14%. Een deel van
die werkgelegenheid is verloren ge
gaan door reorganisaties, verplaatsing
van activiteiten naar lageloonlanden,
technologische ontwikkelingen en
faillissementen.
Er is ook sprake van een (statistische)
verschuiving van werkgelegenheid.
Industriële bedrijven zijn zich steeds
meer gaan toeleggen op hun kernacti
viteiten. Hierdoor hebben zij in de
loop der jaren steeds meer taken uitbe
steed. De dienstensector heeft hiervan
sterk geprofiteerd. Er moet dan ook
genuanceerd gekeken worden naar de
krimp van de industrie.
Het korte termijn werkgelegenheids-
perspectief van de industrie in Zuid
west-Nederland is niet gunstig. Uit
de Conjunctuurenquête Nederland
van eind 2012 blijkt dat één op de vijf
ondernemers in" de Zuidwest-Neder
landse industrie in 2013 een daling
van de personeelssterkte verwacht,
slechts 7% gaat uit van een stijging.
De verwachtingen ten aanzien van
omzet en export laten een iets gunsti
ger beeld zien.
Vooral ten aanzien van de export zijn
bedrijven voorzichtig optimistisch.
De grote uitdaging voor de industrie
is om, bij gebrek aan economische
groei binnen de EU, meer te profite
ren van opkomende economieën als
China en India. Als de industrie daar
in slaagt dan moet zij in staat zijn om
de regionale economie op sleeptouw
te nemen. Immers van de binnenland
se bestedingen nloeten we het op dit
moment minder hebben.
mr. H.E. Goedegebuur (Jitske)
Advocaat
Haans Advocaten Bergen op Zoom
De tijden dat met succes bij de bestuursrechter op elke mogelijke grond een besluit kon
worden aangevochten, zijn voorbij. Vanaf 1 januari 2013 vernietigt de bestuursrechter
alleen nog een besluit wanneer de bezwaren die daartegen worden aangevoerd, degene
die de bezwaren aanvoert ook echt raken.
Tot 1 januari 2013 kon, wanneer iemand bijvoorbeeld wilde voorkomen dat zijn uitzicht
zou worden beperkt door de bouw van een appartementencomplex pal naast zijn huis,
met succes worden aangevoerd dat de deuren in het complex te, laag waren of dat de
bouw van dat complex niet door kon gaan vanwege een zeldzame vleermuizenfamilie
die daar ter plaatse woonde. Indien de deuren inderdaad te laag waren of die familie
daar inderdaad woonde, kon dat voor de bestuursrechter een reden zijn de bouw van
het complex tegen te houden. Met de invoering van het relativiteitsbeginsel per 1 januari
2013 kan dat niet meer. Het relativiteitsbeginsel eist een verband tussen de argumenten
die worden aangevoerd en de werkelijke reden van het beroep. Dat betekent dat, ook
wanneer er een zeldzame vleermuizenfamilie ter plaatse zou wonen of de deuren in het
complex te laag zouden zijn, dat voor de bestuursrechter nu geen reden meer kan zijn om
de bouw van het appartementencomplex tegen te houden. Degene die de argumenten
aanvoert, gaat niet in het complex wonen en ook een zeldzame vleermuizenfamilie heeft
niets van doen met de werkelijke reden van zijn beroep: voorkomen dat zijn uitzicht
wordt beperkt.
Met het relativiteitsbeginsel zijn er dus minder mogelijkheden om besluiten in rechte aan
te vechten.
I
ADVOCATE N
BERGEN OP ZOOM EN ROOSENDAAL
www.haansadvocaten.nl