sport 131 Brabo's blij Tholense Boys breekt Schaakklokken donderdag 31 januari 2013 en de sport Het was een halfjaar hard werken geweest om de club weer op po ten te zetten en van trainen was niks gekomen, maar de bal kon in elk geval weer rollen in Zierikzee. En gelukkig mocht de club op hetzelfde niveau (derde klasse) verdergaan waar het een seizoen eerder zo abrupt uit werd weggerukt. Maar daar dachten de Brabantse tegenstanders anders over. In september 1953 wilde Zierikzee de zo ge troffen bevolking vertier bieden door weer te gaan voetballen. De zondagse wedstrij den boden altijd plaats voor een roddel, een borrel en een praatje pot. Maar de Bra Op het voetbalveld van Colijnsplaat worden voedselpakketten gedropt door een Amerikaanse bom menwerper (links). Sportpark Bannink in Zierikzee staat volledig onder water (midden en rechts). foto Zeeuwse Bibliotheek/Beeldbank Zeeland bantse tegenstanders wilden niet tegen Zie rikzee spelen. Nou ja, ze wilden niet naar Zierikzee toe komen. „De Brabantse verenigingen hebben be zwaar gemaakt tegen de naar hun mening moeilijke reis naar Zierikzee en willen niet uitkomen in de thuiswedstrijden van de Zeeuwse vereniging", meldde de PZC me dio september 1953. Enkele dagen later brak de krant in een commentaar met drie glasheldere argumenten een lans voor de zo geplaagde vereniging. Argument 1: Nee, de reis was niet kort en niet makkelijk, maar voor de Brabantse teams eenmalig. Zierikzee moest deze reis in een seizoen elf keer aanvaarden. En klaagde de club? Neen. Argument 2: Na alle rampspoed beroof den de Brabantse tegenstanders de inwo ners van Zierikzee (en omgeving) 'van een zo begeerde ontspanning'. Argument 3: Na de ramp was het motto 'Eén voor allen, allen voor één'. Waar was die musketierszin nu gebleven bij de Bra bo's? Eind september aanvaardde Roosendaal als eerste de reis naar Zierikzee. Op het nood- veld aan de Beijersdijk wonnen de Braban ders met 1-3. „Nu er één schaap over de dam is, zullen de andere Brabantse vereni gingen ook wel spoedig volgen", voorspel de de PZC. En dat klopte. Ze kwamen uit eindelijk alle elf. Misschien ook wel omdat al snel duidelijk werd dat een halfjaar stilstand voor Zierik zee een halfjaar achteruitgang betekende. In de eerste negen duels kon Zierikzee niet winnen. De ban werd echter gebroken te gen BSC. Door een knappe eindsprint - Zierikzee verloor slechts één van de laatste zes duels - stelde de club het derdeklasser schap zelfs nog veilig. Zierikzee had weer iets om voor te jui chen. Niet alleen op Schouwen-Duive- land kregen de voetbalvelden het zwaar te verduren bij de ramp. Het terrein van het Vlissingse EMM had flink te lijden onder het tanken van hulp biedende vrachtauto's, het veld van Goes was beschadigd doordat het dienst deed als landingsplaats voor helikopters. Tja, en het veld van Tholense Boys... Dat verdween... Net als de club zelf. Die laatste opmerking verdient uitleg. Het huidige Tholense Boys bestaat pas sinds i960. Het Tholense Boys, waar het hier om gaat, was een voorloper die medio jaren vijftig ter ziele ging. De ramp speelde daar in een rol. De club kwam net uit een crisis, zowel bestuurlijk, financieel als sportief. „De rampnacht maakte een ruw einde aan die nog zo prille wederopbloei", is te lezen in het boek '75 jaar Voetbal op Tholen' (uit gegeven in 1995). Door de ramp kwam Tholense Boys zonder terrein te zitten. De club was daardoor gedwongen - net als alle Schouwse clubs - zich terug te trekken uit de competitie. Het Thoolse terrein was echter niet over stroomd. Eerst zorgden de voedseldroppin- gen door Amerikaanse bommenwerpers voor zware beschadigingen aan het veld en de doelen. Vervolgens deed het veld dienst als landingsplaats voor helikopters. Daarna ploegde eigenaar Sieling het gehavende veld maar om met zijn tractor. Tholense Boys was zijn veld kwijt. In de jaren die volgden, hopte de club vrijwel elk jaar naar een ander veld. Voeg daarbij een bestuurlijke chaos en be droevende prestaties, en het einde van de club in 1956 was geen verrassing. „Nog voor zij tot haar volle wasdom had kun nen komen, betekende de kracht van het water dat de bloem der vereniging in de knop gebroken werd", leest het prozaïsch in '75 jaar Voetbal op Tholen'. De leden van de schaakvereniging Zierikzee werden gespaard in de rampnacht van 1953. Hetzelfde gold voor hun speelzaal in de Nutsbiblio- theek aan het Vrije. Het zeewater reikte wel tot het gebouw, maar kreeg alleen vat op de schaakklokken van de club. Met hulp uit Groningen werden de klokken ge reanimeerd. In 1952 was dominee C.J. van Royen predikant geworden in de hervorm de gemeente van Zierikzee. Hij sloot zich al snel aan bij de schaakvereniging Zierik zee. Na de ramp fungeerde Van Royen als scharnier tussen schaakvereniging Zierik zee en zijn oude vereniging Winschoten. Op kosten van de Groningse club werden de klokken gerepareerd. De voorzitter van Zierikzee, de illustere J.J. van den Ende (zesvoudig Zeeuws kam pioen en internationaal gelauwerd om zijn eindspelstudies), uitte zijn dank door een eindspelstudie te componeren en op te dra gen aan de noorderlingen. Ook de nationa le en Zeeuwse schaakbond deden letterlijk een duit in het Zierikzeese herstelzakje. De beste Zeeuwse schaker ooit, Johan Ba- rendregt (geboren in 1924 te Nieuwerkerk), leerde het spel in Zierikzee, maar was ten tijde van de ramp al verkast naar Amster dam. Toch vond hij een weg om zijn ge boortestreek te steunen. In de effecten beurs van Amsterdam speelde hij onder an deren met Max Euwe en Jan-Hein Donner simultaanpartijen ten bate van het Ram penfonds. De opbrengst was duizend gul den (zo'n 450 euro).

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 31