6 Waarden? IFpurnaal l/ojelfcffajrajie Natuurfotografie is populairder dan ooit. Het Centrum voor Natuurfotografie, dat hier onderzoek naar deed, kwam tot de conclusie dat er in Nederland zo'n 400.000 natuurfotografen actief zijn. Die houden zich met allerlei onderwerpen bezig. Van landschapsfotografie tot onderwaterfotografie en van macro-opnamen van bijvoorbeeld bloemen en insecten tot telefotografie van zoogdieren en vogels. dinsdag 22 januari 2013 De vogelfotografie is onge- Dkend populair. Op een site als www.birdpix.nl wor den dagelijks vele tiental len vogelfoto's geplaatst door een heel legertje van fotografen. Veel foto's zijn van een niveau dat vijfentwintig jaar geleden vrijwel ondenkbaar was. Met dank aan de digitale techniek, die steeds geavanceerder camera's ontwikkelt. En natuurlijk dankzij de lenzen die een nooit eerder vertoonde kwaliteit hebben. Maar wat er ook allemaal verbeterd is, de grote uitdaging voor een vogelfotograaf is nog steeds om dicht genoeg bij zijn onderwerp te komen. Zelfs met een moderne camera en een telelens van 6oo of 700 millimeter kun je niet zomaar even naar eèn vogel toe lopen om een plaatje te maken. Kleine vogels moet je nog steeds tot op een meter of vijf, zes benaderen om beeldvul- lende foto's te maken. Dat is, uitzonderingen daar gelaten, onmogelijk zonder een speci ale tactiek. Een vogel zal altijd vluchten als iemand te dicht nadert. Je moet dus ongezien dichterbij komen of... de vogels naar je toe lokken. Lokken is mogelijk door bijvoorbeeld foto's Chiel Jacobusse voer of drinkwater aan te bieden en dan jezelf in de nabijheid te verschuilen. Tussen de begroeiing, met een camouflagenet, in een geblindeerde auto... het kan allemaal, maar verreweg het meest succesvol is de inzet van een schuiltent of een vaste fotohut. Zo'n vaste hut heeft Het Zeeuwse Landschap ingericht in de Clingse bossen. Het gaat om een vroe gere jachthut die is omgebouwd tot fotohut. De aanpassing van het gebouwtje zelf was beperkt; in feite ging het alleen om het blin deren van de ramen en het maken van een aantal smalle kijkspleten, die net hoog genoeg zijn om een forse telelens doorheen te steken. De spleten worden tijdens gebruik van de hut afgedekt met camouflagenetten. Zo is het ook op die vrieskoude ochtend als ik samen met Ron de hut betrek om eens een paar uurtjes proef te draaien. De Onze provincie, voor het grootste deel door mensenhanden gemaakt, staat niet echt bekend als zijnde rijk aan oorspron kelijke natuurgebieden. De ontginners van de voor inpoldering rijpe schorren en slikken hadden over het algemeen slechts een doel voor ogen: geldelijk gewin uit de vruchtbare zeeklei. Het natuurlijke karakter van de schorren werd opgeofferd aan de land- honger van de eigenaren en ambachtsheren waarmee de uitgestrekte op- en aanwassen to taal veranderden. Vooral in het nieuwland, in gepolderd in een tijd waarin men de techniek ervan goed beheerste, werden kreeklopen afgedamd, hoogteverschillen zoveel mogelijk geslecht en de rechte lijnverkaveling zorgde voor een zo groot mogelijke en tot in alle hoeken economische bewerkbaarheid. Zo zou er zo min mogelijk verloren gaan. Had men dan geen oog voor natuur? Uit een citaat blijkt dat men in de Oud-Noord-Beve- landpolder, doorn (meidoorn?) en elzebosjes plantte, 'alles tot bergernisse van patrijsen en ander wild'. Als deze maatregel een stuk natuurbeheer was, dan was zij in ieder geval karig. Een karakteristiek deel van de delta ont kwam echter aan grootschalige en kunstma tige verandering: het duingebied (illustratie: Oranjezon). Niet dat hier geen bewoning was, integendeel, de hoge duinen waren veilig voor wassend water. Was het wisselend zoete en zoute moeras waarin de delta soms voor lange tijd veranderde, onbewoonbaar geworden, het duingebied is bijna altijd bewoond gebleven. Te schraal waren de gronden om hier gewin uit te kunnen halen. Door de eeuwen heen heeft het duingebied daardoor zijn natuurlijke karakter kunnen behouden. Pas sinds de tweede helft van de vorige eeuw geldt niet alleen economische winst als belangrijkste doel maar is er ook oog voor natuurwaarden. Alhoewel, hebben we niet ontdekt dat ook het toerisme en de natuurbe levingsactiviteiten op dat gebied ook geld in het laatje kunnen brengen? Adri Karman Grote bonte specht

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2013 | | pagina 42