„In de praktijk bestaat er een sterke neiging zaken te ontkennen, de feiten te verdoezelen, zelfs onder het bekende vloerkleed te schuiven, of de gang van zaken behoorlijk af te zwakken." 2 SPECTRUM actueel Koning van de strijd door Anne Boer Nooit is hij prins ge worden, maar wel de ongekroonde koning van de strijd voor een vei liger Nederland. Mr. Pieter van Vol lenhoven (73) maakte er zijn levens werk van, met als kroon op het werk de oprichting van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid in 2005, waarvan hij tot zijn eigen verrassing de eerste voorzitter mocht worden. 'Eind goed, al goed' zou je denken. Maar Van Vol lenhoven, die in 2011 de Raad verliet, is er allesbehalve gerust op. Hij vreest nieuwe bedreigingen voor onafhanke lijk onderzoek en de veiligheid in Ne derland. Hij beschrijft zijn zorg in het boek Hier Onveilig? Onmogelijk. Het is een onthutsend relaas over zijn soms bitte re 'strijd', compleet met intriges en ru zies, met tegenwerking, manipulatie en onkunde. „In de praktijk bestaat er een sterke neiging zaken te ontkennen, de feiten te verdoezelen, zelfs onder het beken de vloerkleed te schuiven, of de gang van zaken behoorlijk af te zwakken." U laat in het boek diverse veiligheidspro blemen de revue passeren. Wat zou het eerst moeten worden geregeld? „Mijn grootste zorg ligt op het terrein van de eigen verantwoordelijkheid voor veiligheid bij ondernemingen en organisaties. Vroeger werd de veilig heid lang gezien als een taak voor de overheid alleen, maar deze veiligheids filosofie wijzigde fundamenteel - na tionaal en internationaal - in de jaren tachtig en negentig van de vorige eeuw. De veiligheid werd toen voor het eerst een gedeelde verantwoorde lijkheid. Weliswaar bleef veiligheid een kerntaak van de overheid, maar burgers, ondernemingen en organisa ties werden medeverantwoordelijk. Op zich heb ik dit altijd een logische beslissing gevonden, omdat de over heid alleen natuurlijk nooit de veilig heid kan garanderen of waarborgen. Maar de overheid had als veiligheids regisseur - veiligheid was immers haar kerntaak - duidelijk moeten ma ken: 'Waaruit bestaat dan die mede- of eigen verantwoordelijkheid voor veiligheid, wat mogen wij - als samen leving - daarvan verwachten én hoe verhoudt zich deze verantwoordelijk heid tot die van de overheid?' Maar he laas heeft de overheid deze regie nooit op zich genomen, omdat het on derwerp - ook binnen de overheid - een versnipperd en een verkokerd on derwerp is. Daarom ontstond er eigen lijk van meet af aan onduidelijkheid op de beide veiligheidsterreinen, zo wel bij het onderwerp safety, de fysie ke veiligheid, als bij security, de socia le veiligheid. Deze onduidelijkheid over wat wij eigenlijk op dit gebied mogen verwachten, wreekt zich voor de samenleving des te meer, omdat wij nu leven in het tijdperk van de zelfregulering. Het tijdperk van bij voorbeeld 'Laat de veiligheid aan de sector zelf over' en geen betutteling meer door de overheid. Nogmaals, ik vind het prima de veiligheid aan de sector zelf over te laten, maar alleen als er duidelijkheid is over 'waf wij ei genlijk aan de sector overlaten. Want zelfregulering betekent voor de veilig heid dat deze minder wordt vastge legd in wet- en regelgeving en meer wordt overgelaten aan de normen en richtlijnen van de sector zelf. Dit zijn allereerst geen verbindende voor schriften en deze onttrekken zich daarom aan het toezicht van de over heidsinspecties. Kortom, de samenle ving is voor haar veiligheid veel afhan kelijker geworden van het eigen veilig heidsbeleid van de organisatie en van het interne toezicht op eigen regels. Mijn voorstel is die beginselen van wat wij van die eigen verantwoorde lijkheid mogen verwachten, in een veiligheidswet vast te leggen. Met zo'n wet ontstaat niet alleen duidelijk heid in slechts één sector, maar in alle sectoren. Tevens maakt een wet het mogelijk te controleren of ook daad werkelijk inhoud wordt gegeven aan die eigen verantwoordelijkheid, het geen nu in de meeste gevallen niet mogelijk is." Wat zou de belangrijkste boodschap in de veiligheidswet moeten zijn? „De belangrijkste boodschap in die veiligheidswet moet zijn dat het risico management bij de organisaties op or de moet zijn. Je moet je risico's inven tariseren en aangeven welke risico's je wilt beheersen en hoe. Vervolgens maak je duidelijk wie verantwoorde lijk is voor wat. De organisatie regelt haar eigen interne toezicht en het vei ligheidsbeleid moet intern duidelijk worden gecommuniceerd. Het gaat mij niet om het bewerkstelligen van VEILIGHEIDS-CV Bijna het hele leven van Pieter van Vollenhoven staat in het teken van de veiligheid. 1965-196 dienstplicht bij Koninklijke Landmacht, onder meer bij het ongevallenonderzoek 1974 directeur Stichting Periodieke Veiligheidskeuringen Motorvoertuigen 1974: bestuurslid Veilig Verkeer Nederland (toen telde Nederland jaarlijks nog 3.300 verkeersdoden en 50.000 gewonden op 2,5 miljoen personenauto's) 197' voorzitter Raad voor de nul risico's, maar wij moeten wel kri tisch met het onderwerp bezig zijn. Uit de vele onafhankelijke onderzoe ken bleek dit risicomanagement hele maal niet op orde te zijn. Of het was niet compleet. Of wel compleet, maar men hield zich niet aan de eigen af spraken. Eveneens ontbrak veelal een kritisch intern toezicht hierop, terwijl het externe toezicht ook al ontbrak en ten slotte waren de verantwoordelijk heden niet helder toebedeeld." Economie en veiligheid houden elkaar ge vangen. Daarom moeten we juist nu op letten, vindt u. Bespaar je met meer vei ligheid, minder rampen, ongelukken, do den en gewonden, niet juist veel meer geld? Is dat ooit zo onderzocht? „Economie en veiligheid zijn inder daad onderwerpen die elkaar gevan gen houden. Geregeld kwam ik tegen dat men zich om efficiencyredenen niet aan de regels hield. Zelfs inder tijd bij het spaceshuttle-programma. Men wist dat de spaceshuttle Challen ger lekkende sluitingen kende, maar er was nog nooit iets gebeurd! Na de ontploffing in de ruimte verscheen een vernietigend onderzoeksrapport, waarin stond dat de veiligheidscul tuur het bij Nasa aflegde tegen budget- eisen en lanceerschema's. Zelf heb ik nooit onderzocht of veiligheidsinves teringen een enorme besparing bete kenden vergeleken met de kosten ver bonden aan rampen. Ik heb ook nooit een studie gevonden die dat aantoon de." Bent u tevreden met de effecten van de onderzoeken? „Absoluut ben ik - tot op heden - tevreden geweest met de effecten van de onafhankelijke onderzoeken. Nog nooit heeft één van onze onderzoe ken ter discussie gestaan en dat geeft mij grote vreugde. Met onze onderzoe ken hebben wij tevens het veiligheids debat weten te stimuleren." U pleit voor nader onderzoek naar het recht op de waarheid en of dat kan wor- Verkeersveiligheid (tegen de zin van premier Den Uyl) 1984: voorzitter Spoorwegongevallenraad 1986: voorzitter Stichting Maatschappij, Veiligheid en Politie 1989: Van Vollenhoven richt samen met ANWB en Landelijke Organisatie Slachtofferhulp het Fonds Slachtofferhulp op 1993: voorzitter International Transportations Safety Association 2095: Voorzitter Onderzoeksraad voor de Veiligheid 2006 Praktijkhoogleraar Risicomanagement Universiteit Twente den beschouwd als mensenrecht. Wie zou dat moeten doen? „Inderdaad heb ik in eerste instantie gezegd dat burgers in het algemeen recht op de waarheid zouden mogen hebben, gelet op het gegeven dat alles in eerste instantie glashard wordt ont kend. Maar later zag ik in dat deze for mulering te breed was. Nu is mijn uit gangspunt dat slachtoffers van welke gebeurtenis dan ook het recht op de waarheid zouden moeten hebben. Het recht om te weten wat er zich pre cies heeft afgespeeld. Met dat proces, dat hopelijk zou kunnen uitmonden in een mensenrecht, ben ik nu bezig. Dat onderzoek voer ik uit met de Stichting Maatschappij en Veiligheid en met de Universiteit van Tilburg." U pleit voor meer onderzoek in de ge zondheidszorg en een studie naar welke voorvallen verplicht onderzocht zouden moeten worden. Wie zou die studie moe ten uitvoeren? „Inderdaad vond ik dat de Onder zoeksraad voor Veiligheid meer aan dacht zou moeten besteden aan het onderwerp patiëntveiligheid, omdat in deze sector toch iedere keer weer sprake is van ernstige misstanden. Maar mijn pleidooi hiervoor in mijn boek is reeds in goede aarde gevallen, want de Raad heeft bekendgemaakt meer onderzoeken op dit terrein te gaan ondernemen. Het probleem bij de Raad is dat er al veel onderzoeks- verplichtingen bestaan en daarom kunnen andere voorvallen niet wor den onderzocht." Waarom adviseert u een meldpunt als vangnet voor tekortkomingen bij markt partijen? Is het niet logisch dat ook bij de Onderzoeksraad voor de Veiligheid te doen? „Bij de ongevallen met torenkranen viel het de Raad op dat alle ongeval len individueel werden afgehandeld. Nooit werden andere torenkraanbezit- ters over de verschillende voorvallen geïnformeerd. Ons voorstel voor de sector zelf was toen: maak hiervoor een meldpunt, zodat de torenkraanbe- zitters kunnen kennismaken met de ongelukken en waarom zij waren ge schied." Heeft de opbrengst van uw boek een spe cifieke bestemming gekregen? „De opbrengst van mijn boek? De eer lijkheid gebiedt mij op te merken dat ik zelfs nog nooit een contract hierom trent heb getekend. Eerst moest het boek maar eens af zijn en daarna ging ik wel eens kijken naar het contract. Dat was mijn opvatting. Dus voorlo pig heb ik geen idee wat het boek gaat opleveren." reageren? spectrum@depersdienst.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 50